Samenvatting 10voorbiologie H14 - Hoofdstuk 14
Dit document behandelt het circulatiestelsel, inclusief het bloedvatenstelsel en het lymfatisch stelsel. Het beschrijft de dubbele bloedsomloop, met zowel de kleine als de grote bloedsomloop, en de functies van het transport van stoffen zoals voedings...
Vraag 1: Circulatiestelsel
Wat omvat het bloedvatenstelsel?
Geef de twee componenten van het circulatiestelsel en benoem ze.
Waarvoor dient de dubbele bloedsomloop?
Answer: Vraag 1: Circulatiestelsel
Het bloedvatenstelsel omvat het hart, bloedvaten, en bloed.
Het circulatiestelsel bestaat uit het bloedvatenstelsel en het lymfatisch stelsel.
De dubbele bloedsomloop zorgt ervoor dat het bloed per omloop tweemaal door het hart stroomt.
2.
Vraag 2: Bloedsamenstelling
Hoeveel procent van het bloed bestaat uit bloedcellen en bloedplaatjes?
Welke functie hebben rode bloedcellen en hoe worden ze gevormd?
Wat zijn de kenmerken van bloedplaatjes?
Answer: Vraag 2: Bloedsamenstelling
45% van het bloed bestaat uit bloedcellen en bloedplaatjes.
Rode bloedcellen transporteren zuurstof. Ze zijn dunne ronde schijfjes zonder kern, worden gevormd in rood beenmerg, bevatten hemoglobine en worden afgebroken in de lever en milt.
Bloedplaatjes zijn celfragmenten die betrokken zijn bij bloedstolling.
3.
Vraag 3: Bloedstolling
Beschrijf kort de bloedstolling, inclusief de rol van bloedplaatjes, protrombine, fibrinogeen, en histamine.
Wat zijn de gevolgen van te veel of te weinig stolling?
Answer: Vraag 3: Bloedstolling
Bloedstolling omvat het vrijlaten van plaatjesfactor door beschadiging, omzetting van protrombine naar trombine, omzetting van fibrinogeen naar fibrine, wat een netwerk vormt waarin rode bloedcellen worden gevangen.
Te veel of te weinig stolling leidt tot respectievelijk trombose en hemofilie.
4.
Vraag 4: Hart
Benoem de onderdelen van het hart volgens Binas T84C.
Wat is de functie van de papillairspiertjes?
Leg uit hoe het prikkelgeleidingssysteem van het hart werkt.
Answer: Vraag 4: Hart
Onderdelen van het hart volgens Binas T84C omvatten de bovenste holle ader, rechterboezem, pezen, papillarspiertjes, onderste holle ader, rechterkamerwand, aorta, longslagader, linkerboezem, slagaderkleppen, wand tussen kamers (septum), linkerkamerwand, en het hartpunt.
Papillairspiertjes voorkomen dat hartkleppen naar de verkeerde kant doorslaan.
Het prikkelgeleidingssysteem omvat de sinusknoop, AV-knoop, bundel van His, bundeltakken, en purkinjevezels.
5.
Vraag 5: Hartcyclus
Beschrijf de drie fasen van de hartcyclus (fase 1, fase 2, fase 3).
Wat wordt bedoeld met hartminuutvolume (HMV) en hoe wordt het berekend?
Answer: Vraag 5: Hartcyclus
Fase 1 is de passieve vullingsfase, fase 2 is de actieve vullingsfase, en fase 3 is de ventrikelsystolische fase.
Hartminuutvolume (HMV) wordt berekend als hartslagfrequentie (fh) vermenigvuldigd met slagvolume per kamer (Vs).
Content preview
10voorbiologie
Hoofdstuk 14 – Circulatie
Circulatiestelsel
▪ Bloedvatenstelsel
o Bestaat uit: Hart, bloedvaten en bloed
▪ Lymfatisch stelsel
o Weefselvloeistof
Wij hebben een dubbele bloedsomloop zodat het bloed per omloop tweemaal door het hart
stroomt.
▪ Kleine bloedsomloop met longaders, longhaarvaten en longaders
o Voor O2 opname uit de longblaasjes en CO2 afgifte aan de longblaasjes
▪ Grote bloedsomloop met aorta en andere slagaders, haarvaten en aders
o Voor O2 afgifte aan de weefsels en CO2 opname uit de weefsels
Functie:
▪ Transport van stoffen bv. voedingstoffen, hormonen, afvalstoffen, O₂ en CO₂
o Aanvoer van voedingsstoffen
- Maagdarmkanaal --> bloed --> organen een weefsels
o Afvoer van voedingsstoffen
- Bloed en lymfe --> uitscheidingsorganen
o Transport van gassen
- Bijvoorbeeld O2 en CO2
o Transport van hormonen en beschermende stoffen
▪ Verdelen van stofwisselingswarmte over het lichaam
Bloed
Bloedsamenstelling:
▪ Bloedcellen en plaatjes (45%)
o Rode bloedellen voor transport van zuurstof
Kenmerken:
1. Dunne ronde schijfjes met verdikte rand geen kern
2. Vorming in rood beenmerg uit stamcellen
3. Bevatten hemoglobine met ijzer dat zuurstof kan binden
4. Afbraak in de lever en de milt
o Bloedplaatjes voor bloedstolling
Kenmerken:
1. Bestaan uit celfragmenten
2. Vorming in rood beenmerg
o Witte bloedcellen voor bescherming, waaronder immuniteit
Kenmerken:
1. Verplaatsen zich door de wand van vaten en door weefsels
2. Vorming in rood beenmerg uit stamcellen, ontwikkelen zich daarna in de milt
en lymfeknopen
2
, ▪ (Bloed)plasma (55%) heeft een hogere osmotische waarde dan weefselstof
o Water (50%) oplosmiddel
o Opgeloste stoffen (5%)
- Zouten bepalen in belangrijke mate de osmotische waarde van het
lichaamsvocht
- Voedingsstoffen
• Vitaminen
• Vetten, vetzuren en glycerol
• Glucose (concentratie 1 gram per liter bloed)
• Aminozuren voor eiwitproductie; stabiliseren de pH
- Gassen in plasma kan veel CO₂ en weinig O₂ oplossen
- Hormonen en andere regelende stoffen
- Plasma-eiwitten colloïden, verlaten door hun grootte de bloedvaten niet en
verhogen daardoor de osmotische waarde van plasma ten opzichte van
weefselvloeistof
• Antistoffen immunoglobulinen
• Stollingsfactoren zoals protrombine en fibrinogeen
• Transporteiwitten albumine, voor transport van vetzuren;
transferrine, voor transport ijzer
- Afvalstoffen resten van eiwitafbraak en afgestorven celresten
• Ammonia blijft over na afbraak van eiwitten en aminozuren
• Ureum wordt in de lever gevormd uit onder meer ammonia
Bloedstolling
▪ Binas tabel 84 O
Beschadiging → bloedplaatjes scheuren open en laten plaatjesfactor vrij → plaatjesfactor zorgt voor
omzetting van protrombine naar trombine → trombine zorgt voor omzetting van fibrinogeen in
fibrine (positieve terugkoppeling). Fibrine vormt een netwerk, waarin rode bloedcellen worden
gevangen → korstje + wondvocht (serum). Histamine zorgt voor vatverwijding → fibrine verdwijnt.
De kettingreactie bij de stolling wordt stollingscascade genoemd. Te veel of te weinig stollen leidt tot
trombose en hemofilie.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mjbrummelkamp. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.35. You're not tied to anything after your purchase.