Seksuologie: kernelementen
De wetenschappelijke studie van seksualiteit is interdisciplinair: een gezamenlijke inspanning
van biologen, psychologen, antropologen en artsen.
Psychologische benaderingen van seksualiteit
Ontwikkeling: hoe ontwikkeld een kind zich?
Persoonlijkheid: welke mensen nemen de meeste risico’s?
Sociaal: wat maakt dar mensen zich op een bepaalde manier gedragen?
Klinisch: psychopathologie
Medisch: welk effect hebben ziektes op de relatie van mensen?
Seks en gender (geslacht)
Seks verwijst naar seksuele anatomie en seksueel gedrag.
Geslacht verwijst naar de staat van mannelijk of vrouwelijk of een ander geslacht zijn.
Seksueel gedrag zorgt voor opwinding en vergroot de kans op een orgasme.
Seksualiteit begrijpen: religie
Tot ongeveer 100 jaar geleden verschafte religie de meeste informatie over seksualiteit.
Mensen van verschillende religies hebben verschillende opvattingen over menselijke
seksualiteit.
- De oude Grieken hebben een poging gedaan om seksuele geaardheid te verklaren.
Man-man en vrouw-vrouw figuren werden opgeknipt en je gaat opzoek naar het deel
wat van je af is geknipt. Dit zorgt er dus voor dat er homoseksuelen zijn.
- Christenen beschreven de natte dromen.
- Moslims beschreven geslachtsgemeenschap als een van de fijnste pleziertjes in het
leven.
De geschiedenis van het begrijpen van seksualiteit: wetenschap
Wetenschappelijke studie van seks begon in de 19e eeuw.
Er werd gedacht dat het mannelijke zaad de olie is van het lichaam. Als je gaat masturberen
dan verlies je deze olie. Dit zou slecht zijn voor het lichaam en de psyche. De oplossing was
om voldoende te bewegen en gezond te eten, waardoor je gezond zou blijven. Mannen
1
,moesten zich aan een heel saai dieet houden. Daarnaast moesten ze stoppen met
masturberen. Jongens werden op jonge leeftijd besneden, zonder verdoving en bij meisjes
werd er zuur over de clitoris gegoten, waardoor de al op jonge leeftijd zouden leren niet te
masturberen.
Er kwamen grote doorbraken in het wetenschappelijke begrip van seks in de 20 e eeuw.
Belangrijke seksuologie onderzoekers
- Sigmund Freud
- Henry Havelock Ellis
- Richard von Krafft-Ebing
- Magnus Hirschfeld
- Alfred Kinsey
- Masters en Johnson
Sigmund Freud
Sigmund Freud was de oprichter van psychoanalyse en psychiatrie.
Hij beschouwde seksualiteit als de primaire kracht in de motivatie van al het menselijke
gedrag en de belangrijkste oorzaak van alle vormen van neurose.
Henry Havelock Ellis
Henry Havelock Ellis was arts en deed in 1896 al onderzoek naar de psychologie van seks. Hij
is de voorloper van modern seksonderzoek.
Hij zei dat vrouwen, net als mannen, seksuele wezens zijn en dat masturbatie gebruikelijk is.
Volgens hem spelen fysieke en psychologische factoren een rol bij seksuele problemen.
Seksuele afwijkingen zijn vaak niet zo erg.
Richard von Krafft-Ebing
Richard von Krafft-Ebing was psychiater. Hij was gespecialiseerd in psychische stoornissen.
Hij deed een klinisch forensische studie: psychopathia sexualis.
Hij beschreef seksuele stoornissen op basis van de ervaringen van zijn patiënten. Ook
bedacht hij de termen: sadisme, masochisme, pedofilie, homoseksualiteit en
heteroseksualiteit.
Magnus Hischfeld
Magnus Hirschfeld was de oprichter van het eerste seksuologisch instituut.
Hij beheerde de eerste grootschalige seks-enquête die werd verkregen op basis van de
gegevens van 10.000 mensen op een vragenlijst van 130 items. Helaas is bijna al zijn werk
vernietigd door de nazi’s.
Hij introduceerde de term: travestie.
Alfred Kinsey
Alfred Kinsey was zoöloog, entomoloog en seksuoloog. Hij was de grondlegger van het
‘institute of seks’ onderzoek.
Hij onderzocht seksueel gedrag bij de menselijke man en later ook bij de menselijke vrouw.
Dit staat bekend als ‘Kinseys Reports ‘.
2
,Hij bedacht ook de ‘Kinsey-schaal’ die seksuele geaardheid meet op een zeven-puntsschaal.
Masters en Johnson
Masters en Johnson hebben het beroemdste observatie seksonderzoek uitgevoerd.
Zij bestudeerden de fysiologie van seksuele respons en seksuele stoornissen.
Seksuologie over tijd
1973: homoseksualiteit uit de DSM gehaald.
Seksualiteit begrijpen: de media
Media-invloeden:
- Cultivatie: opvatting dat blootstelling mensen doet denken dat was ze zien de
mainstream is van wat er werkelijk gebeurd.
- Agenda setting / framing theory: idee dat de media bepalen wat belangrijk is en wat
niet.
- Sociaal-cognitieve theorie: idee dat de media rolmodellen bieden die we imiteren.
- Selectiviteit: idee dat mensen bepaalde media-inhoud selecteren en er aandacht aan
besteden; mensen spelen een rol in waar ze naar kijken.
- Reinfocing spiral theory: iemands sociale identiteit voorspelt iemands mediagebruik
en op zijn beurt beïnvloedt media-gebruik iemands identiteit en overtuigingen.
- Differential sesceptibility model: niet iedereen reageert hetzelfde op dezelfde
media-inhoud.
Cross-culturele perspectieven op seksualiteit
Etnocentrisme: neiging om de eigen cultuur als spuerieur te beschouwen; geloof dat de
eigen gebruiken de norm zijn waaraan andere culturen moeten worden beoordeeld.
Alle samenlevingen reguleren seksueel gedrag op de een of andere mnaier:
- Incesttaboes: regelgeving die seksuele interacties tussen bloedverwanten verbiedt.
Dit is bijna universeel.
- Veroordeling van gedwongen seksuele relaties.
Samenlevingen reageren verschillend op:
- Seksuele technieken (zoenen)
- Masturbatie
- Seks voor het huwelijk
- Buitenechtelijke seks
- Seks met partners van hetzelfde geslacht
- Normen van aantrekkelijkheid
3
, Cross-culturele studies
Geven de variatie in menselijk seksueel gedrag aan. Het plaatst persoonlijke normen en
gedrag in perspectief en het levert bewijs over het belang van cultuur en leren bij het
vormgeven van seksueel gedrag.
Cross-soorten perspectieven op seksualiteit
Masturbatie wordt gevonden bij veel soorten zoogdieren.
Ook komt seks en aantrekkingskracht tot hetzelfde geslacht veel voor bij dieren. En seksuele
signalering wordt bij veel andere soorten gevonden.
Seksueel gedrag wordt meer instinctief gecontroleerd bij lagere soorten en meer door de
hersenen gecontroleerd bij hogere soorten.
Dieren gebruiken seksueel gedrag soms ook voor niet-seksuele doeleinden.
Evolutionaire perspectieven: sociobiologie
Sociobiologie: de toepassing van evolutionaire biologie om het sociale gedrag van dieren,
inclusief mensen te begrijpen.
Evolutie: theorie waardoor alle levende wezens hun huidige vorm hebben gekregen door
geleidelijke veranderingen in hun genetische aanleg over opeenvolgende generaties.
Natuurlijke selectie: proces in de natuur dat resulteert in een hogere overlevingskans van de
soorten planten en dieren die het best zijn aangepast aan hun omgeving.
In termen van evolutie telt het produceren van veel gezonde, levensvatbare nakomelingen
die zich ook zullen reproduceren en de genen zullen doorgeven.
- Het identificeren van gezonde partners.
o Afgaan op anderen met betrekking tot fysieke aantrekkelijkheid. De kans dat
je je voort kunt planten is dan groter.
- Courtship patterns.
o Zien of iemand in goede staat is.
- Gezinsstructuur en kwetsbaarheid van het kind.
- Ouderlijke investering.
o Gedragingen of andere investeringen in het nageslacht door de ouder
vergroot de overlevingskans van het nageslacht.
Seksuele selectie: specifiek type selectie dat verschillen tussen mannen en vrouwen creëert.
- Bestaat uit twee processen:
o Intraseksuele competitie: competitie tussen leden van één geslacht voor
paringstoegang tot leden van het andere geslacht. (meestal mannetjes)
o Interseksuele competitie: proces van partnerselectie. Voorkeur door leden
van het ene geslacht (meestal vrouwtjes) voor bepaalde leden van het andere
geslacht.
Evolutionaire perspectieven: evolutionaire psychologie
Evolutionaire psychologie: richt zich op de psychologische mechanismen die zijn gevormd
door de evolutie.
- Neemt aan dat elk kenmerk dat we waarnemen een bepaalde adaptieve betekenis
moet hebben.
- Eén onderzoekslijn richt zich op seksuele strategieën.
- Paringsgedrag is niet willekeurig.
- Vrouwen en mannen hebben te maken met verschillende aanpassingsproblemen bij
kortdurende of losse paringen en bij langdurige paring en voortplanting.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller diedevanbezouw. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.71. You're not tied to anything after your purchase.