100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Contractenrecht Verdiept $7.01   Add to cart

Summary

Samenvatting Contractenrecht Verdiept

 8 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting Contractenrecht Verdiept met collegeaantekeningen en per week de essentie van de artikelen en arresten uitgewerkt.

Preview 4 out of 36  pages

  • December 13, 2023
  • 36
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
Samenvatting contractenrecht
Blok 1 – Autonomie, informatie en relativiteit

Leerstukken
 Handelingsbekwaamheid en beschikkingsbevoegdheid
 Machtiging en volmacht
 Consensualisme vs vormvereisten
 Wilsgebreken, precontractuele zorgplichten en informatieverplichtingen
 Relatieve werking contracten; verhouding tot derden

Vertrekpunten
 Eenieder is vrij om zijn vermogensrechtelijke rechtsverhoudingen in te richten
naar eigen goeddunken
 Die vrijheid betekent gebondenheid aan eenmaal gemaakte keuzes
 Perfecte contracten veronderstellen perfecte informatieposities
 Partijen moeten zichzelf beschermen tegen transactioneel informatiedeficit
 Contracten werken alleen tussen partijen en buiten contract zijn vreemden
elkaar dus weinig verschuldigd

Het vermogensrecht beschermt eigendom en faciliteert economische uitwisseling van
goederen en waardeerbare prestaties. Het economische verkeer dient gereguleerd te
zijn, voornamelijk door het sluiten van contracten. Daarbij staan dispositievrijheid en
contractsvrijheid centraal.
- Faciliteert: Zonder pacta sunt servanda geen markteconomie (voorbeeld).
- Geleidt: Handje helpen en waar nodig corrigeren.
- Eigendom: fundament van de maatschappij en de hoeksteen van de vrijheid. In
verband te brengen met faciliterende rol van het vermogensrecht. Het
vermogensrecht geeft regels ter bescherming van eigendom tegen inbreuken
door derden en biedt een raamwerk voor dispositievrijheid. Als er geen eigendom
is, krijg je tragedy of the commons: Niemand investeert in het goed, waardoor het
verwaarloost. Leidt tot minder economische groei. Eigendom kan begrensd
worden door:
o Burgers onderling
 Artikel 5:1 lid 2 BW
 Artikel 3:13 lid 2 BW
 Artikel 5:37 BW
o Om redenen van het algemeen belang of sociale doelen
 Onteigeningswet
 Volgens EVRM toegestaan: artikel 1 lid 1 Eerste Protocol EVRM
o Indirecte begrenzing door herverdeling van welvaart.
 Belastingmaatregelen,
 Sociale zekerheid

Randvoorwaarden voor welvaart door markteconomie:
- Verhandelbaarheid: Schaarse goederen moeten rouleren op basis van vraag en
aanbod.

, - Kenbaarheid: Van eigendomsposities. Belangrijk om te weten wie eigenaar is en
wie tot vervreemden en bezwaren bevoegd is.
- Stabiliteit
- Voorspelbaarheid

Autonomie: burgerlijke vrijheid
- 3:32 BW: handelingsbekwaamheid: elk persoon is in beginsel bekwaam om
rechtshandelingen te verrichten.
o Soms sprake van paternalisme: ontnemen van handelingsbekwaamheid:
artikel 1:378 BW. Voorkomen zichzelf schade berokkenen
- Het staat partijen vrij
o Al dan niet een overeenkomst te sluiten
o Zelf de inhoud van de overeenkomst te bepalen
- Gebondenheid als vrije keuze van de betrokkenen. Wilsovereenstemming: 6:213
en 6:217 jo. artikel 3:33 BW.
- Het contractenrecht schrijft niet voor dat we contracten moeten sluiten en ook
niet met welke inhoud en welke vorm (3:37 lid 2 BW)
- Autonomie betekent ook: gebonden aan het eenmaal gegeven woord  pacta
sunt servanda. Dit vind je niet direct ergens terug in het BW. Belangrijkste
voorbeeld 3:296 BW. Je kan bijvoorbeeld ook schadevergoeding vragen.
- Contractsvrijheid een species van autonomie. Ideaaltype van sociale uitwisseling
op een goed werkende markt. Als er geen goed werkende markt is, moet geleiding
van marktpartijen worden overwogen.

Deelname aan het economisch verkeer
Bestaat de vrije markt eigenlijk wel? Alternatief van vrije markt is de planeconomie. Wij
hebben een gedecentraliseerde maatschappij waarbij private partijen aan zet zijn;
individuele marktpartijen die zelf beslissen welke goederen en diensten hij wel of niet
afneemt (autonomie). Dit is het ideaal. Daar zijn aanmerkingen op, waardoor het ideaal
niet wordt gehaald:
- Marktpartijen moeten autonoom en rationeel handelen. Er is vaak niet de
mogelijkheid om keuzevrijheid te creëren door te weinig keus. Je maakt ook niet
altijd rationele keuzes.
o Vermogensrecht levert bijvoorbeeld 3:33. Minderjarigen zijn bijvoorbeeld
in beginsel niet handelingsbekwaam.
o Informatietekort: Partijen bezitten alle voor hen relevante informatie. Dit
is niet zo. Als je de optimale keuze wil maken, moet je bezitten over alle
relevante informatie. Het is moeilijk om dit allemaal bij elkaar te
verzamelen. Niet vol te houden o.a. door transactiekosten: zoeken van
juiste informatie kost tijd en geld.
 Informatieplichten staan in BW en in jurisprudentie om
informatietekort te verhelpen of de transactiekosten te verlagen,
bijvoorbeeld
 6:228 BW
 7:17 jo. 6:74 BW
Probleem bij informatieplichten:
 Preferenties van mensen kunnen verschillen en kan dus ook
informatie nodig is voor het maken van keuzes verschillen

,  Mensen moeten in staat en bereid zijn kennis te nemen van
de informatie, correct verwerken en ook meewegen in het
beslissingsproces: voorbeeld oplossing is gebondenheid aan
algemene voorwaarden zonder ze te lezen.
 De informatie bestaat niet altijd en is ook niet altijd volledig
of ondubbelzinnig.
 Mensen hebben cognitieve stoorzenders.
- Partijen verstaan elkaar perfect. Is de verklaring van de een wel echt begrepen
door de ander? Als dat altijd zo zou zijn, zou het uitlegleerstuk er niet zijn. Er gaat
dus wel eens wat mis in de communicatie.
o Wilsvertrouwensleer is oplossing.
- Er bestaan geen externaliteiten. De handeling van de partijen dekt het volledige
kostenplaatje. Dit is niet altijd zo. Er bestaan subsidieregelingen bijvoorbeeld.
o Vermogensrecht doet hier niet super veel mee. Hier is wel ontwikkeling in.

Vertrouwensbeginsel – wilsvertrouwensleer
- 3:35, 3:11 en 6:2. Bunde/Erckens, Haviltex, Telstar. Je mag een verklaring
vertrouwen, maar je mag de wederpartij er ook aan houden.
- Overeenkomst komt tot stand wanneer een van de partijen erop mocht
vertrouwen dat er een overeenkomst was. Je zit dan op basis van het
vertrouwensbeginsel aan het contract vast. Zoeken naar het moment dat partij
gerechtvaardigd mocht vertrouwen.
o CBB/JPO: de Plas/Valburg-aansprakelijkheid hangt hiermee samen, maar
net iets anders. Precontractuele goeder trouw. Laat ook zien dat je die
vraag moet toetsen op het moment van afbreken volgens de HR.
Precontractuele fase hoeft geen rechte lijn naar een overeenkomst te zijn.
Binaire benadering van aanbod en aanvaarding kom je vaak niet tegen.
- 3:11 is tegenhanger.
- Haviltex: is er een overeenkomst tot stand gekomen of niet?
- Telstar: Bunde/Erckens-norm is kwestie van Haviltexen. Haviltex is dus bepalen
voor totstandkoming en uitleg van overeenkomst. Bunde/Erckens norm is niet
meer van belang
- Wat doen we dan met het schrift? Zelf als het grammaticaal perfect is dan komen
we er pas achter als je dit hebt uitgelegd aan de hand van Haviltex.
o Bij gestandaardiseerde contracten, zoals NVM-akte, is de taalkundige
uitleg veel belangrijker. Dit is een soort bron van het contractenrecht.
Schept al op voorhand verwachtingen van partijen. Standaardfiguur heeft
functie bij het goed werken van de markt. Dit verlaagt de transactiekosten
enorm. Je hoeft niet meer alle punten van de akte na te gaan.
o Lundiform/Mexx:
 De meest voor de hand liggende taalkundige betekenis kan voorop
worden gesteld
 Een entire agreement clause is op zichzelf geen uitlegbepaling.
Alles wat in de overeenkomst staat, is wat partijen hebben
overeengekomen. Dit werkt niet in Nederland.
 Je kan niet alle andere stukken uitsluiten met zo’n clausule.
 Heeft het dan nog zin om dit in de overeenkomst te zetten? Het is
geen nietige bepaling, maar het doet niet wat je had verwacht. Als

, de clausule erin staat, hadden partijen de intentie de zaken volledig
te regelen.
 HR 25/08: Echtscheidingsconvenant. Woord ‘pensioengerechtigde
leeftijd’. Haviltex was buiten werking gesteld, boven
partijbedoelingen. In beginsel is de grammaticale uitleg dan
leidend. Betekent niet dat Haviltex dan niet meer werkt. Twee
vragen
 Had het hof deze frase kunnen aangrijpen om te zeggen dat
het een uitlegbepaling was en dat doen?
 Is er dan nog ruimte om te zeggen dat de bedoeling nog wel
anders kan zijn dan de taalkundige uitleg?
 Als Hof A zegt, moet Hof ook B zeggen. Dus als het een
grammaticale uitleg moet zijn, kan de bedoeling niet zorgen
voor andere uitleg.
- Artikel Wilsgebreken bij een meerpartijenovereenkomst:
o Ziet op de relativiteit van de overeenkomst
o Rechtsgevolg wilsgebreken.
o Geeft een beschouwing van hoe de wetgever de wilsgebreken heeft
uitgewerkt en accentueert daarbij de ongelijke ernst van die gebreken. Bij
bedrog kan sneller de overeenkomst worden vernietigd dan bij dwaling.
Dit is gelegen in het feit dat bij bedrog een foutieve actie centraal staat en
bij dwaling niet. Bij dwaling is de overeenkomst niet vernietigbaar
wanneer de dwaling voortvloeit uit een buitenstaander.

Causabeginsel
- Causa = Een overeenkomst moet een geoorloofde oorzaak hebben. Een correctie
op de contractsvrijheid.
- Causabeginsel: 6:229 bijvoorbeeld. De reden om de overeenkomst te sluiten is
weggevallen.
- Marginale toets dat sommige overeenkomsten niet geoorloofd zijn. Bijvoorbeeld
3:40 BW. Je mag iedere overeenkomst sluiten, maar soms werkt de wet niet mee.
Er zijn dan geen afdwingbare verplichtingen.
- Artikel 3:40 BW:
o De inhoud of strekking is in strijd met goede zeden of openbare orde 
nietig. Inhoud: waartoe verplicht de overeenkomst. Strekking: wat is het
uiteindelijke doel van de overeenkomst.
o Het verrichten van de rechtshandeling is in strijd met de wet  nietig,
vernietigbaar, geldig. 1:23 wft is een voorbeeld.
o Esmilo/Mediq: je kan niet automatisch zeggen wanneer er is gehandeld
in strijd met de wet, dat dit ook in strijd is met de goede zeden of de
openbare orde. Omdat HR van mening is dat in veel wetgeving niet goed is
nagedacht wat de consequenties zouden zijn als de wet is geschonden.
- Catoochi – de overeenkomst met een ongeoorloofd karakter
o Het arrest past in een bredere ontwikkeling met betrekking tot zowel het
leerstuk an sich als het BW als geheel: De nietigheidssanctie dient geen
sterkere werking te hebben dan haar doelstelling vereist.
o Past bij Esmilo/Mediq

Informatie

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller donnneed. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.01. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67866 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.01
  • (0)
  Add to cart