100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Finance is fun $6.50   Add to cart

Summary

Samenvatting Finance is fun

1 review
 77 views  6 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Dit is een volledige samenvatting van het boek 'Finance is fun' door Vera Smets. Het boek is nieuw aangekocht dit jaar en is dus up-to-date.

Preview 4 out of 62  pages

  • Yes
  • December 18, 2023
  • 62
  • 2023/2024
  • Summary

1  review

review-writer-avatar

By: alex65 • 10 months ago

Translated by Google

Could have been a good summary. But the document is completely staggered so it is unclear and photos represent texts...

reply-writer-avatar

By: Emma1Dhauwe • 9 months ago

Translated by Google

hey! Very sorry to hear this. But I have a solution. I could forward the summary by mail. then the document would normally be fine. you can send me a message on my insta or to my mail: r0985596@student.thomasmore.be My apologies! Emma D'Hauwe

avatar-seller
H1: Geldstromen in een bedrijf
Inkomende geldstromen
 Geld komt op 2 manieren binnen
o Externe middelen
 Bedrijf trekt geld aan van externen

o Interne middelen
 Bedrijf genereert zelf geld door producten of diensten rendabel te
verkopen


Externe middelen
 Om een bedrijf te starten, moet er geld zijn -> komt van investeerders
 Tussen bedrijf en investeerders worden er afspraken gemaakt

 O.b.v. gemaakt afspraken wordt het externe geld in 2 groepen verdeeld
o Eigen vermogen
 Bedrijf moet geld niet aan investeerder betalen
 Als er winst is, beslist de investeerder wat er mee gebeurt

o Schulden
 Bedrijf moet geld aan investeerder terugbetalen
 Investeerder wil op voorhand exact weten welke vergoeding
hij krijgt


o Eigen vermogen
 Gaat over de sommen geld die het bedrijf ooit kreeg van de
investeerders waarvoor er geen vaste contracten zijn over
terugbetaling en vergoeding

 De investeerders zijn de aandeelhouders vh bedrijf
o Kan zijn geld niet terugeisen van het bedrijf
o Als hij dit wel wil, moet hij eerst iemand vinden die zijn aandelen
wil kopen

 Bedrijf maakt winst
o Aandeelhouder beslist wat er met de winst gebeurt
o Hierover wordt jaarlijks beslist in de algemene vergadering

 Dividend
o = aandeelhouders nemen een stuk vd winst

o 2 voorwaarden
 Bedrijf maakt winst
 Algemene vergadering beslist de winst uit te keren

 Startende bedrijven

, o Aandeelhouders beslissen meestal om de winst de eerste jaren
niet uit te keren en het bedrijf te houden
o Op een bepaald moment wil aandeelhouder rendement zien (niet
perse dividend) -> kan zijn aandelen verkopen

o Schulden
 Schulden = vreemd vermogen
 Voorbeeld schulden = banklening
 Je moet je schulden terugbetalen en de bank wil dat je vergoeding
betaalt ->
vergoeding = interest


o Eigen vermogen of schulden?
 Eigen vermogen voordelen
o Je hoeft de aandeelhouders niet terug te betalen
o Als er geen winst is, moet je geen dividend betalen

o Te mooi om waar te zijn!
 Aandeelhouder verwacht dat een rendement hoger is dan
de interest die je bedrijf betaalt
 Bank krijgt geld zeker terug, plus een vergoeding maar
aandeelhouder niet

 Alles start bij de algemene vergadering van de aandeelhouders
o Juridisch gezien is dit het hoogste orgaan binnen een bedrijf
o Aandeelhouders kiezen mensen die hun belangen gaan
verdedigen ( = raad van bestuur)
o Meestal zijn de bestuurders ook de aandeelhouders
o Algemene vergadering kan er ook voor kiezen externe experts te
vragen de rol van bestuurder op zich te nemen

 Raad van bestuur komt verschillende keren per jaar samen
o Ze houden zich niet bezig met het dagelijkse bestuur
o Er wordt een bestuurder gekozen die speciale delegaties krijgt
om het bedrijf in de juiste richting te sturen (= gedelegeerde
bestuurder of CEO)

o CEO
 Chief Executive Officer
 Hij is de uitvoerende kracht
 Hij moet ervoor zorgen dat aandeelhouders hun
rendement halen
 Aandeelhouder is dus enkel geïnteresseerd in het
rendement die de activiteiten ophalen, niet de activiteiten
zelf

 Goede aandeelhouder
o Hij heeft een langetermijnvisie en verwacht niet meteen
rendement

, o Hij zal de winsten van de eerste jaren vaak in het bedrijf laten om
zuurstof te geven voor groei
o De CEO moet ook oog hebben voor de aandeelhouder -> moeten
een kosten efficiënt beleid voeren, met als doel een product of
dienst aanbieden waar klanten voor willen betalen

 Nadelen schulden
o Je moet schulden en interest betalen wat soms stress geeft

 Voordelen schulden
o De bank kan niet meer geld vragen dan nodig

Interne middelen
 Als bedrijf voldoende externe middelen heeft aangetrokken, kan ze
beginnen met eigenlijke activiteit
 Als de activiteit meer geld opbrengst dan kost, dan hebben we een
winstgevende activiteit

 Het kan lang duren voor een bedrijf winstgevend wordt
o Als bedrijf veel research moet doen voor het een winstgevend
product heeft, zal het in de beginjaren verlieslatend zijn
o Interne middelen zijn negatief: activiteit kost meer dan ze opbrengt
o Maar als er voldoende investeerders zijn, gaat het bedrijf niet failliet
en kan het jaren op verlies draaien voor ze winst maken



Uitgaande geldstromen
 Er zijn verschillende redenen voor bedrijven om geld uit te geven
 De uitgaande stromen kunnen in verband worden gebracht met de ingaande
geldstromen

 Wanneer gaat een bedrijf failliet?
o Een faillissement heeft een eenvoudige oorzaak: bedrijf kan zijn
schuldeisers niet meer betalen en kan geen investeerders mee
overtuigen

o Een faillissement heeft dus alles te maken met cashproblemen
 Verlieslatende bedrijven kunnen voortbestaan zolang er cash is
 Zolang de negatieve interne middelen door externe geldstromen
worden gecompenseerd, zijn er geen cashproblemen en gaat het
bedrijf niet failliet

 Verband tussen verlies maken en failliet gaat
 Voor een verlieslatende activiteit wordt het moeilijk om
externe investeerders te overtuigen om geld te investeren


Uitgaven verbonden aan externe middelen
 Geldsommen die extern worden aangetrokken, veroorzaken volgende
uitgaven:

, o Vergoeding van het eigen vermogen
 Deze vergoeding is het dividend dat de onderneming
uitbetaalt

o Terugbetaling van het vreemd vermogen
 Schulden moeten door de onderneming worden terugbetaald

o Vergoeding van het vreemd vermogen
 Het is de intrest die de onderneming betaalt voor bank- of
andere schulden




Uitgave verbonden aan interne middelen
o Kosten: uitgaven die op korte termijn inkomsten genereren
 Aankoop van een product is een voorbeeld van een kost -> dat product
wil je zo snel mogelijk verkopen
 Kosten = uitgaven die op korte termijn geld opbrengen
 In grote bedrijven spreekt men over opex (operating expense) wanneer
met het over kosten heeft


o Investeringen: uitgaven die op lange termijn inkomsten genereren
 Investering = vb. bedrijf koopt machine die ze meerdere jaren willen
gebruiken
 Investering = uitgave die meer dan 1 jaar gaat bijdragen aan het
maken van winst
 Ander woord voor investering = capex (capitalized expense)



3 financiële basisdocumenten
 Een eerste inzicht in geldstromen is nodig om de 3 financiële
basisdocumenten te begrijpen

 Het moederdocument is de balans

 Naast de balans zijn er 2 afgeleide documenten
o Resultatenrekening
 Veel financials gebruiken de benaming P&L (Profit & Loss)
 Income statement is ook een synoniem voor resultatenrekening

o Kasstromentabel
 Noemt men ook de cash flow statement

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Emma1Dhauwe. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.50. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

78998 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.50  6x  sold
  • (1)
  Add to cart