Samenvatting goederenrecht (deel van het tentamen privaatrecht)
8 views 0 purchase
Course
Praktisch goederenrecht (HBR1HM20CO)
Institution
Hogeschool Leiden (HSL)
Book
Praktisch goederenrecht
Dit is de perfecte samenvatting van goederenrecht. In deze samenvatting staat alles wat je moet weten voor de toets privaatrecht. In mijn andere samenvatting die op stuvia staat aangeboden, is verbintenissenrecht samengevat. Veel succes op het tentamen!
Goederen zijn alle zaken en alle vermogensrechten.
Zaken zijn de voor menselijke beheersing vatbare stoffelijke objecten.
Een vermogensrecht is een recht met een bepaalde waarde die in geld is uit te drukken.
- In de eerste plaats kan het gaan om rechten die overgedragen kunnen worden (bijv.
eigendomsrecht).
- Ten tweede zijn het rechten die erop gericht zijn de rechthebbende – dit is meestal de
eigenaar – stoffelijk (materieel) voordeel te geven (bijv. smartengeld).
- Ten derde zijn vermogensrechten rechten die zijn verkregen in ruil voor stoffelijk
voordeel of in ruil voor toegezegd stoffelijk voordeel (bijv. boodschappen voor
iemand doen voor geld).
Onroerende zaken zijn zaken die niet verplaatsbaar zijn.
Roerende zaken zijn alle zaken die niet onroerend zijn.
Een bestanddeel is alles wat volgens verkeersopvatting deel uitmaakt van een zaak. Een zaak
die zodanig met een andere zaak is verbonden dat deze niet zonder meer van die andere
zaak is los te maken.
Een hoofdzaak en een bestanddeel vormen in juridisch opzicht één geheel.
De overdracht of vestiging van registergoederen in de openbare registers is noodzakelijk.
Openbare registers zijn er om feiten die voor de rechtstoestand van registergoederen van
belang zijn op te nemen.
Onroerende zaken zijn altijd registergoederen. Verder zijn vliegtuigen en bepaalde
categorieën schepen ook registergoederen.
Het kadaster is de instantie die de openbare registers voor onroerende zaken bijhoudt en
die ervoor zorgdraagt dat de gegevens van overdracht worden ingeschreven.
Niet-registergoederen zijn alle goederen die geen registergoed zijn.
Natuurlijke vruchten zijn zaken en deze worden volgens verkeersopvatting als vruchten van
andere zaken aangemerkt.
Een natuurlijke vrucht wordt een zelfstandige zaak op het moment dat deze wordt
afgescheiden.
Burgerlijke vruchten zijn vermogensrechten die volgens verkeersopvatting als vruchten van
goederen worden aangemerkt.
Een burgerlijke vrucht wordt een zelfstandig recht op het moment dat deze opeisbaar wordt.
De goede trouw ontbreekt wanneer:
1. Iemand de feiten of het recht waarop zijn goede trouw betrekking heeft kende;
2. Iemand de feiten of het recht waarop zijn goede trouw betrekking heeft behoorde te
kennen.
Als je bijvoorbeeld een tweedehandsauto koopt van een autohandelaar die niet
betrouwbaar overkomt en de auto is goedkoper dan normaal, dan heb je een
onderzoeksplicht.
, Absolute rechten zijn rechten die een persoon op een goed kan hebben. Een absoluut recht
geldt ten opzichte van iedereen. De rechthebbende kan bepalen wat hij met het goed doet.
Relatieve rechten (ook wel persoonlijke rechten genoemd) zijn rechten die slechts
tegenover een bepaalde persoon (of bepaalde personen) werken.
Het is belangrijk om te weten of een bepaald recht een absoluut recht is, omdat als iemand
een absoluut recht heeft op een goed, dan wil dat zeggen dat hij dat recht tegenover
iedereen kan uitoefenen.
Er zijn drie rechtsgevolgen verbonden aan absolute rechten:
1. Zaaksgevolg – droit de suite
Absolute rechten hebben zaaksgevolg. Dat houdt in dat het absolute recht op een goed blijft
bestaan, ook al bevindt dat goed zich niet meer in de macht van de rechthebbende partij
(bijv. bij diefstal dat de eigenaar de eigenaar blijft ondanks dat de dief het heeft).
2. Prioriteitsbeginsel – droit de priorité
Ingeval er meer dan één absoluut recht op een goed rust, dan gaat het eerder gevestigde
absolute recht vóór een later gevestigd absoluut recht.
3. Bevoorrechte positie – droit de préférence
De rechthebbende van een absoluut recht heeft op een goed een bevoorrechte positie bij
een faillissement van een ander. Bevinden zich op het moment van een faillissement
goederen onder de failliet waarop iemand een absoluut recht heeft, dan vallen deze
goederen niet onder het faillissement.
Zowel volledige als beperkte rechten zijn absolute rechten.
Het eigendomsrecht is het enige absolute recht dat kan worden aangemerkt als een volledig
recht. De andere absolute rechten zijn alle beperkte rechten.
De rechthebbende van een volledige recht kan – binnen de grenzen van de wet – alles doen
met de zaak waar het volledige recht op rust. Een eigenaar mag met zijn eigendom geen
hinder veroorzaken of de wet op andere wijzen overtreden.
Een beperkt recht is een recht dat is afgeleid uit een meer omvattend recht, hetwelk met
het beperkte recht is bezwaard.
De vruchtgebruiker heeft het recht om een goed van een ander te gebruiken of de vruchten
van een goed in eigendom te verkrijgen.
Pandrecht is zoals hypotheekrecht, alleen wordt pandrecht op een niet-registergoed
gevestigd.
De schuldeiser wordt aangeduid als hypotheekhouder. De eigenaar van het goed waarop
het hypotheekrecht rust heet hypotheekgever.
Erfdienstbaarheid is een last waarmee een onroerende – het dienende erf – is bezwaard ten
behoeve van een andere onroerende zaak – het heersende erf.
De vestiging van een erfdienstbaarheid vindt plaats door middel van een notariële akte.
Een erfdienstbaarheid kan je in de volgende situaties wijzigen of opheffen:
- Onvoorziene omstandigheden waardoor het jegens de eigenaar van het dienende erf
in strijd met de redelijkheid en billijkheid zou zijn om de erfdienstbaarheid in stand te
laten;
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Rechtenn. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.47. You're not tied to anything after your purchase.
