In deze samenvatting staan de powerpoints met aanvullingen vanuit de les met een duidelijke structuur en layout. Verder staan de belangrijke zaken voor het examen aangeduid en staan er hier en daar voorbeeldvragen voor het examen.
Bv. bij het organiseren van een BBQ, op voorhand afspreken dat de nummer 1/2 goeiendag
gaat zeggen tegen de netwerken van uw cliënt. Ook Dieter en Kaat behoren onder het
netwerk
Bv: hij doet thuis alles wat je niet moet doen. Hij wordt opgenomen en doet alles wat
gevraagd wordt, we hebben er geen problemen mee => de ouders gaan zich afvragen: wat
doe ik fout?
Men zet zeer weinig in op informele contacten (bv. ouders). We bellen steeds wanneer het
slecht gaat of wanneer we vragen hebben. Waarom bellen we niet wanneer het eens echt
een goede dag was?
Tot ongeveer 1900 situeert de zorg voor zorgbehoevenden zich in de maatschappij. Er was
altijd wel iemand die zich over de persoon bekommerde.
Vanaf begin 20ste eeuw kwam er een ontwikkeling: een institutionalisering. Men ging
ziekenhuizen, opvangtehuizen, … oprichten. Elke stad heeft wel een oud hospitaal waar
mensen werden opgevangen. In Gent is dit het Guislain. Die bevonden zich op dat moment
aan de rand van de stad. Die werden dus uit de maatschappij gehaald.
Vaak mochten de ouders niet binnen en moesten ze aan de poort blijven staan. Welk effect
heeft dit dan op de ‘kijk naar de ouders?’. Welk effect heeft dit op ‘Hoe worden wij als ouders
bekeken?’. En wat met ‘de patiënten?’
ONTWIKKELINGSMODEL (1970) => contextbegeleiding
‘Breng dat kind hier en ik zal het teruggeven in een nieuwe versie’. Ik zie mogelijkheden om
met je kind te werken. De context wordt hier dus helemaal niet bij betrokken. Wij nemen het
van jullie over want wij zien de kansen en jullie niet
BURGERSCHAPSMODEL (2000) => contextbegeleiding
Iedereen maakt deel uit van de maatschappij. Vanaf 2000 zijn ze midden in de stad een huis
gaan kopen en daar cliënten op te vangen. Ook de context wordt meer betrokken en er is
sprake van ambulante werkvormen (= wij komen met de hulpverlening naar huis).
NETWERKBEGELEIDING
We zijn dus nog heel hard aan het zoeken over op welke manier we netwerken in onze
organisaties gebruiken. Dit heeft ertoe geleid dat men nu nog steeds aan het zoeken is hoe
men netwerken algemeen in de organisatie kunnen engageren. Waarbij we ze zowel gaan
responsabiliseren (aanspreken) als de netwerken gaan engageren
Als hulpverleners zitten we niet meer in de expertpositie, maar zijn we mee betrokken. We
gaan ons dus anders moeten positioneren.
WERKEN MET NETWERKEN 1
,Hierbij zijn er 3 pijlers (DIA 19)
1. Participatie en inclusie
= iedereen is betrokken bij een zorgzame buurt
2. Verbinden van formele en informele zorg
3. Intersectorale samenwerking
CONTEXT
Wie is het individu? Wat is het microsysteem (ouders),
mesosysteem, exosysteem en macrosysteem?
NETWERK
Hendrickx
Een sociaal netwerk is een groep mensen met wie één persoon min of meer duurzame
banden onderhoudt voor de vervulling van noodzakelijke levensbehoeften.
Link: Schalock: QoL
Van Gennep
‘Het hebben en behouden van een netwerk is één van de belangrijkste pijlers voor de
begeleiding van personen met een beperking of personen die in een moeilijke situatie
verkeren.’
Van Gennep komt los van het kerngezin en kijkt wie allemaal in het leven van een cliënt een
bepaalde rol opneemt of zou kunnen opnemen.
Er wordt nooit een definitie gevraagd, maar het zijn wel 2 belangrijke definities!!
WERKEN MET NETWERKEN 2
,1.2. SYSTEEMTHEORETISCH KADER ALS HANDVAT
SYSTEMISCHE BENADERING
- Gebruiken als handvat
- Psychologie is een boom met veel takken: sociale psychologie, algemene, levensloop…
Wij gaan een systeemtheoretische bril inzetten. Niet van ‘dit is de beste theorie’. Wanneer je
erop inzoomt, dan krijg je 3 grote pijlers (BELANGRIJK!!!)
Ze gaan verbreden/verdiepen.
= Ze gaan hun kijk proberen verbreden. Je bekijkt het probleem niet alleen binnen het
gezin, maar je gaat het verbreden en naar andere contexten kijken: bv. komt dit ook voor
in de jeugdbeweging, op school…?
“Korzybski” is iemand die vooral gaat verbreden en gaat kijken waar het gedrag nog
voorkomt en waar niet en wat er dan anders is.
Verbreden: waar zit het probleem? Doet hij dit op school, in de jeugdbeweging
Verdiepen: bevindt zich op het belevingsperspectief: wat betekent dit voor u?
Ze hebben aandacht voor invloed/effect
= we hebben oog voor als iets in het systeem voorvalt, welk effect dit op mij heeft.
Opgelet: het is niet met de vinger wijzen! We geven geen verklaring, we geven een
beschrijving. We beschrijven wat we zien.
Ze hebben aandacht voor inzet
= Misschien wel het belangrijkste (Bv.: Ponette)
Oefening rond Ponette: Wat viel je op?
- Ponette krijgt zorg van haar papa
- De papa projecteert: hij richt zijn kwaadheid op Ponette
- Ponette is loyaal naar papa (ze spuwt op haar hand), maar ook loyaal naar mama (ze
verdedigt haar mama)
- Papa legt druk bij Ponette: ze mag niet doodgaan
- Papa lijkt onzeker over de verdere opvoeding rond Ponette. Gaat hij het kunnen?
NETWERK
“Netwerken van mensen met een verstandelijke beperking” => zij geven een aantal
strategieën om het netwerk van mensen met een beperking aan te pakken of te versterken.
Het in kaart brengen en visualiseren van het netwerk is de eerste stap als je het netwerk wil
betrekken:
- Ecogram
- Sociogram
- Genogram
- Netwerkcirkels
WERKEN MET NETWERKEN 3
, NETWERK… EN ‘IK ALS OPVOEDER’
- Reanimeren van het netwerk; vervaagd contact nieuw leven inblazen
- Activeren van het netwerk; kwaliteiten inzetten van netwerk lid en cliënt –
betrokkenheid vergroten.
- Deblokkeren van het netwerk; verstoringen in het netwerk bespreken en bemiddelen
(“hij bedoelde dat zo niet”) – praktische blokkades opheffen
- Intensiveren van het netwerk; contacten verdiepen, het kwaliteitsvol maken
- Onderhouden van het netwerk; energie besteden aan de relatie tussen netwerk lid en
cliënt. Dit is iets zeer belangrijk!
- Uitbreiden van het netwerk; vaak een noodzakelijke stap
Dit zou een reproductievraag kunnen zijn! (RADIO)
WERKEN MET NETWERKEN 4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Student2504. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.16. You're not tied to anything after your purchase.