Samenvatting Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
De opstand begon als een meningsverschil over de manier waarop de overheid moest reageren op
aanhangers van het protestantisme onder een minderheid van de bevolking.
Een verschil over het geloof leidde aan het begin van de 16 de eeuw tot een scheuring binnen de
katholieke kerk. Sommige critici besloten een nieuwe Kerk te stichten of zich bij aan te sluiten bij zo’n
nieuwe kerk hervormers met als beweging de Hervorming of Reformatie.
Protestantse Kerk, aanhangers protestanten en godsdienstige opvattingen protestantisme.
Calvijn (calvinisme) en Luther (lutheranisme) kregen de grootste aanhang.
Luther vond:
- Machtsaanspraken en zelfgemaakte wetten/regels zijn onterecht.
- Alleen de Bijbel is richtinggevend. Iedereen moest de Bijbel lezen in de volkstaal. In de
katholieke Kerk lazen en verklaarden de priesters de Bijbel voor de mensen.
- Men kwam niet in de hemel door goede werken te doen, maar door in God te geloven.
Luther wilde afschaffing van de aflaten / aflaathandel.
- Afschaffing pausschap, celibaat, veel sacramenten, heiligenverering en de klooster- orden,
omdat daarover niets in de Bijbel stond.
Luther kreeg steun van Duitse vorsten. Redenen daarvoor waren:
- Zij werden hoofd van de Kerk
- Ze konden de kloosters sluiten den de bezittingen van de kloosters overnemen.
- Volgens het lutheranisme moesten onderdanen de vorst altijd gehoorzamen.
Verschillen lutheranisme en calvinisme:
- Bij de lutheranen is de vorst het hoofd van de Kerk. Bij de calvinisten bestuurt iedere
‘gemeente’ zichzelf door een raad van gekozen ouderlingen.
- Calvinisten mogen zich wél verzetten tegende vorst als hij tegen Gods gebod handelt.
2 indirecte oorzaken ontstaan Opstand (80 jarige oorlog):
1. Sterke positie van de stedelijke burgerij in de Nederlanden. Welvaart was onder de burgers
sterk toegenomen. Bourgondische vorsten hadden hiervan geprofiteerd en hief belastingen in
ruil voor privileges aan de gewesten.
2. De splitsing van de christelijke Kerk door de Hervorming. Merendeel van de bevolking bleef
katholiek maar het aantal protestanten groeide.
2 directe oorzaken ontstaan Opstand:
1. Karel V en Filips ll gaan protestanten streng vervolgen. Zij vervolgeden protestanten met
strenge plakkaten (wetten).
2. Karel V en Filips ll streven naar centralisatie en ongedaan maken van privileges.
Karel V benoemde in 1531 3 raden die hem adviseerden en me zorgden voor uitvoering van zijn
beleid. Collaterale raden:
1. Raad van State; het geven van advies. Vooral hoge edelen.
2. Geheime Raad; uitvoering van het beleid. Belangrijkst, stelde wetten/regels op.
3. Raad van Financiën; uitvoering financiële beleid. Belastingen.
Karel V wilde Nederland centraal vanuit Brussel besturen en wou in alle gewesten dezelfde regels.
1
, In 1566 bood een groep lagere edelen aan landvoogdes Margaretha van Parma een Smeekschrif aan
met het verzoek de plakkaten af te schaffen. Ze beloofde de plakkaten minder streng te zullen
uitvoeren en stuurde het Smeekschrift door naar Filips. Doordat Margaretha minder hard optrad,
durfden calvinisten zich meer te uiten. Zoals het houden van hagenpreken, openlijk verzet was er bij
de Beeldenstorm. Hagenpreken zijn kerkdiensten in de openlucht waar een protestantse predikant
een dienst hield
Filips ll gaf de adel de schuld van de Beeldenstorm en zond de hertog van Alva met een leger naar de
Nederlanden. Margaretha van Parma nam ontslag en Alva werd landvoogd. Hij verving Willem van
Oranje als stadhouder door de graaf van Bossu. Alva stelde een centrale rechtbank in: Raad van
Beroerten (Bloedraad).
Vanuit het oosten vielen de huurlegers van Willem van Oranje op 3 plaatsen de Nederlanden binnen.
Maar ze werden verslagen. Vanuit het westen vielen de Watergeuzen (geus = bedelaar in het Frans)
aan. Zij waren calvinisten die voor Alva gevlucht waren naar Engeland of het Noord-Duitse
kustgebied. De Watergeuzen veroverde in 1572 Den Briel. Vanaf toen hadden ze veel gebied in NL.
Vertegenwoordigers van 12 Hollandse steden en van de Geuzen kwamen bijeen zij besloten:
- Gezamenlijk de financiële lasten van de verdediging op zich te nemen.
- Willem van Oranje te erkennen als stadhouder van Holland, Zeeland en Utrecht.
Deze Statenvergadering was in 2 opzichten revolutionair:
- Alleen landsheer, de landvoogd(es) of de stadhouder had het recht een Statenvergadering
bijeen te roepen.
- Alleen de landsheer mocht een stadhouder benoemen.
Alva ondernam weinig acties. Hij vreesde een aanval vanuit Frankrijk. Daar bestreden hugenoten
(Franse protestanten) en katholieken elkaar. Bij een zege van de hugenoten verwachtte Alva Franse
steun aan de opstandelingen in de Nederlanden. Maar in de winter van 1572 was die kans geweken.
Alva besloot tot een harde aanpak van het verzet.
Alva stuurde soldaten om de Geuzen uit Holland en Zeeland te verdrijven. In het begin lukte dat goed,
maar bij Haarlem liep het Spaanse leger vast. Pas na zware strijd wist het Spaanse leger de stad te
veroveren. Daarna mislukten langdurige Spaanse belegeringen van Alkmaar en Leiden. Filips verving
Alva als landvoogd door Requesens omdat Alva er niet in slaagde de Opstand in Holland en Zeeland
te bedwingen.
Het lukte Alva en Requesens niet de opstand te onderdrukken:
- De langdurige belegeringen van steden kostten veel geld in verhouding tot de resultaten.
Filips ll was voortdurend in geldnood mede door oorlog tegen de Osmaanse Turken.
- Holland en Zeeland waren militair-strategisch in het voordeel. De opstandelingen beheersen
de waterwegen in hun gebied.
Toen Requesens stierf, was niet direct een opvolger beschikbaar Spaanse gezagscrisis.
Dit leidde tot politieke en godsdienstige verdeeldheid in de Nederlanden:
- Politieke verdeeldheid, Spaanse leger lukte het alle opstandige steden te veroveren behalve
een aantal steden in Holland en Zeeland.
- Godsdienstige verdeeldheid, er ontstond een tegenstelling tussen de gewesten waar het
katholicisme heerste en die waar het calvinisme de enig officieel toegestane godsdienst was.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller romytempelman. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.81. You're not tied to anything after your purchase.