Finance
Hoorcolleges week 1
Corporate Finance
1. Kasgeld van beleggers
2. Kasgeld investeren in projecten
3. Kasstroom projecten
4. Kasgeld:
a. Herinvesteren
b. Naar beleggers
Waardecreatie staat centraal
Hoe creëer je waarde?
- Er is sprake van waardecreatie indien we investeren in projecten die meer waard zijn
dan zij kosten
- Er is sprake van waardevernietiging indien we investeren in projecten die minder
waard zijn dan zijn kosten
Vraagstukken die binnen finance centraal staan
- Het investeringsvraagstuk
- Het financieringsvraagstuk / vermogensstructuurvraagstuk
- Het vraagstuk dat de samenhang tussen het investerings- en financieringsvraagstuk
betreft
- Het beleggingsvraagstuk
- Het prijsvormingsvraagstuk
Het model van Hirshleifer
- Model van Hirshleifer zonder financiële markt en zonder reële markt
- Model van Hirshleifer met financiele markt maar zonder reele markt
- Model van Hirshleifer met zowel financiele markt als reele markt
- Separatietheorema van Fisher
Het financieel-economische basisvraagstuk van een individu
- Betreft de keuze tussen de alternatieve aanwendingsmogelijkheden van het voor
huidige consumptie beschikbare inkomen
- Het individu kan:
o Dit inkomen geheel of gedeeltelijk consumeren
o Een deel van het inkomen beleggen of aanwenden voor investeringen in de
reële markt
Financiële markt Reële markt
Objecten: Vermogenstitels Investeringsprojecten
t = 0 Beleggen Investeren
t > 0 Kasstro(o)m(en) Kasstro(o)m(en)
Het model van Hirshleifer
,Veronderstellingen van het model van Hirshleifer (17 in totaal)
- Specifieke veronderstellingen van het Hirshleifer model zijn:
o Er wordt uitgegaan van een zekere wereld: het individu kent alle
beslissingsalternatieven en de daarbij behorende uitkomsten
o Er is sprake van een 1-periode model waarin slechts twee tijdstippen van
belang zijn: het begin van de periode (nu, t=0) en het einde van de periode
(straks, later, t=1)
- Veronderstellingen ten aanzien van mogelijkheden individu:
o Het individu beschikt over een huidig inkomen CFo en een
toekomstig inkomen CF1
Hirshleifermodel zonder financiële en zonder reële markt
- Wat doe je?
o Op t=0 kan je CF0 geheel, gedeeltelijk of niet consumeren
o Houd je geld over dan stop je dat onder je matras en
consumeer je dat samen met CF1 op t=1
Hirshleifermodel met financiële maar zonder
reële markt
- Elke participant kan onbeperkt bij- en
uitlenen tegen de geldende risicovrije
rentevoet rf
- Blauwe lijn is de
consumptiemogelijkhedenlijn
Optimale consumptiecombinatie
- In we veronderstellen dat het individu
zijn voorkeuren voor de verschillende
consumptiecombinaties (Co, C1) consequent kan ordenen en deze
via zijn nutsfunctie kan waarderen, dan kunnen we de
indifferentiecurven afleiden
- Een indifferentiecurve geeft consumptie-combinaties weer die
voor een bepaald individu evenveel nut hebben
- In punt a1 consumeert het individu op t=0 nog maar weinig. Als
het individu vanuit a1 dezelfde behoeftebevrediging wil ervaren
met nog minder consumptie op t=0, moet er heel veel consumptie
op t=1 bij
- Punten a1, a2 en a3 leveren het individu evenveel nut op
, - In punt a3 consumeert het individu op
t=0 best veel. Als dit individu vanuit a3
dezelfde behoeftebevrediging wil
ervaren met minder consumptie op
t=0, dan hoeft er niet zo veel
consumptie op t=1 bij
- De helling van de indifferentiecurve
noemt men de marginale
substitutieverhouding tussen huidige
en toekomstige consumptie
Samenvatting tot nu toe
- Financiële markt maakt het mogelijk kastromen in de tijd (CF0 en CF1) te
heralloceren Consumptiemogelijkhedenlijn
- Punt waar de indifferentiecurve de consumptiemogelijkhedenlijn raakt, geeft de
optimale consumptiecombinatie
Hirshleifer-model met financiële en reële markt
- Productiemogelijkhedencurve
Conclusie
- Het bestaan van een financiële markten en reële
markten maakt mensen gelukkiger, of anders
gesteld, het geeft mensen een hoger nut
o Zonder financiële of vermogensmarkt
moeten mensen consumeren op het moment
dat het inkomen wordt ontvangen (of onder je matras leggen)
o Zonder reële markt kan geen waarde worden gecreëerd
o Door het bestaan van beide markten kan een hogere indifferentiecurve worden
bereikt
Separatie theorema van Fisher
- De investeringsbeslissing wordt onafhankelijk van de consumptiebeslissing genomen
1. Eerst kiest het individu het optimale investeringsniveau
a. Marginale opbrengst = rentevoer (opportunity cost of capital)
2. Daarna kiest men de optimale consumptiecombinatie
Concepten
- Tijdsaspect
- Risico-aspect
- Law of one price & arbitrage
Tijdsaspect
Annuïteit
Hoorcolleges week 1
Corporate Finance
1. Kasgeld van beleggers
2. Kasgeld investeren in projecten
3. Kasstroom projecten
4. Kasgeld:
a. Herinvesteren
b. Naar beleggers
Waardecreatie staat centraal
Hoe creëer je waarde?
- Er is sprake van waardecreatie indien we investeren in projecten die meer waard zijn
dan zij kosten
- Er is sprake van waardevernietiging indien we investeren in projecten die minder
waard zijn dan zijn kosten
Vraagstukken die binnen finance centraal staan
- Het investeringsvraagstuk
- Het financieringsvraagstuk / vermogensstructuurvraagstuk
- Het vraagstuk dat de samenhang tussen het investerings- en financieringsvraagstuk
betreft
- Het beleggingsvraagstuk
- Het prijsvormingsvraagstuk
Het model van Hirshleifer
- Model van Hirshleifer zonder financiële markt en zonder reële markt
- Model van Hirshleifer met financiele markt maar zonder reele markt
- Model van Hirshleifer met zowel financiele markt als reele markt
- Separatietheorema van Fisher
Het financieel-economische basisvraagstuk van een individu
- Betreft de keuze tussen de alternatieve aanwendingsmogelijkheden van het voor
huidige consumptie beschikbare inkomen
- Het individu kan:
o Dit inkomen geheel of gedeeltelijk consumeren
o Een deel van het inkomen beleggen of aanwenden voor investeringen in de
reële markt
Financiële markt Reële markt
Objecten: Vermogenstitels Investeringsprojecten
t = 0 Beleggen Investeren
t > 0 Kasstro(o)m(en) Kasstro(o)m(en)
Het model van Hirshleifer
,Veronderstellingen van het model van Hirshleifer (17 in totaal)
- Specifieke veronderstellingen van het Hirshleifer model zijn:
o Er wordt uitgegaan van een zekere wereld: het individu kent alle
beslissingsalternatieven en de daarbij behorende uitkomsten
o Er is sprake van een 1-periode model waarin slechts twee tijdstippen van
belang zijn: het begin van de periode (nu, t=0) en het einde van de periode
(straks, later, t=1)
- Veronderstellingen ten aanzien van mogelijkheden individu:
o Het individu beschikt over een huidig inkomen CFo en een
toekomstig inkomen CF1
Hirshleifermodel zonder financiële en zonder reële markt
- Wat doe je?
o Op t=0 kan je CF0 geheel, gedeeltelijk of niet consumeren
o Houd je geld over dan stop je dat onder je matras en
consumeer je dat samen met CF1 op t=1
Hirshleifermodel met financiële maar zonder
reële markt
- Elke participant kan onbeperkt bij- en
uitlenen tegen de geldende risicovrije
rentevoet rf
- Blauwe lijn is de
consumptiemogelijkhedenlijn
Optimale consumptiecombinatie
- In we veronderstellen dat het individu
zijn voorkeuren voor de verschillende
consumptiecombinaties (Co, C1) consequent kan ordenen en deze
via zijn nutsfunctie kan waarderen, dan kunnen we de
indifferentiecurven afleiden
- Een indifferentiecurve geeft consumptie-combinaties weer die
voor een bepaald individu evenveel nut hebben
- In punt a1 consumeert het individu op t=0 nog maar weinig. Als
het individu vanuit a1 dezelfde behoeftebevrediging wil ervaren
met nog minder consumptie op t=0, moet er heel veel consumptie
op t=1 bij
- Punten a1, a2 en a3 leveren het individu evenveel nut op
, - In punt a3 consumeert het individu op
t=0 best veel. Als dit individu vanuit a3
dezelfde behoeftebevrediging wil
ervaren met minder consumptie op
t=0, dan hoeft er niet zo veel
consumptie op t=1 bij
- De helling van de indifferentiecurve
noemt men de marginale
substitutieverhouding tussen huidige
en toekomstige consumptie
Samenvatting tot nu toe
- Financiële markt maakt het mogelijk kastromen in de tijd (CF0 en CF1) te
heralloceren Consumptiemogelijkhedenlijn
- Punt waar de indifferentiecurve de consumptiemogelijkhedenlijn raakt, geeft de
optimale consumptiecombinatie
Hirshleifer-model met financiële en reële markt
- Productiemogelijkhedencurve
Conclusie
- Het bestaan van een financiële markten en reële
markten maakt mensen gelukkiger, of anders
gesteld, het geeft mensen een hoger nut
o Zonder financiële of vermogensmarkt
moeten mensen consumeren op het moment
dat het inkomen wordt ontvangen (of onder je matras leggen)
o Zonder reële markt kan geen waarde worden gecreëerd
o Door het bestaan van beide markten kan een hogere indifferentiecurve worden
bereikt
Separatie theorema van Fisher
- De investeringsbeslissing wordt onafhankelijk van de consumptiebeslissing genomen
1. Eerst kiest het individu het optimale investeringsniveau
a. Marginale opbrengst = rentevoer (opportunity cost of capital)
2. Daarna kiest men de optimale consumptiecombinatie
Concepten
- Tijdsaspect
- Risico-aspect
- Law of one price & arbitrage
Tijdsaspect
Annuïteit