Aardrijkskunde: Hoofdstuk 3
§1
Groot deel Groenland bedekt met ijs, ijskap is max. 3 km dik
- 1ste bewoners kwamen ±2500 jaar geleden => sindsdien afwisselend bewoond geweest
=> vooral bewoners in het zuiden, want: beste klimatologische omstandigheden
981 - Erik de Rode koloniseert Groenland definitief => Vikingen leefden daar van 1000-1400
=> door ijskernonderzoek is bekend dat klimaat toen relatief zacht was, rond 1400
veranderde dat door Kleine IJstijd
Inuit kon zich beter aanpassen aan klimaat dan Vikingen, tegenwoordig heeft Inuit te maken:
- met klimaatverandering => smeltend zee-ijs, waardoor transport over ijs risicovoller wordt,
minder leef- en jachtgebied, ook verandert weer door veranderende zeestromen
=> toch zien Inuit mogelijkheden:
- zomers worden langer
- biodiversiteit wordt groter
- nog niet ontgonnen aardgas- en olievelden worden makkelijker winbaar
Invloed natuurlijke factoren
Verschillende natuurlijke verschijnselen hebben vroeger gezorgd voor klimaatverandering:
- vulkaanuitbarstingen: door grote hoeveelheden stof reflecteert zonlicht en koelt aarde af
bv. uitbarsting van vulkaan Tambora in Indonesië (1815) zorgde voor daling van 0.5-0.7Cº
=> Noord-Amerika had tot laat in zomer nachtvorst, in Engeland sneeuwde het tot juni, ook
in heel Europa misoogsten
- zeestromen: verandering in patroon zeestromen kan zorgen voor tijdelijke
klimaatverandering, hierbij wordt vooral neerslagpatroon verstoord
=> bv. El Niño, in Grote Oceaan verandert zeestromenpatroon
=> invloed van zeestromen op klimaat wordt gerekend tot interne variabelen
- zonneactiviteit: zon heeft cyclus van 11 jaar, met actieve en rustige perioden
=> soms meer zonnevlekken (plekken op zon die minder warm zijn) en soms meer donkere
vlekken => donkere vlekken geven activiteit zon aan: hoe meer, hoe actiever
=> actieve zon geeft meer straling aan aarde af, dus aarde wordt warmer
Externe variabelen: onregelmatig voorkomende factoren die klimaat vanbuiten beïnvloeden
bv. vulkaanuitbarsting: hoe groot effect, afhankelijk van kracht van eruptie
- bij grote uitbarsting: as kan via troposfeer stratosfeer inkomen (max. 12 km)
- bij middelgrote uitbarsting: max. 8 km de lucht in
- bij kleine uitbarsting: as blijft in troposfeer en komt met regen terug op aarde
=> bij grote en middelgrote uitbarsting zijn natuurlijke gevolgen merkbaar, bij kleine niet
Invloed mens
Om invloed mens te kunnen bepalen moet je aantal economische en maatschappelijke
ontwikkelingen uit verleden beter bekijken:
- opkomst en ontwikkeling van landbouw: na ontdekking landbouw in Azië en Europa begon
natuurlijkheid landschap te verdwijnen => eerst geen grote gevolgen, later wel (vanaf ME)
=> sinds bestaan landbouw lijkt verband te bestaan tussen hoeveelheid methaan in
atmosfeer en intensiteit zonnestraling => hoeveelheid methaan neemt toe
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Niels-99. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.20. You're not tied to anything after your purchase.