100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Neurofysiologie $9.22   Add to cart

Summary

Samenvatting Neurofysiologie

 9 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Volledige samenvatting met afbeeldingen en voorbeelden uit 3e bachelor biomedische wetenschappen

Preview 4 out of 78  pages

  • December 13, 2023
  • 78
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
Neurofysiologie
= studie vd werking van neuronen (zenuwstelsel)
- CZS: hersenen (grote en kleine), hersenstam en ruggenmerg
- PZS (= gemengd)
o Sensorisch: input naar CZS
o Motorisch: output van CZS
o Autonoom: werking organen, klieren, bloedvaten, spijsvertering, ademhaling
- Hersenen produceren gedrag
o Prikkels uit omgeving of intern: opgevangen door receptoren (zicht, smaak, reuk, gehoor, tast) –> sensatie
o Hersenen verwerken (deel van) deze informatie (intergratie) –> perceptie
o Motor output: interactie met omgeving

Inleiding
Algemene inleiding
Hoe werking van de hersenen bestuderen?
- Cel theorie: wat is de functie van een cel (cel = basiseenheid van levende organismen)

Nissl kleuring: celkernen en Nissl lichamen rond kern van neuronen –> geen kleuring
van ganse zenuwcel (eiwitten kleuren, axonen moeilijker)


Nissl lichaampje = ophoping van RER, zorgt voor synthetiseren en overbrengen van
eiwitten
Golgi-kleuring: cellichamen, dendrieten en axonen (zilvernitraat slaat neer op
hersencellen)
visualisatie synaps mbv electronen microscopie
a. Presynaps
b. Synaps
c. postsynaps

- Neuron doctrine: neuronen zijn de anatomische en fysiologische basiseenheid vh zenuwstelsel –> werking vd
ray,
hersenen is terug te brengen tot elektrische activiteit van neuronen
- Reductionisme: kan gedrag begrepe worden door uitgebreide kennis van 1/enkele neuronen
- Werking vd hersenen vloeit voort uit
1. Intrinsieke eig van neuronen (moleculair, elektrisch, morfologisch)
2. Schakelingen van neuronen met:
▪ Periferie: receptor-epithelen (huid, netvlies, …)
▪ Effectororganen (spieren, klieren, …)
▪ Andere neuronen –> belang van netwerken en connecties (‘bedrading’) tss hersengebieden
 bij zoogdieren: bedrading is uniek per individu, niet gedicteerd door genoom
- Volledig connectoom (alle connecties van neuronen) in kaart gebracht van gezonde personen –> doel: diagnose van
hersenaandoeningen/stoornissen obv afwijkend hersennetwerk, mog gerichte therapie/medicatie
- Gliacellen: belangrijke rol in werking en ondersteuning hersenen (volledige rol onbekend)
o Glia = lijm: houdt neuronen bij elkaar waardoor ze kunnen communiceren
o Astrocyten: energiemetabolisme van neuronen + regulatie erking synapsen
 Communicatie dmv Ca golven zichtbaar met voltage-gevoelige
kleurstoffen (optical imaging)
o Microglia (MF): imuunrespons
o Oligodendrocyten: geleiding actiepotentialen
o Ependymcellen: productie hersenvocht

Complexiteit hersenen
- Enorme structurele en functionele diversiteit (meer celtypes id hersenen dan in andere organen)
- Veel niveaus id organisatie vd hersenen
o Niet alle neuronen kunnen alle info verwerken –> opsplitsing in gebieden met elks eigen functies
o Alle gebieden wel verbonden met elkaar om info uit te wisselen
- Algemeen thema in biologie: gen –> structuur –> functie

1

, Verschillende niveaus organisatie zenuwstelsel
- CNS –> systemen –> mappen –> netwerken –> neuronen –> synapsen –> moleculen
- Studie van elk niveau is belangrijk: afwijking op elk niveau geeft storing vh hele systeem
- Hersenaandoeningen/stoornissen meestal te wijten aan veranderingen op meerdere niveaus (complex)
- Technieken: psychofysica (gedrag), functionele beeldvorming (systeem niveau), celafleidingen, moleculaire biologische
technieken

Indeling neurofysiologische onderzoekstechnieken
- Structuur (anatomie of connecties tussen gebieden (witte stof banen) vs functie (werking)
- Directe meting neuronale activiteit: actiepotentialen (spikes, adh hiervan weten wat neuronen doen), geïntegreerde
potentialen van groter gebied (local field potentials, massapotentialen) vs indirecte meting via metabole of vasculaire
koppeling
- Zeer lokale meting vs meting van gans de hersenen
- Invasieve vs niet-invasieve metingen
- Meting met hoge vs lage spatiale resolutie (nauwkeurigheid tot locatie)
- Meting hoge vs lage temporale resolutie (nauwkeurigheid tot tijd)
- Correlatie (verband) vs causatie (oorzakelijk verband)
- Mens vs proefdier

Magnetische Resonantie Beeldvorming (MRI)
- Onderscheid tss verschillende weefsels: grijze stof, witte stof, CSV, bloedvaten
- Diffusiemetingen (DTI, DSI): verbindingen tss gebieden (witte stof banen)




Witte stof banen (niet-invasief)
Bloedvaten Densiteit vd protonen - Rood: links-rechts
- Groen: voor-achter
- Blauw: diepte

Track-tracing technieken (invasief)
Wat geeft de info door?




Stof inspuiten




Transport via axonen Cellen labelen
Vanwaar wordt de info verkregen




Zwarte puntjes: gebieden die info
krijgen van gebied waar inspuiting
(spur) plaatsvond




2

,Diffusie meting mbv MRI: diffusion tensor imaging (DTI)
- Meten van verplaatsing van watermoleculen (diffusie) in verschillende richtingen in elke voxel
- Fractionele anisotropie (FA): index voor de hoeveelheid van diffusie asymmetrie in een voxel
- FA map toont alle FA waarden in een hersenscan: lichte gebieden zijn meer anisotroop dan donkere gebieden


Water beweegt makkelijker mee id richting vg axon en niet
loodrecht, anders botsen deze tegen de wand –> richting vh water is
wss de richting vd witte stof banen. Als de watermoleculen in alle
richtingen even gemakkelijk beweegt is er wss geen witte stof baan.




- Stroomlijnen berekenen vanuit een bep startgebied
- Laat toe om conclusies te trekken over richting vd informatieflow
- Laat niet toe om meerdere kruisende bundels per voxels van elkaar te onderscheiden (wel met DSI)
- Belangrijk: diffusie metingen geven slechts bij benadering een idee over de onderliggende connectiviteit: veel vals neg
(bestaande connecties niet mappen) en vals pos (niet bestaande connecties mappen)

Spatiale en temporale resolutie onderzoekstechnieken
- Indeling obv
o Tijd (abscissa): ondergrens = resolutie, bovengrens = experimenteertijd
o Ruimte (ordinaat): ondergrens = resolutie, bovengrens = overzicht
 Assen zijn logaritmisch: grootteorde in sec en mm
o Invasiviteit
- Electrofysiologie: extra-cellulaire afleidingen van neuronen
o Dunne microelektrode meet het elektrisch veldje buiten de cel (single cell
recordings) –> actiepotentialen (spikes) vs local field potentials (LFP’s)
o Elektrode blijft buiten cel: geen beschadiging –> neuron kan vaak langdurig bestudeerd worden
o Kan ook in wakkere dieren of (uitzonderlijk) in mens: actieve taken
o Zeer goede temporele en spatiale resolutie
o Slechts 1 of enkele cellen tegelijkertijd te bestuderen met simpelere enkelvoudige elektrodes (maar ook
versies met vele recording sites, bv. Neuropixels)
o Sampling bias: vnl grotere, meer actieve neuronen
- Multi-unit electrodes: gelijktijdig registreren van single units (honderden neuronen tegelijkertijd meten)
- Electrofysiologie: intra-cellulaire afleidingen
o Glazen micropipette (scherp of patch-clamp): membraan langs buiten opzuigen (cel gaat na een tijd dood)
o In-vitro (geïsoleerde cellen, hersenplakjes) of in-vivo
o Toegang tot intracellulair milieu
o Informatie over output (actiepotentialen) en input (postsynaptische potentialen, PSPs)
o Informatie over teken van inputs (excitatorische of inhibitorische potentialen, EPSPs of IPSPs)
o Studie van geïsoleerde ionenkanalen: belangrijk voor begrijpen aandoeningen tgv defecte ion-kanalen
(neurologische, cardiovasculaire, immunologische, endocriene, respiratorische aandoeningen, enz.)
o Zeer goede temporele en spatiale resolutie
o Beschadiging cel, beperkt in tijd MEG
- Massapotentialen: electroencefalografie (EEG), magnetoencefalografie (MGC)
o Meting van kleine elektrische of magnetische veldjes thv de schedelhuid
o Niet invasief (toepasbaar bij mens en kind)
o EEG: relatief eenvoudig en goedkoop
o Zeer grote populaties van neuronen dienen samen actief te
zijn om meetbare potentiaal te genereren: geen informatie
wat individuele cellen doen
o Signaal voornamelijk van oppervlakkige corticale lagen EEG
o Povere ruimtelijke resolutie: zeer moeilijk om te weten waar generatoren liggen: source localization
probleem –> combineren met technieken met betere ruimtelijke resolutie (bv EEG/fMRI)
o Tgv schedel zijn de elektrische signalen thv de externe elektrodes zwak
o Betere signalen bij elektrodes die onder de schedel zijn geplaatst (ECOG, diepte-elektrodes)

3

, - Invasieve metingen bij mens: electro-corticogram (ECOG), celafleidingen
o Wegens ethische redenen, alleen mog in zeer beperkte gevallen (behandeling van epilepsie, motorische
aandoeningen zoals essentiële tremor, …)
o Diepte-elektroden: zowel stimulatie (input elektrische stroompjes) als celafleidingen (lokalisatie targets,
inzicht id pathofysiologische mechanismen, brain-machine interfaces) –> goede spatiale resolutie
o Oppervlakte-elektroden: grid boven (epidural) of onder (subduraal) de dura mater (elektroden niet
rechtstreeks id hersenen)
o Gedurende beperkte tijd kan data opgenomen worden bij patienten
o Belangrijk: geen normale hersenen, lokatie waarvan geregistreerd kan worden, wordt bepaald door
aandoening patient

Diepte-elektroden Opp-elektoden




Roland et al.,
- Brain-machine interfaces (BMI, BCI)
o Doel: signalen uitlezen uit hersenen of signalen vervoeren id hersenen
o Meestal in klinsche context op bep medisch probleem (bind, doof, verlamming) (deels) op te lossen
o Bv: bep vorm van verlamdheid waarbij probleem niet bij de hersenen ligt, maar bij weg naar spieren
(beschadigde motorische banen)
o Invasieve celafleidingen bij mensen met tetraplegie: aansturen van eigen/robotarm via signalen
o Deep brain stimulation (DBS) bij ziekte van Parkinson (elektroden remmen hersenactiviteit)

Functionele beeldvorlingstechnieken
- Sommige technieken laten toe om neuronale activiteit indirect te meten dankzij verband tss:
o Neuronale activiteit en metabolisme (glucose, O2): neuro-metabole koppeling
▪ Link tss activiteit neuronen (actiepotentialen, synaps) en energiemetabolisme (nood aan glucose,
O2 tgv verhoogd energieverbruik) –> toenemen neurale activiteit = toenemen GLU en O2
▪ Parameters in bloed meten: meting vd metabole veranderingen laat toe om veranderingen in
neurale activiteit te meten
o Neuronale activiteit en hemodynamische respons: neuro-vasculaire koppeling (verandering vd parameters
ih bloed meten)
- Positron Emission Tomography (PET)
o Inspuiten laag-radioactieve stoffen met kort halfleven (radio-isotopen C11, F18, N13,O15 = radiotracers)
gebonden aan bep moleculen, bv. glucose: Fluorodeoxyglucose (FDG)
o Emissie van positronen: combinatie met electronen in weefsel genereert fotonen (gamma stralen) die
gedetecteerd worden
o Overzicht vd ganse hersenen, maar slechte spatiale en temporale resolutie
o Invasief: radiotracers, beperkt aantal metingen mog
o Steeds vergelijken tss 2 condities (ziek vs gezond)
o Hoge kostprijs, on-site cyclotron nodig voor tracers met korte halfwaardetijd




4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AnetteVDB. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.22. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64438 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.22
  • (0)
  Add to cart