Samenvatting van het vak socialezekerheidsrecht, vak van 2e bachelor sociologie. Vanuit lessen en slides van het vak, zonder invloed van het boek. Samenvatting in het Nederlands, van een nederlandstalig vak.
Socialezekerheidsrecht
Examen: 10 meerkeuze (10/20) en open (10/20) → voorbeeldvragen tijdens de lessen!
Data = situeren niet exacte data!!!
Inleiding
Sociale zekerheid = geheel van sociale voorzieningen met doel een bestaansminimum te garanderen
➢ Onder enkele voorwaarden
➢ Sociale bijstand (leefloon, ...) en afhankelijk van sector (hogere uitkeringen dan bijstand)
Manieren van sociale zekerheid (= federaal systeem)
1. Loonaanvullende vergoedingen
➢ Gezondheidszorg ≈ beroepsactiviteit en/of afgeleide rechten (iedereen)
➢ Gezinsbijlagen = recht van het kind (niet meer afhankelijk van ouders)
2. Loonvervangende uitkeringen (≈ beroepsactiviteit/loon)
➢ Arbeidsongeschiktheid, werkloosheid, ouderdom en overlijden
➢ 3 beroepsgroepen (verschillen in financiering en prestaties)
• Werknemers
• Zelfstandigen
• Ambtenaren (eenzijdig aangesteld)
3. Sociale bijstand (= vangnet)
➢ Onderzoek bestaansmiddelen (kijken naar de middelen die je AL hebt)
➢ ! individuele rechten in de klassieke sociale zekerheid
Inhoud cursus
1. Historiek Belgische sociale zekerheid
2. Administratieve organisatie
➢ Structuren en instellingen
3. Toepassingsgebied
➢ Voor wie welke regeling: 3 beroepsgroepen
4. Financiering
➢ Belastingen
➢ Werkgevers en werknemers bijdrage
5. Sectoren
➢ Gezondheidszorg → Welke tegemoetkomingen bij geneeskundige verzorging?
➢ Ziekte & invaliditeit → Welk inkomen voor wie arbeidsongeschikt is?
➢ Professioneel risico → Bijzondere regeling bij arbeidsongevallen en beroepsziekten
➢ Gezinsbijslag → Regionalisering: groeipakket & co
• Zesde staatshervorming = gemeenschappen (VlaamsBrusselFrans duits)
• Nieuwe regeling na 1/1/2019 (niet meer afhankelijk van hoeveelheid kinderen)
o Basisbedrag = 176,66 per maand
o Startbedrag bij geboorte of adoptie
o Extra toeslagen: schoolbonus, zorgtoeslagen (handicap, ...), sociaal, ...
• Overgangsregeling voor kinderen geboren voor 1/1/2019
➢ Werkloosheid
➢ Pensioenen
➢ Transversaal → drie weƩelijke stelsels en sociale bijstand
,Historiek Belgische sociale zekerheid
Voor en interbellum
Sociale bijstand
➢ Armenzorg
➢ 2 initiatieven: Kerken en steden en gemeenten
➢ Burgerlijke godshuizen en burelen van weldadigheid, initiatief steden en gemeenten
➢ Commissies voor openbare onderstand (wet 10/3/1925)
➢ OCMW’s (wet 8/7/1976) (vanuit de lokalen besturen)
Sociale verzekering
➢ Gildenbussen en onderlinge bijstandskassen
➢ Initiatief burgers (steun private weldoener)
➢ Overheid: ‘gesubsidieerde vrijheid’
➢ Steun en subsidiëring in ruil voor controle
➢ Oprichting algemene lijfrentekas (1848)
➢ Ontwikkeling socialistische coöperatieven (vooruit)
➢ ! oprichting Belgische Werkliedenpartij (1885)
Intermezzo: ambtenarenpensioenen
➢ 21/7/1844: eerste burgerlijke en kerkelijke pensioenen
➢ Beloning van bewezen diensten → uitgesteld loon
➢ Dekking invaliditeit → ouderdom = invalide (65jaar)
➢ Gemiddelde levensverwachting = laag (relatief pensioen)
Belangrijk kantelpunt → bloedige stakingen 1886
➢ Arbeidswetgeving en sociale maatregelen (beperking kinderarbeid, steunfonds, ...)
➢ Eerste socialistische verkozenen in parlement
➢ Belangrijke stappen in sociale zekerheid
➢ Arbeidsongevallenwet (1903): eerst nood aan foutbegrip → achterwegen laten wegens
slechte advocaatregeling → foutbegrip aan de kant = makkelijker
➢ Overheidssubsidies ALSK en private pensioenkassen
➢ Tussenkomst invaliditeitsverzekering via mutualiteiten
➢ Ondersteuning werkloosheidskassen = staatssubsidies
➢ WOI = vertraging in ontwikkeling
Interbellum
➢ Beroepsziekten (1927), verplichte pensioenverzekering (1925)
➢ Gezinsbijslagen (1930) → ook voor zelfstandigen (1937)
➢ Betaalde jaarlijkse vakantie (6 werkdagen) → 1936
➢ Ondersteuning werkloosheidskassen door overheid → geen verplichte verzekering
Na WOII:
➢ Ontwerp van akkoord van sociale solidariteit (Sociaal pact) → na oorlogse zekerheid
➢ Concretisering = besluitwet maatschappelijke zekerheid der arbeiders (1944)
➢ Achiel Van Acker
➢ Verplicht: pensioen, uitkering, werkloosheid, ... = gefinancierd door bijdragen
➢ Bestaande structuren = behouden (rollen binnen sociale zekerheid) + neutrale overheidsdienst
,Organisatie sociale zekerheid
Otto Von Bismarck (≈ Belgisch systeem)
➢ Invoering verplichte sociale verzekering arbeiders (1882-1886)
➢ Wet op ziekteverzekering, abeidsongevallen en pensioenen
➢ Geen socialistische keuze → enkel om het volk tevreden te stellen = stabilisatie van maatschappij
➢ Iedereen aan boord
➢ Werkgevers: bijdrage – geen revoluties – plaats in bestuur en beheer
➢ Vakbonden: medebeheer – controle en macht
➢ Mutualistische kassen: rol en garantie bestaan
➢ Arbeiders: procentuele bijdrage – sociale bescherming
➢ Sociale bescherming: staatsbeheer en brede toepassing
➢ Verplichte verzekering aangevuld met werkloosheid niveau (! Staten)
➢ Beveridge-report
➢ Minimumuitkeringen voor iedereen
➢ Zonder verband verdiende loon (forfaitair = België)
Verdere ontwikkeling
Jaren 50
➢ Verbetering kinderbijslagregeling
➢ Werkloosheid: oprichting Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening en Werkloosheid
➢ Verbetering pensioenen: overgang kapitalisatie naar repartitie (arbeidersbedienden)
➢ Sociale verzekeringen voor zelfstandigen, zoals de verplichte aansluiting bij de vrije pensioenkas
Jaren 60
Eerste helft = versnelling ontwikkeling
➢ Werkloosheid codificatie 1963 + beroepsziekten
➢ Ziekte- en invaliditeit: wet Leburton 1963
➢ Oprichting RIZIV
➢ Splitsing beheer gezondheidszorg en uitkeringen
➢ Uitbreiding gezondheidszorg tot bijna hele bevolking
➢ Regeling tarieven en honoraria voor terugbetalingen geneeskundige zorgen
Tweede helft = evolutie naar voorlopig eindpunt ontwikkeling
➢ Programma en herstelwetten
➢ Brugpensioen → meer kansen aan jongeren → tewerkstellingsmaatregelen
➢ Anticrisiswetten 1978
➢ Wet 8/8/1980 → minimumpensioen en solidariteitsbijdrage pensioenen
➢ Programmawetten
➢ Codificatie werkloosheidsreglementering (1991)
➢ Handvest van de sociaal verzekerde (1995)
➢ Globaal plan (nieuw ‘sociaal pact’): werkloosheid en financiering sociale zekerheid (Dehaene)
➢ Globaal Financieel Beheer (1995)
➢ Saneringen en strenge begrotingsdiscipline
➢ Europese Economische en Monetaire Unie
2000 – heden
➢ Sociale bijstand nadruk op activering
➢ Regionalisering sociale zekerheid (Kinderbijslag, Vlaamse sociale bescherming, ...)
➢ Pensioenen (financiering)
➢ Zilverfonds
➢ Generatiepact, afbouw brugpensioen
➢ Verhoging pensioenleeftijd (67 jaar)
➢ Pensioenhervormingen
➢ Werkloosheid: activering (beperking in de tijd?)
➢ Ziektekosten en –uitkeringen (vergrijzing, stijging langdurig afwezigen, ontwikkelingen in
medischfarmaceutische sector)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nikavandenbergh. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.63. You're not tied to anything after your purchase.