Samenvatting Geschiedenis, Havo 4, Tijdvak 1 t/m 3, Feníks Tijdvakken en historische contexten
3 views 0 purchase
Course
Geschiedenis
Level
HAVO
Book
Feniks Tijdvakken Historische Contexten havo Voorbeeldhoofdstukken
goeie samenvatting van geschiedenis waarin alle belangrijke dingen instaan van tijdvak 1 t/m 3. Ik heb deze samenvatting zelf gebruikt in havo 4 en had altijd erg veel moeite met geschiedenis en haalde ook bijna nooit een voldoende. Door deze samenvatting heb ik een 8,4 gehaald.
§1.1 Van jager-verzamelaars naar boeren
Het middel van bestaan was jagen en verzamelen. Jagers en verzamelaars maakten hun
eigen werktuigen van steen. De zeer langzame ontwikkeling van soorten, waarbij aanpassing
aan de omgeving een belangrijke rol speelt heet evolutie. Mensen die ongeveer 2 miljoen
jaar geleden leefden heette: homo habilis en homo erectus. De eerste homo sapiens
ontstonden 2,5 miljoen jaar geleden in Oost-Afrika.
De Neanderthalers en de eerste moderne mensen waren jager-verzamelaars. Ze leefden als
nomaden, in kleine groepen, steeds opzoek naar eten. Ze bouwden eenvoudige hutten of
hadden tenten als tijdelijk huis. Vanuit hier verzamelde ze planten, zaden, bessen en noten.
Als dit opraakte, trok de groep naar een ander gebied.
Het klimaat was van grote invloed op de levenswijze van jager-verzamelaars. Toen de eerste
moderne mensen Europa binnentrokken, was er sprake van een ijstijd. Alleen in het midden
en zuiden van Europa waren de omstandigheden leefbaar.
Jachtwerktuigen en gereedschappen maakten de jager-verzamelaars van dierenbotten en
van vuursteen. Vanwege vuursteen wordt deze periode uit de prehistorie de Oude Steentijd
genoemd. Bij sommige doden werden grafgiften begraven. Dit kan betekenen dat ze
geloofde in leven na de dood. Maar ze kunnen ook een aanwijzing zijn voor sociale
verschillen. De ene kreeg namelijk meer grafgiften dan de ander.
Rond 20 000 v.Chr. veranderde het klimaat in het Midden-Oosten. Het werd natter en
warmer. Rondtrekken werd steeds minder noodzakelijk. Er ontstonden grote dorpen, vooral
aan de oostkust van de Middellandse zee. In andere delen van het Midden-Oosten en in
Europa leefde men nog nomadisch.
Rond 12 000 v.Chr. brak er weer een koudere en drogere periode aan. In het Midden-Oosten
nam de overvloed aan wilde granen en dieren af. Mensen moesten wel proberen hoe ze zelf
graan konden verbouwen, want de bevolking was gegroeid en er groeiden door de
klimaatsverandering minder wilde granen dan voorheen. Zo ontstond geleidelijke landbouw.
Omdat de gevolgen zo groot zijn, spreken we van de landbouwrevolutie. (ook ontstaan
veeteelt). Doordat de landbouw in het midden oosten meer voedsel opbracht dan het jagen
en verzamelen, nam het aantal mensen toe. Hierdoor ontstond bevolkingsdruk en trokken
sommige boeren naar Europa. Ze namen hun kennis over landbouw met zich mee.
De overgang naar landbouw had grote gevolgen. Overal waar landbouw werd gebruikt,
veranderden mensen hun levenswijze. Men ging sedentair leven: alleen nog maar plaats
voor stevige boerderijen. Er ontstonden kleine nederzettinkjes en dorpjes. Ze maakten ook
landbouwwerktuigen zoals, sikkels, ploegen en maalstenen en ze maakten aardwerk: potten
van gebakken klei, waarin bijv graan kon worden bewaard. Mensen die sedentair leefden
konden meer bezittingen hebben dan nomaden. Hierdoor namen de sociale verschillen toe.
De periode in de prehistorie waarin landbouw is ontstaan en landbouwsamenlevingen tot
ontwikkeling kwamen, noemen we de Nieuwe Steentijd.
Het verschil in bezit het ontstaan van sociale ongelijkheid.
Neolithische revolutie: landbouwrevolutie vertrok zich in twee fasen:
De uitvinding van landbouw (ca 11 000 v.Chr.) en veeteelt (ca 5000 v.Chr.)
De overgang van nomadisch bestaan naar vaste woonplaats (sedentaire revolutie)
, §1.2 Dorpen en steden
In de rest van Europa kwamen landbouwsamenlevingen voor. Boeren hielden vee en ze
vulden hun oogsten waarschijnlijk regelmatig aan met jagen en verzamelen.
In het Midden-Oosten ontwikkelde de samenleving zich anders dan in Noord-Europa. Veel
boeren hadden zich gevestigd aan de oevers van Mesopotamië, aan de oevers van de
rivieren Eufraat en Tigris. Door kanalen te graven konden ze rivierwater naar hun akkers
brengen. Het slib dat in de rivierwater zit, kwam op de akker terecht en maakte de
landbouwgrond bijzonder vruchtbaar. Wanneer boeren dammetjes, dijken en kanalen
gebruiken is er sprake van irrigatielandbouw. Dit systeem zorgde voor grotere oogsten dan
andere landen die afhankelijk waren van de hoeveelheid neerslag. Boeren die keer op keer
rijkere oogst binnenhaalden dan de anderen, kregen meer aanzien en macht en werden na
verloop van tijd leiders. Hieruit is het koningschap ontstaan.
De landbouwoverschotten werden opgeslagen. Doordat er grote voedselvoorraden
aanwezig waren, hoefde niet iedereen meer boer te blijven. Sommige konden zich
specialiseren in andere bezigheden, zo ontstonden beroepen.
Sommige steden gingen het omringende platteland overheersen (stadstaten). De
samenleving in een stadstaat was hiërarchisch opgebouwd. Onderaan stonden de slaven,
daarboven de boeren (grootste deel van de bevolking), weer daarboven stonden de
ambachtslieden en soldaten, daarboven de priesters en helemaal bovenaan de koninklijke
familie. In de meeste stadstaten geloofden men in meerdere goden (polytheïsme). Priesters
zorgden voor offeren aan de goden en voor het uitvoeren van andere rituelen. De koning
was opperbevelhebber van het leger, opperechter en bestuurder. Men geloofde dat de
koning met god kon communiceren, of dat hij persoonlijk goddelijk was.
In de Ziggurat werd de belangrijkste god van de stad vereerd. De tempel had ook een
economische functie: er werden goederen verhandeld. Ook leverden de boeren hier een
deel van hun oogst als belasting aan de koning. Dat werd verdeeld onder de schrijvers,
priesters, ambachtslieden.
Om afspraken vast te kunnen leggen, ontstond schrift. Dat bestond in eerste instantie uit
herkenbare afbeeldingen. Later ontstonden er klanktekens. Daarmee konden woorden en
zinnen worden gemaakt. Hierdoor kon het schrift voor heel veel zaken worden gebruikt,
zoals handelsafspraken, het opstellen van wetten of registreren van belastingopbrengsten.
Weinig mensen konden lezen en schrijven, ze hadden daardoor veel aanzien.
Irrigatielandbouw: vruchtbare slib zorgde voor grotere opbrengsten waardoor de bevolking
groeide.
Kenmerken stedelijke gemeenschap:
Specialisatie van taken (niet iedereen deed hetzelfde)
Hiërarchie: er is een sociaal verschil
Bestuur: er is een koning
Schrift
Ziggurat (tempel)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sophieklomp. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.89. You're not tied to anything after your purchase.