Samenvatting Bedrijfskude&IT- jaar 1-Onderwijsperiode 1.
8 views 0 purchase
Course
Bedrijfskunde
Institution
Hogeschool Rotterdam (HR)
Dit is een samenvatting van Bedrijfskunde en IT voor de eindtoets van onderwijsperiode 1 in jaar 1. Een hoog cijfer halen is gegarandeerd. Het doornemen van deze samenvatting is genoeg om een voldoende of zelfs hoger te halen voor je toets. Het gebruik van boeken is haast niet meer nodig.
BDK LESWEEK 1.2
Soms kan het lastig zijn om het verschil te zien tussen een bedrijf en een organisatie. Daarom
is het belangrijk om een onderscheid te maken tussen commercieel en niet-commercieel.
Een organisatie is een menselijke samenwerking die doelgericht en blijvend is (denk
aan de Hogeschool). Het is een bedrijf zonder winstoogmerk en streeft naar een goed
of dienst voor algemene nut (denk aan Connexion).
Een bedrijf is een organisatie die niet per se een winstoogmerk heeft. Organisaties die
goederen en/of diensten voortbrengen of handel drijven met het doel deze op een
afzetmarkt te verkopen noemen we een bedrijf. Een ziekenhuis is een bedrijf, maar
geen onderneming.
Een onderneming is een organisatie met winstoogmerk. De diensten die ze realiseren
kosten meer als het produceren ervan (denk aan Nike).
Een organisatie is geen bedrijf, maar een bedrijf is wel een organisatie.
We onderscheiden bedrijven met en zonder winstoogmerk:
Bedrijven zonder winstoogmerk (ook wel non-profitinstellingen genoemd)
Deze streven naar levering van goederen en/of diensten voor algemeen nut tegen
de laagst mogelijke offers. Een ziekenhuis, een gemeentelijk vervoersbedrijf en
een waterleidingmaatschappij zijn voorbeelden van bedrijven zonder
winstoogmerk.
Bedrijven met winstoogmerk streven naar winst (onderneming).
Dat betekent dat zij op eigen kracht een opbrengst voor hun producten en/of
diensten realiseren die hoger is dan de kosten van het maken of leveren ervan. Ze
proberen eraan te verdienen. Dit met bedoeling de winst ter beschikking stellen
aan de bedrijfseigenaar als beloning voor zijn investering in het bedrijf.
Voorbeelden van bedrijven met winstoogmerk zijn Volvo, Unilever, Philips, maar
ook midden-en kleinbedrijven, zoals de sigarenzaak om de hoek.
Elk organisatie is dus geen bedrijf. Een organisatie is alleen een bedrijf als deze
goederen en/of diensten produceert. Ook blijkt niet elk bedrijf een onderneming
te zijn. Dit laatste geldt namelijk alleen voor bedrijven die gericht zijn op het
maken van winst.
Bedrijven zijn organisaties
Een bedrijf is, naast het feit dat het de goederen produceert, diensten levert en of
handel drijft, in de kern een organisatie. Je kunt een bedrijf dan ook zien als een
menselijk samenwerkingsverband dat doelgericht en blijvend is. Deze
omschrijving omvat vier belangrijke kenmerken, waarvan het belangrijk is deze uit
te werken, omdat deze exact aangeeft waar het in een organisatie om gaat:
1. De mens in de organisatie
2. De samenwerking in een organisatie
, 3. Doelgerichtheid binnen de organisatie
4. Continuïteit in een organisatie
Synergie-effect
Het resultaat van het totale samenwerkingsverband is groter dan een opstelling van de
resultaten van de individuele prestaties.
Organisatiedoelen kunnen veranderen, maar om de eenheid binnen de
organisatie te bewaren, zullen er altijd één of meer gezamenlijke doelen aanwezig
moeten zijn. Als dit niet het geval was, zou het richtinggevoel ontbreken: iedereen
zou zijn eigen doelen nastreven.
Bij bedrijfskunde gaat het om de zogenaamde going-concerngedachte. Dat wil
zeggen: Je gaat bij het nemen van managementbeslissingen uit van de continuiteit
van het bedrijf (ongeacht de eventuele overdracht van eigendom van het bedrijf
na een overname).
Binnen bedrijfskunde geldt de interne hoofddoelstelling voor bedrijven: het
voortbestaan van het bedrijf. De externe hoofddoelstelling van bedrijven is het
voorzien in een (maatschappelijke) behoefte.
Vereenvoudigde weergave van de werking van een bedrijf
Bedrijven worden opgericht met een bepaalde doelstelling. Om die doelstelling te realiseren
zal input veranderd moeten worden in output. Dit wordt het transformatieproces genoemd.
Een transformatieproces waarbij er niet wordt aangegeven hoe de input tot de juiste output
wordt getransformeerd noemen we blackboxbenadering. Men beschouwt het bedrijf als een
zwarte doos waarbij alleen gezien kan worden wat er ingaat en wat er uitkomt. Deze
benadering is te vergelijken met de wijze waarop men het eerder aangegeven
koffiezetapparaat bekijkt: Men doet erin wat erin moet, en hoopt daar vervolgens lekkere
koffie voor terug te krijgen. Hoe het apparaat precies functioneert zal alleen de fabrikant van
het apparaat (en zijn concurrenten) interessseren.
Dus kort samengevat is een blackboxbenadering een benadering waarbij een
organisatie wordt opgevat als een zwarte doos waarbij alleen gezien kan worden wat
erin gaat en wat eruit komt
,Nettowinstmarge
De nettowinstmarge geeft de mate aan waarin je van de omzet nog winst
overhoudt.
Nettowinstmarge=nettowinst/omzet*100%
Nettowinst
Als een bedrijf alle rekeningen aan de toeleveranciers en salarissen heeft betaald, de
rente op leningen en de belastingen heeft betaald etc, houdt ze allemaal onder aan de
streep. Uiteindelijk houd je als het goed is een bedrag over. De eindresultaat noemen we
de nettowinst.
Omzet
De omzet betreft alles wat het bedrijf verkocht heeft (eenheden x prijs), deze staat
helemaal boven aan de winst-en-verliesrekening.
Kenmerken van organisaties
De mens
Samenwerking
Doelgerichtheid
Continuïteit
Bedrijfskunde multi- en interdisciplinair.
Bedrijfskunde is het vakgebied dat zich bezighoudt met het op de juiste wijze
organiseren, in elkaar zetten, en regelen van bedrijven. Het aandachtsgebied van dit vak
betreft bedrijven en bedrijfsvoering. Bedrijfskunde kun je zien als een overkoepelend
vakgebied dat waar nodig andere vakgebieden combineert. De bedrijfskunde brengt op
zichzelf staande vakken (monodisciplines) samen omdat één op te lossen
bedrijfsprobleem vaak niet toe te splitsen is op één vakgebied. Daarom spreek je van het
multidisciplinaire karakter van bedrijfskunde (multi betekent meer, er komen
verschillende disciplines in de bedrijfskunde samen). De volgende vakgebieden spelen
binnen de bedrijfskunde een rol. Het gaat echter nog een stap verder. De bedrijfskunde is
geen kritiekloos doorgeefluik van kennis uit de verschillende vakgebieden. Het brengt
vakgebieden niet alleen bij elkaar, maar brengt eerst met eigen bedrijfskundige
begrippen een probleem in kaart. Om dan andere ‘vakken’ erbij te nemen om te zien
welke oplossingen zij kunnen aanbieden. Voor de uiteindelijke oplossing zet de
bedrijfskunde de verschillende vakgebieden tegenover elkaar als er tegenstellingen zijn.
En maakt dan een keuze die het beste past bij het praktijkprobleem in het bedrijf. Of
knoopt vakgebieden aan elkaar als de oplossing elementen uit verschillende vakgebieden
nodig heeft. Vanwege die verbinding van verschillende disciplines met elkaar wordt
bedrijfskunde interdiscipline of interdisciplinair genoemd.
Manager
, Een manager daarentegen is iemand die zich richt op de planning, organisatie, leiding en
beheersing van een organisatie en die menselijke en materiële middelen toewijst om de
organisatiedoelen te bereiken.
Competenties van de bedrijfskundigen
Analytisch inzicht: Hij moet de werking (of de fouten daarbij) van een bedrijf
kunnen analyseren opdat hij verbeteringen kan aandragen.
Adviseren: Een bedrijfskundige zit vaak in een adviserende rol. Hij moet rekening
houden met zijn publiek, doseren, en goed opletten of het advies begrepen
wordt. Niet alle advies wordt opgevolgd. Daar moet hij tegen kunnen.
Samenwerken: Omdat een bedrijfskundige zich bezighoudt met verschillende
vakgebieden moet hij met diverse afdelingen en specialisten samenwerken. Hij
moet dan ook beschikken over tact en inlevingsvermogen.
Communiceren: Een bedrijfskundige moet goed kunnen uitdrukken. Hij moet
ideeën kunnen uitleggen en toelichten en in heldere prestentaties adviezen
aanreiken. Een bedrijfskundige beschikt over goede mondelinge en schriftelijke
communicatievaardigheden.
Leiding kunnen geven: Om als bedrijfskundige aan de slag te kunnen is het
belangrijk dat hij kan plannen, organiseren, en delegeren. Vaak geeft hij immers
leiding aan een projectteam, afdeling of bedrijf.
Stressbestendigheid: Een bedrijfskundige werkt in een complex werkveld, waarin
mensen vanuit verschillende disciplines verschillende meningen en belangen
hebben. Vaak spelen er deadlines. Daar moet hij tegen kunnen.
*Ezelsbrug= Claass
Pijlers van de bedrijfskunde
Bedrijfseconomie
Bedrijfspsychologie
Technologieleer
Inkoopkunde
Marketing en Sales
Organisatiekunde
Communicatiekunde
Management van processen
Rechten
Bedrijfssociologie
Facility management
Informatiekunde
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller 1014275I. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.44. You're not tied to anything after your purchase.