100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Begeleiden / Begeleidingskunde, verpleegkunde niveau 4, samenvatting $4.82
Add to cart

Summary

Begeleiden / Begeleidingskunde, verpleegkunde niveau 4, samenvatting

1 review
 234 views  11 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Samenvatting van het boek Begeleiden van traject v&v, niveau 4. Hoofdstukken 2, 3,4,5, en 7 zijn samengevat. Handig hulpmiddel voor je toets.

Preview 2 out of 9  pages

  • No
  • Unknown
  • February 26, 2018
  • 9
  • 2016/2017
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: lottevaneijden • 6 year ago

avatar-seller
Samenvatting Begeleiden
Verpleegkunde niveau 4
3e jaar:




Hoofdstuk 2: Ontwikkelingspsychologie:


Ontwikkelen houdt een duurzame en langzame verandering in. Mensen kunnen op 3 manier
ontwikkelen:
- te groeien
- te leren
- rijping; het ergens aan toe zijn
Deze 3 hangen met elkaar samen. Geen invloed op rijpingsprocessen.

geronto-psychologie: Focust zich op gedrags- en belevingsveranderingen bij de ouder wordende
mens.
Drie factoren die invloed uitoefenen op de ontwikkeling van de mens:
- interne factoren; aanleg, al bij geboorte bepaald.
- externe factoren; omgeving en omstandigheden
- zelfbepaling; zelf richting geven aan je eigen ontwikkeling

Ontwikkelingsfasen:
- Ongeboren kind; prenatale fase; 40 weken
- zuigeling (-18 maanden)
- peuter (18 mnd, - 4 jaar)
- kleuter (4-6 jaar)
- schoolkind (6-12 jaar)
- puber (12-17)
- adolescent (17-22)
- volwassene (22-65)
- oudere (65+)

Ontwikkelingsaspecten; verschillende deelaspecten binnen die ontwikkeling:
- Lichamelijk aspect; zintuigen, motoriek, groei
- Cognitief; verstand, taal, denken en geheugen
- sociaal; omgang met anderen, sociaal gedrag
- persoonlijk: eigen identiteit, eigen wil, jongens of meisjesgedrag
- emotioneel: gevoelens en vertrouwen en veiligheid
- seksueel: lichaam en lustbeleving, waardering voor eigen lichaam

, Baby en peuter:

Reflexbewegingen: de eerste bewegingen die een baby maakt.
Baby heeft twee opvallende reflexen; zuig- en grijpreflex.
Coördinatie betekent afstemming. Afstemming tussen ogen en handen heet oog-hand coördinatie.
Pincetgreep: voorwerp vastpakken tussen duim en wijsvinger.
Exploratiedrang: de wereld leren kennen.
Een peuter denkt concreet, dat wil zeggen, zich alleen richt op wat aanwezig en tastbaar is. Een
peuter denkt magisch (toverkunst). En Animitisch. Animistisch denken: aan levenloze dingen
menselijke eigenschappen toekennen. Bijv. een pop die verdrietig is.

Het leren van baby en peuter kent 3 kenmerken:
- ervaringsleren; door ze zelf te doen
- herhalingsleren; door te oefenen
- imiterend leren; na-apen

Eenkennig periode: aanhankelijkheid van deouders komt naar buiten. Het kind krijgt last van
scheidingsangst.
Temperament: vanaf de geboorte heeft een baby een eigen aard.
Een peuter is egocentrisch; d.w.z. bekijkt de wereld vanuit zijn eigen gezichtspunt. Is het gevolg van
onvermogen. Kan zich niet in anderen verplaatsen. Ontwikkelt ook zijn eigen wil. Peuter komt in
koppigheidsfase. Ook wel peuterpubertijd.

Kleuter en schoolkind:
Cognitief denken: fantasie denken, jokken (zonder opzet onwaarheden vertellen).
Bij een schoolkind realiteits denken; ziet de zaken zoals ze werkelijk zijn. Prestatiegerichtheid; wil
dingen goed doen en goed kunnen.
Conformisme: bij de groep willen horen, zich aanpassen. Meedoen met de groep.
In kleuterfase ontwikkelt het kind een zelfbeeld. Ook schaamtegevoelens en schuldbewustzijn.
Geslachtsgebonden gedrag: een meisje gaat zich meisjesachtig gedragen en een jongen
jongensachtig. Dit is deels aangeboren, deels aangeleerd.

Puber en adolescent:
Seksuele rijping: uitgroeien tot een volwassene die zich kan voortplanten.
Abstract denken: nadenken over zaken die niet direct waarneembaar zijn of die niet rechtstreeks
worden ervaren. Kritischer denken, ook over zichzelf.  onzekerheid en egocentrische houding.
Een adolescent laat het kritisch denken los en gaat genuanceerd denken; zijn mensenkennis en
inlevingsvermogen nemen toe. Bij jongeren zijn er twee belangrijke invloedsferen: de ouders en het
vriendengroep. Bij ouders is een losmakingsproces gaande. De meeste pubers maken deel uit van een
peergroup. Di t geeft hem de ruimte om te experimenteren met zijn gedrag, gelegenheid te oefenen
met allerlei rollen, en zich te oriënteren op andere normen en waarden. Een puber wil in deze groep
niet opvallen: conformeren.

Volwassene en oudere:
Jongvolwassene; 22-40 jaar

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nursey91. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53340 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.82  11x  sold
  • (1)
Add to cart
Added