ABCDE: CIRCULATION theorie bloedruk en pols
Vraag 1: wat is de bloeddruk nou eigenlijk? Leg uit en teken wat bloeddruk is in het bloedvat
hiernaast.
De bloeddruk is de druk van het bloed op de bloedvatwanden. In de systolische fase trekt het hart
samen en pompt het bloed door de slagaders, aders en haarvaten. De bloeddruk is op
dit moment maximaal. Dit is de bovendruk.
In de diastolische fase ontspant het hart weer en vult het zich. De bloeddruk daalt op
dit moment. Dit is de onderdruk.
De bloeddruk is de druk die het bloed op de vaatwanden geeft -> perifere weerstand.
Bij slagaderverkalking staat er meer druk op de vaatwanden dus stijgt de bloeddruk. De wanden zijn
dan dikker en stugger dus de diameter is kleiner waardoor er minder bloed door de bloedvaten kan.
Het hart moet meer kracht zetten om dezelfde hoeveelheid bloed rond te pompen.
Als de vaten verwijden (vasodilatatie) daalt de bloeddruk.
Vraag 2: functie van bloeddruk en als deze wegvalt:
Functie van de bloeddruk is om bloed rond te pompen naar alle organen en weefsels zodat deze
kunnen blijven functioneren. Dan krijgen ze genoeg zuurstof. Als de bloeddruk wegvalt is er geen
perfusie meer, de organen krijgen dan geen zuurstof meer en er kunnen geen afvalstoffen meer
afgevoerd worden. Het bloed verzuurd dan en de dood kan dan volgen. Het bloed wordt dus niet
meer gefiltreerd. Filtratie is de kracht van de bloeddruk die nodig is om voedingsstoffen uit de
haarvaten naar het weefselvloeistof te persen. Opgeloste voedingsstoffen in bloed worden via de
semipermeabele wanden van de capillairen afgegeven op de plaats waar zij nodig zijn.
Vraag 3: leg uit wat bedoeld wordt met systolische ne diastolische bloeddruk:
Systole is de bovendruk van de arteriën en venen. Het hart trekt dan samen en pompt het bloed
rond. De diastole is de onderdruk van de bloedvaten. De bovendruk is de hoogste waarde die
gemeten wordt bij de bloeddruk. Dit is de druk op de vaatwanden als het hart samentrekt en het
bloed erdoor heen stroomt. Het geeft de elasticiteit van de vaatwanden aan.
Onderdruk is de laagste waarde die de bloedruk meter aangeeft. Dit is de druk in de vaten als het
hart zich ontspant. Dat gebeurd tussen 2 hartslagen in.
Vraag 4: leg aan elkaar uit hoe de bloeddruk werkt:
Bloeddruk:
De bloeddruk is afhankelijk van de perifere weerstand. Dit is de elasticiteit van de bloedvatwanden,
de mate waarin ze mee rekken tijdens de systolische fase. De elasticiteit is weer afhankelijk van
leeftijd en slagaderverkalking.
De perifere weerstand is tevens de diameter van de bloedvaten, hoe soepeler deze zijn hoe groter de
diameter, dus hoe lager de bloeddruk.
Diameter van de bloedvaten is afhankelijk van de vasodilatatie en vasoconstrictie. Dit laat de
bloeddruk stijgen of dalen. Dit wordt bepaald door de baroreceptoren in de bloedvatwanden.
Cardiac output: dit is de hoeveelheid ml bloed jou hart per minuut wegpompt. Dit is weer afhankelijk
van de perifere weerstand.
Je kan de cardiac output bereken door: hartfrequentie (slagen per minuut) te vermenigvuldigen met
het slagvolume; hoeveelheid bloed dat het hart per slag uitpompt.
, Het slagvolume per slag kan je berekenen door: verschil te nemen tussen eind diastolisch volume
(volume na rust van het hart, na het vullen van de ventrikels, vlak
voor een hartslag), en het eind systolische volume, na de
samentrekking van het hart.
Het slagvolume is eigenlijk het verschil tussen: hoeveelheid bloed dat
de hartkamer uitpompt tijdens een slag en het volume bloed dat na
een slag achterblijft in de hartkamer.
Vraag 5:
Bij vasodilatatie dan daalt de bloeddruk en de diameter van de venen
neemt toe.
Wanneer de bloeddruk teveel daalt zullen de venen reageren met
vasoconstrictie.
De bloeddruk was erg hoog, maar normaliseert nu weer. De cardiac output zal dalen.
De HF gaat dus omlaag. En het bloedvolume per hartslag wat uitgepompt wordt zal dalen.
Vraag 6
A) Leg een relatie tussen de hartkamercontracties
en de bloeddruk:
Hartkamercontracties bepalen hoe krachtig de
bloeddruk is. Hoe krachtiger de
ventrikelcontracties zijn, des te hoger de
systolische bloeddruk en des te meer bloed er
per slag wordt rondgepompt.
De kracht van de ventrikelcontracties is weer afhankelijk
van fysieke inspanning.
B) Bij oudere mensen treedt er vaak
artherosclerose op. Leg uit of dit juist de RR
verhoogd of verlaagt: Bij artherosclerose is de flexibiliteit van de vaatwanden verminderd. Ze
zijn dikker, stugger en de diameter is nauwer waardoor de bloeddruk stijgt. Het hart moet
meer kracht zetten om hetzelfde bloedvolume per slag rond te pompen -> meer kracht op de
vaatwanden ->hogere tensie.
C) Het bloedvolume neemt af ten gevolge van een ernstige dehydratie. De hoogte van de
bloeddruk gaat nu dalen. Dit is omdat bloed voor 91% uit water bestaat. Dit haalt men uit
voeding. Dit zorgt voor een toegenomen bloedvolume -> hogere bloeddruk.
Bij dehydratie is er dus sprake van te weinig circulerend vocht in de bloedbaan wat kan
leiden tot een lagere tensie. De bloeddruk is afhankelijk van de ernst van dehydratie. Hoe
erger dit is hoe lager de bloeddruk. Tevens gaat het hart hierbij sneller kloppen, omdat er in
verhouding tot de diameter in de bloedvaten te weinig circulerend bloed/vocht aanwezig is.
Om te zorgen dat de organen en weefsels/cellen wel voldoende bloed, zuurstof en
voedingsstoffen krijgen gaat het hart dit compenseren door sneller/vaker te slaan.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tara-sam. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $11.91. You're not tied to anything after your purchase.