Samenvatting alle colleges Moleculair biologische processen
2 views 0 purchase
Course
(T_MOLBIOPROC)
Institution
Vrije Universiteit Amsterdam (VU)
Een volledige samenvatting van alle colleges van het vak moleculair biologische processen. Door deze samenvatting goed te leren, kan je het tentamen in 1 keer halen!
Celtypen in bot:
1. Osteoblasten: bouwt bot op (Bot kan herstellen nadat het gebroken is).Ligt tegen het bot aan.
2. Osteoclasten: breekt bot af. Ligt tegen het bot aan.
3. Osteocyten: voelt hoeveel kracht op bot staat en zendt signalen naar de osteoblasten of
osteoclasten. Ligt in het bot.
4. Botrandcel: bedekken de oppervlakte van het bot.
Functies van bot: vangt belasting op, maakt beweging mogelijk door aanhechtingsplekken voor
pezen en spieren, beschermt interne organen, vormt haard voor bloedaanmaak, opslag voor
mineralen (veel calcium in bot). Bot is erg sterkt ook kauwkrachten zijn erg hoog.
Bot afbraak als gevolg van verdwijning belasting: Kaakbot kan afbreken als elementen getrokken
worden, hierdoor voelt het bot geen belasting meer en denkt het dat het dus niet meer nodig is. Een
prothese is daarom ongewenst want zorgt voor botafbraak omdat het alleen op de gingiva steunt.
Implantaten steunen wel op het bot en hierbij heb je dat dus niet.
Opbouw bot:
1. Een compacte buiten laag
2. Binnen spongieus bot. Dit bestaat uit kleine botbalkjes en in de holtes daarvan zit beenmerg.
Roodbeenmerg zit bij kinderen en geel beenmerg heb je bij volwassenen. Osteocyten zitten in de
botbalkjes en in het compacte bot. Osteoclasten en osteoblasten liggen altijd tegen het bot aan en
niet erin. Het haverse kanaal daar lopen bloedvaten in om voedsel te verzorgen voor de cellen.
Porien waar bloedvaten door lopen zijn veel groter dat en gaatjes waar de osteocyt in zitten.
In de koppen van pijpbeenderen zit spongieus bot, in de diafyse zit beenmerg.
Periost: dubbele laag membraan die het bot beschermt en bevat cellen die botcellen kunnen
worden. Als je iets breekt, scheur je eigenlijk ook dat membraan waardoor er dus cellen vrijkomen
om bot te maken. In het periost liggen veel zenuwen, bloedvaten en lymfe, hierdoor is het periost
dus erg gevoelig.
Het endost: membraan dat aan de binnenkant van het bot zit en is dunner dan het periost.
Rood beenmerg: kan nieuwe bloedcellen maken. Bij volwassenen veranderd dit voornamelijk in
geelbeenmerg en dit is vet. Roodbeenmerg zit wel in de platte botten van de schedel en in de koppen
van de femurus en humurus bij volwassenen. Bij kinderen zit het in al het botmerg en spongieus bot.
Voorlopers botcellen:
Osteoblast en osteocyt komen voort uit mesenchymale cellen. Sommige Osteoblasten maken zoveel
bot en laten zichzelf ingroeien en worden dan uiteindelijk een osteocyt.
Osteoclasten komen uit de bloedbaan en hebben als voorlopers dus een monocyt. Deze cellen
kunnen dus nooit elkaars functie overnemen omdat ze uit andere structuren komen.
, Bot samenstelling:
Matrix (Osteoid): bestaat uit glycoproteinen, proteoglycanen en collageen. Collagenen zijn een soort
touwen in een cement matrix, dit zorgt voor trekweerstand van het bot. Osteoid is een ander woord
voor nog niet verkalkte bot matrix.
Mineraal: bestaat uit hydroxyapatiet en calciumfosfaat. De zachte matrix wordt afgezet en na een
tijdje wordt dit omgezet in keihard mineraal.
Botvorming:
Osteoblasten zetten zachte matrix af, dit mineraliseert en wordt dan hard bot (65%).
Communicatie tussen osteocyten:
Osteocyten liggen in lacunes. De uitlopers (gemiddeld 60) hiervan lopen door kanaaltjes naar een
centraal kanaal of andere lacune. Hierdoor kunnen de osteocyten met elkaar communiceren. Waar
bot wordt vervormd wordt ook lokaal de cel vervormd, hierdoor krijg je signalen in de kern en die
maakt signalen voor andere cellen. Dit komt door een vloeistofstroom over de uitlopers van de
cellen. Osteocyten zitten gerangschikt in het bot om een bloedvat. Osteocyten kunnen osteoclasten
en blasten reguleren door ze te (in)activeren.
Lamellair bot (systeem van havers/osteon)
Compact bot bestaat uit osteon. Osteon is een schil van afgezet bot (om een bloedvat) net als bij een
boom.
Dit ontstaat door Appositionele bot groei: Osteoclasten graven door bot heen om bloedvaten aan te
kunnen leggen. Een hoofdbloedvat wordt een kanaal van Havers genoemd en een dwarsverbinding
wordt een kanaal van Volkman genoemd. De kanalen van Havers zijn dus onderling met elkaar
verbonden via de kanalen van Volkmann. Deze lopen haaks op de kanalen van Havers en verbinden
de bloedvaten met elkaar en met het periost. Osteoclasten graven echter een veel te groot gat. Om
de ruimte op te vullen, worden osteonen, lamellen van osteocyten, afgezet. Lamellen worden van
buiten naar binnen aangelegd, dus jonge osteonen hebben een breder centraal kanaal dan oudere.
Bot afbraak: Moet het gemineraliseerde bot afbreken en de zachte matrix kunnen afbreken. Dit doen
osteoclasten door de ph te verlagen en eiwitten af te breken. Osteoclast heeft meerdere kernen(3 tot
20). Ruffled border zorgt voor vergroote contactoppervlak en gebruikt het om het bot af te breken.
Hij hecht zich door de sealingzone. Die schermt hierdoor af tot waar het zuur kan komen, want
anders vindt er ook op andere plekken schade op. Het zuur breekt calcium af en lysosomen de
matrix. Het afval wordt uiteindelijk getransporteerd naar de interstitiële vloeistof.
Osteogenesis/Bot groei:
Week 8 van embryonale ontwikkeling vormt bot zich door:
1. Intramembraneus (endesmaal) verbening: uit een fibreus membraan. (de platte beenderen):
Vanuit fibreus membraam wordt direct bot gevormd. Is het zelfde als directe botvorming.
Stap 1: In het mesenchymale weefsel zitten cellen die clusteren en tot osteoblast worden
gedifferentieerd.
Stap 2: De osteoblasten maken osteoid, dit verkalkt later. Hierdoor komen de osteoblasten
ingesloten te liggen en differentiëren ze tot osteocyten.
Stap 3: In het woven bot dat is ontstaan vormen kanalen (trabecula) en er omheen een periost . Door
de kanalen lopen bloedvaten.
Stap 4: Het woven bot wordt laminair bot en in het trabecula ontstaat rood beenmerg zodat er een
nieuwe aanvoer van osteoclasten is.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller rogann. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.89. You're not tied to anything after your purchase.