100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Stappenplan Bestuurs(proces)recht II (JUR-2BES2RGL) 2023 Radboud Universiteit $7.05   Add to cart

Summary

Samenvatting Stappenplan Bestuurs(proces)recht II (JUR-2BES2RGL) 2023 Radboud Universiteit

1 review
 40 views  5 purchases
  • Course
  • Institution

Dit document bevat alle rijtjes voor het tentamen Bestuurs(proces)recht II (week 1-12) en is opgedeeld per blok. Het document bevat per onderwerp alle stappen die moeten worden doorlopen om het leerstuk te kunnen beantwoord, inclusief arresten die daarbij horen.

Preview 3 out of 22  pages

  • December 14, 2023
  • 22
  • 2022/2023
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: rubenschreuder32 • 4 months ago

avatar-seller
Stappenplannen Bestuurs(proces)recht II 2022-2023
Blok A: Handhaving van bestuursrecht
Kan een last onder bestuursdwang worden opgelegd? (bestuurlijke sanctie: art. 5:21 jo. 5:2
lid 1 sub a en b jo. 5:4 Awb)
1. Er moet sprake zijn van een overtreding (art. 5:1 lid 1 Awb)
 Art. 5:21 jo. 5:2 sub a en b jo. 5:1 lid 1 Awb: ‘een gedraging die in strijd is met een
wettelijk voorschrift’. In de casus wordt gegeven dat er op grond van een bepaald
artikel een overtreding wordt begaan.
2. Bevoegdheid staat als een bijzonder wettelijk voorschrift hierin voorziet (art. 5:4
Awb)
 Art. 125 Gemeentewet lid 1+2 (algemene bevoegdheid), art. 122 Provinciewet,
art. 61 Waterschapswet
 Art. 5:1 en 5:2 lid 1 Wabo
 Bevoegd gezag? Bijv. art. 1:1 lid 1 Wabo jo. art. 2:4 lid 1 Wabo.
3. Er geldt een beginselplicht tot handhaven wat betreft herstelsancties (ABRvS
Ligplaats Goes en ABRvS Amsterdams dakterras), tenzij er sprake is van bijzondere
omstandigheden:
 Concreet zicht op legaliseren
 Een beroep op enig materieel algemeen beginsel van behoorlijk bestuur (vb.
vertrouwensbeginsel en gelijkheidsbeginsel)
 Absolute overmacht (art. 5:5 Awb)
4. Indien er geen bijzondere omstandigheden zijn geldt de beginselplicht tot
handhaven, tenzij op grond van art. 3:4 lid 2 Awb handhaven onevenredig in
verhouding is met de te dienen belangen:
 Bagatelovertreding = overtreding die zeer klein of onbelangrijk is
 Inbreuk op het recht, maar gevolgen ongedaan maken staan niet in verhouding
met de inbreuk op het recht
 Concreet zicht op beëindiging
Kan een last onder dwangsom worden opgelegd? (bestuurlijke sanctie: art. 5:31d jo. 5:2 lid 1
sub a en b jo. 5:4 Awb)
1. Er moet sprake zijn van een overtreding (art. 5:1 lid 1 Awb)
 Art. 5:31d jo. 5:2 sub a en b jo. 5:1 lid 1 Awb: ‘een gedraging die in strijd is met
een wettelijk voorschrift’. In de casus wordt gegeven dat er op grond een bepaald
artikel een overtreding wordt begaan.
 Als er blijkt dat er een gevaar is voor een overtreding, kan er al een herstelsanctie
worden opgelegd gelet op art. 5:7 Awb:
- Klaarblijkelijk gevaar op een zeer korte termijn én;
- Concreet bij of krachtens de wet gesteld voorschrift;
- De overtreding en de sanctie moet gelet op de eis van rechtszekerheid,
voldoende duidelijk in de beschikking kunnen worden om schreven.
2. Is er een wettelijke grondslag?

,  Art. 5:4 lid 1 Awb jo. 125 Gemeentewet, art. 122 Provinciewet of art. 61
Waterschapswet: het blijkt dat zij regels mogen uitvoeren, omdat zij ook
vergunningen geven. Het gaat deze artikelen over een bestuursdwang, maar gelet
op art. 5:32 Awb wordt er een afgeleide bevoegdheid gegeven. Als er een
bestuursdwang opgelegd mag worden, dan mag de dwangsom ook worden
opgelegd. Naast deze afgeleide bevoegdheid is er ook een zelfstandige
bevoegdheid: dit zijn ministers of een zbo.
3. Wie is de overtreder?
 Een last onder dwangsom wordt opgelegd aan de overtreder (art. 5:1 lid 2 Awb).
Dat kan een natuurlijke persoon of rechtspersoon zijn (art. 5:1 lid 3 Awb).
 Art. 5:32 Awb: de last onder dwangsom kan alleen aan de overtreder worden
opgelegd.
 Ook degene die de overtreding niet zelf heeft begaan kan als overtreder worden
aangemerkt, omdat de handeling aan hem is toe te rekenen (IJzerdraad-criteria):
- Heeft de rechtspersoon beschikkingsmacht over hetgeen wat de feitelijk
dader doet?
- Is het handelen van het feitelijk dader als zodanig aanvaard?
 Als een rechtspersoon opdracht geeft, loopt deze het risico dat de
opdrachtnemer handelingen verricht die in strijd zijn met de wet. Dit moet de
opdrachtgever goed afdekken door bijvoorbeeld een overeenkomst te maken
waarin in wordt gezet dat de opdrachtnemer wel vergunningen moet hebben.
Eisen van evenredigheid bij een last onder dwangsom
1. Uitgangspunt is art. 5:32b lid 1 Awb. Drie algemene mogelijkheden:
a. een bedrag ineens als nog een keer dezelfde overtreding wordt begaan of niet
per een bepaalde datum is beëindigd
b. een bedrag per tijdseenheid zolang de overtreding voortduurt (duurovertreding)
c. een bedrag per overtreding (repeterende overtreding, zoals overtreding
voorschrift ter beperking van geluidsoverlast).
 In geval 2 en 3 moet een maximum bedrag worden vastgesteld waarboven geen
dwangsom meer wordt verbeurd (art. 5:32b lid 2 Awb), omdat het anders
oneindig door blijft gaan.
2. De hoogte van de dwangsom (evenredigheidstoets art. 5:32b lid 3 Awb):
 De bedragen dienen in een redelijke verhouding te staan tot ‘’de zwaarte van het
geschonden belang en de beoogde werking van de dwangsom’’ (ABRvS Chalet
Caris en art. 5:32b lid 3 Awb).
 De hoogte van de dwangsom moet afgestemd zijn op de ernst van de inbreuk op
het recht en een zodanige prikkel tot herstel geven (ABRvS Ligplaats Goes r.o.
7.4).
 De vermogenspositie van de overtreder mag vanwege het oogmerk van de
sanctie op zichzelf geen rol spelen, het met de overtreding (in de toekomst nog)
te behalen financiële voordeel juist wel (ABRvS Chalet Caris).
3. Indien het bestuursorgaan een discretionaire bevoegdheid heeft de bestuurlijke
sanctie op te leggen

,  Uit de jurisprudentie volgt echter een beginselplicht tot handhaving m.b.t.
herstelsancties (zie r.o. 7.1 ABRvS Ligplaats Goes). Aangezien het opleggen van
een bestuurlijke sanctie een discretionaire bevoegdheid is, dient het
bestuursorgaan belangen af te wegen, maar het belang van handhaving staat
voorop. Er wordt gekeken of er sprake is van:
- Concreet zich op legalisering
- Of een beroep kan worden gedaan op een materieel abbb.
 Doet zich geen bijzondere omstandigheid voor, dan moet wordt beoordeeld of in
het concrete geval handhaving, gelet op het belang dat daarmee is gediend,
zodanig onevenredig uitpakt dat van handhaving moet worden afgezien 
evenredigheidstoets. Vaak wordt eerst een waarschuwing gegeven (soms
verplicht).
 Er wordt geen dwangsom opgelegd als het voortduren van de overtreding leidt
tot onomkeerbare gevolgen of leidt tot hoge schade wat alleen tegen hoge
kosten ongedaan kan worden gemaakt.
Cumulatie van bestuurlijke sancties
1. Is het bestuursorgaan bevoegd om twee sancties op te leggen voor dezelfde
overtreding?
 Er mogen op grond van art. 5:6 jo. 5:3 Awb niet twee herstelsancties voor
dezelfde overtreding tegelijk worden opgelegd.
 Een bestuurlijke boete mag niet worden gevolgd door een bestuurlijke boete (art.
5:43 Awb).
 Een herstelsanctie en een bestuurlijke sanctie kunnen wel samen opgelegd.
 Herstelsanctie kan wel worden opgelegd met intrekking van een beschikking.
2. Voldoet het totaalpakket aan sancties aan het evenredigheidsbeginsel (art. 3:4 lid 2
Awb, maar zie ook art. 5:32b lid 3 en 5:46 leden 2 en 3 Awb)?
 Dit is met oog op het ne bis in idem-beginsel.
Kan een bestuurlijke boete worden opgelegd? (bestuurlijke sanctie: art. 5:40 jo. 5:2 lid 1 sub
a en c jo. 5:4 Awb)
1. Er moet sprake zijn van een overtreding (art. 5:1 lid 1 Awb)
 Art. 5:40 lid 1 jo. 5:2 sub a en b jo. 5:1 lid 1 Awb: ‘een gedraging die in strijd is
met een wettelijk voorschrift’. In de casus wordt gegeven dat er op grond van een
bepaald artikel een overtreding wordt begaan.
2. Is er een wettelijke grondslag?
 Art. 5:4 lid 1 Awb jo. 125 Gemeentewet, art. 122 Provinciewet of art. 61
Waterschapswet. In de casus wordt de specifieke wettelijke grondslag gegeven
voor het opleggen van de bestuurlijke boete.
3. Strafuitsluitingsgronden
 Art. 5:5 Awb (rechtvaardigingsgrond)
 Art. 5:41 Awb (schulduitsluitingsgrond)  is de overtreding verwijtbaar?
4. Is het opportuun een bestuurlijke boete op te leggen?

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Jennifer2022. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.05. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

79202 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.05  5x  sold
  • (1)
  Add to cart