Deze samenvatting bevat alle stof die je moet kennen voor het tentamen sociale psychologie uit de videocolleges en het boek. Ik heb zelf een 9,5 gehaald met deze samenvatting. De samenvatting is per week en per hoorcollege gestructureerd en aangevuld met het boekhoofdstuk. Belangrijke woorden staan...
Sociale Psychologie blok 2
week 1
HC 1 | Hoofdstuk 1
Deel 2 | Wat is sociale psychologie
vragen in de sociale psychologie
● we gedragen ons vaak op een manier die op L.T schadelijk voor ons is, waarom?
● waarom worden mensen anders behandeld obv hun uiterlijk
● waarom is het zo lastig voor mensen om regels te volgen die essentieel zijn voor
gezondheid
● machtsmisbruik (#METOO)
○ waarom zo lastig om uit te spreken?
psychologie: wetenschappelijke studie naar gedrag en innerlijke leven van de mens
sociale psychologie: wetenschappelijke studie naar de manier waarop de gedachten,
gevoelens en het gedrag van mensen worden beïnvloed door de aanwezigheid van anderen
● op welke manieren worden we impliciet/expliciet beïnvloed door de aanwezigheid
van andere
sociale invloed: het effect dat de woorden,daden of alleen al de aanwezigheid van andere
mensen hebben op onze gedachten, gevoelens, houdingen of gedrag
sociale psychologen kijken nooit alleen naar individu => altijd naar context
construct: de manier waarop mensen de sociale wereld waarnemen, begrijpen en
interpreteren
determinanten: bepalende factoren van menselijk gedrag
fenomenologie: een verschijnsel te beschrijven zoals mensen het in hun dagelijks leven
ervaren
Deel 3 | Perspectieven in de sociale psychologie
1) evolutionair perspectief: sociaal gedrag wordt verklaard door te kijken hoe genetische
factoren over de eeuwen heen zijn aangepast om de overlevings- en voortplantingskansen
te vergroten
we zijn dus op dit moment de meest optimale mensen voor deze omgeving
natuurlijke selectie (Darwin): proces waarbij belangrijke eigenschappen die gunstig zijn
voor overleving worden doorgegeven aan het nageslacht
=> idee nog steeds relevant
Guppy experiment: verdeeld over 10 vijvers:
● bodem varieerde:
○ fijn zand
○ grove kiezels
● roofdieren (Karpers) in sommige vijvers
1,5 jaar later in vijvers met Karpers:
, ● fijn zand: kleine stippels
● grove kiezels: grote stippels
1,5 jaar later in vijvers zonder Karpers:
● mannelijke Guppys => felle kleuren om aantrekkelijk te zijn
hoe helpt evolutie om menselijk gedrag te verklaren?
● mensen veel gemeen met andere dieren
● sommige menselijke gewoonten zijn universeel (bv. vormen van relaties)
incest overal afgekeurd => negatief gevolg op evolutie
epigenetica: hoe omgeving uitwerking kan hebben op genen zonder dat het DNA verandert
2) socio-culturele perspectief: sociaal gedrag wordt verklaard door te kijken naar de
invloed van grotere sociale groepen
hoe helpt cultuur om menselijk gedrag te verklaren?
sommige gewoonten, tradities en gedragingen zijn verschillend afhankelijk van de culturele
context
● bv. eten => in Peru eten ze cavia’s
gedrag, op respectvolle manier met elkaar omgaan verschilt ook van cultuur tot cultuur
DUS: belangrijk om te weten waar iemand van daar komt en wat daar ‘gewoon’ is
cross-cultureel onderzoek: onderzoek dat uitgevoerd wordt met verschillende culturen om
te zien of een bepaalde factor,variabele,gedrag aanwezig is in beide culturen of specifiek is
voor 1 cultuur
3) sociaal leren perspectief: sociaal gedrag wordt verklaard door leerervaringen uit het
verleden en hoe het gedrag uit de toekomst is voorspellen
hoe helpt sociaal leren om menselijk gedrag te verklaren?
mensen zijn geneigd om gedrag te imiteren van rolmodellen
● bv. tradities overnemen, religie doorgeven
=> statistisch gezien grotere kans om gedrag na te doen/voort te zetten
er is ook interactie tussen de perspectieven:
bv. leren taal is universeel maar specifieke taal die je spreekt hangt af van waar je
opgegroeid bent
● evolutionair perspectief en socio-culturele perspectief
DUS: je moet niet perse kiezen tussen perspectieven
Deel 4 | Persoon X situatie
Kurt Lewin: grondlegger sociale psychologie
formule B = f(P X E)
B = behavior
f = functie
P = persoon
,E = environment
persoon x omgeving
● omgeving bepaald al deels hoe je je ontwikkeld
● veel geld/minder geld
● kansen?
● scholing?
omgeving vormt je als mens
persoon X situatie
● aanwezigheid van anderen
○ meer handen wassen als er mensen bij zijn
● normen
○ je gedraagt je anders op stap als op de uni
DUS: normen en omgeving beïnvloeden welk gedrag je vertoont
situatie X persoon
wij als persoon ook invloed op situatie
bv. damschreeuwer => iedereen in paniek, niet meer stil
persoon, of situatie?
● Abu Ghraib gevangenis: inhumaan gedrag => zijn bewakers gewoon slechte mensen
of worden ze beïnvloed door de plek?
● Charlie Hebdo: terroristen slecht MAAR onder welke omstandigheden zijn deze
misdaden gepleegd
het is ook belangrijk oog te hebben voor de situatie WANT pas als je hele verhaal weet kun
je verandering in gedrag brengen
Milgram experiment: experiment waarin geprobeerd werd gedrag te ontlokken door ze in
extreme situaties te plaatsen
Gestalt psychologie
Gestalt psychologie: bestudeert de subjectieve manier waarop een object in de geest van
mensen verschijnt
mensen hebben vaak het idee dat hoe zij het zien/ervaren de echte situatie is
naïef realisme: we denken dat wij de waarheid in pacht hebben terwijl interpretatie kan
verschillen van persoon tot persoon
● basis van veel conflicten
behaviorisme
behaviorisme: al het gedrag kan verklaart worden adhv beloningen en straffen vanuit de
omgeving en subjectieve zaken als denken hoeven niet betrokken te worden
, basale menselijke motieven
1) zelfverbeteringsmotief: mensen willen een goed gevoel hebben over zichzelf
● we rechtvaardigen ons gedrag ipv tekortkomingen te erkennen
● we focussen op voordelen die bepaald gedrag ons heeft opgeleverd ipv
nadelen
2) accuraatheid motief: mensen willen een correct beeld hebben over zichzelf
deze zijn vaak met elkaar in strijd => als je heel erg objectief en accuraat naar jezelf kijkt zie
je soms dingen die niet zo mooi zijn => in strijd met zelfverbeteringsmotief
oplossingen (illusies):
● beter-dan-gemiddeld effect
● onrealistisch optimisme
○ onderschatten kans op slechte gebeurtenissen
○ overschatten kans dat er iets goed gaat gebeuren (staatsloterij)
● vals consensus effect
○ bepaalde aspecten persoonlijkheid zijn mooi andere minder => denken ten
onrechte dat iedereen de slechte eigenschappen heeft (lui, te laat komen)
● vals uniciteit effect
○ als we iets goed kunnen zien we dat juist als heel erg uniek
=> helpt ons om goed gevoel te hebben over onszelf en wereld ervaren/interpreteren op een
manier die ons goed uitkomt
● brengt ons vaak in de problemen bij communiceren met andere
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller noellevanhorssen01. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.36. You're not tied to anything after your purchase.