Ader Bloedvat, die het bloed terugvoert naar het hart
Aorta Grootste slagader van de linkerkamer richting de organen
Artherosclerose Een gecompliceerd en langzaam voortschrijdende ziekte waarbij vetachtige
stoffen in de wand van slagaders worden afgezet
AV-knoop Zenuwknoop in het hart rechts tegen de wand. Prikkeling van deze zenuwknoop
leidt tot contractie van de kamers
Basaalmembraan Een dun, vezelig laagje dat zich onder het endotheel en epitheel van de meeste
organen bevindt. Zij wordt gevormd door o.a. collageen
Bloedarmoede Anemie ; hemoglobine bevat te weinig ijzer
Bloeddruk Druk die het bloed uitoefent op de wand van een bloedvat.
Bloedplaatjes Deelen (zonder kern) van uiteengevallen cellen die een rol spelen bij de
bloedstolling. Worden gemaakt in het rode beenmerg
Bloedplasma Water met opgeloste stoffen en plasma-eiwitten
Bloedserum Bloedplasma zonder fibrinogeen
Boezem Afdeling van het hart, die het bloed in een hartkamer stuwt
Bohr-effect Extra zuurstofafgifte door hemoglobine vanwege een hoge pCO2, een lage pH
en een hoge temperatuur
Bovendruk De bovendruk wordt gemeten als het hart samenknijpt. Dan is de druk het hoogst
Bovenste holle ader Een groot bloedvat dat bloed vanuit de armen en het hoofd afvoert richting het
hart
Bufferwerking Het constant houden van de pH (bijv.van het bloed) door bijv. aminozuren en
eiwitten
Bundel van His Bundel geleidingsvezels van de AV-knoop naar de hartpunt
Bypassoperatie Bij een vernauwde kransslagader wordt m.b.v. een stukje beenader een nieuwe
omleiding aangelegd tussen aorta en kransslagader
Cascade Een opeenvolging van reacties (bijv bij bloedstolling)
Cholesterol Tot de sterolen behorende vetachtige stof, die in de meeste dierlijke weefsels en
lichaamsvloeistoffen voorkomt en een bestanddeel is van dierlijke
celmembranen.
, Colloïd-osmotische Is het drukverschil dat tussen twee eiwitoplossingen (binnen- en buiten het
druk bloedvat) van verschillende concentraties ontstaat ten gevolge van osmose. De
vaatwand is wel doorlaatbaar voor water maar niet voor grote moleculen zoals
eiwitten.
Diastole Ontspanning van de hartspier. Er is een diastole van de boezems en een diastole
van de kamers
Dotteren Met behulp van een opgeblazen balonnetje wordt een kransslagader verwijdt op
de plaats van de vernauwing
Dubbele bloedsomloop Per omloop stroomt het bloed tweemaal door het hart
Ductus Botalli Een bloedvat dat de longslagader (arteria pulmonalis) verbindt met de
lichaamsslagader (aorta). Dit bloedvat is vooral belangrijk tijdens de
zwangerschap. In de baarmoeder hebben de longen nog geen functie, omdat
het kindje zuurstof krijgt via de moederkoek (placenta). Het bloed dat naar de
longen zou gaan, wordt omgeleid naar het hart via een bloedvat genaamd de
ductus Botalli.
ECG De ductus Botalli moet na de geboorte sluiten.
Enkelvoudige Bij sommige dieren stroomt het bloed per omloop slechts eenmaal door het hart
bloedsomloop
EPO Erytropoetine ; hormoon dat de aanmaak van rode bloedcellen in het beenmerg
regelt
Fibrine Onoplosbaar eiwit dat vezels vormt bij de stolling van het bloed. Fibrine ontstaat
uit fibrinogeen
Fibrinogeen Plasma-eiwit dat rol speelt bij bloedstolling
Grote bloedsomloop De route van hart - organen (behalve longen) - hart
Haarvat Allerkleinste bloedvaatje in de organen. De wand van de haarvaten is uitermate
dun zodat uitwisseling van stoffen tussen bloed en weefsel kan optreden
Halvemaanvormige Slagaderkleppen, gelegen tussen de kamer en aort of longslagader; voorkomen
kleppen terug stromen van bloed in kamer
Hartinfarct Door een vernauwing in een kransslagader, krijgt een deel van de hartspier
onvoldoende zuurstof. Dit deel werkt niet goed meer of sterft zelfs af
Hartkleppen Kleppen tussen boezem en kamer ; voorkomen terugstromen van bloed naar de
boezem
Hartminuutvolume Aantal liter bloed dat het hart per minuut wegpompt
Hartpauze Tijdens de hartpauze stromen de boezems en kamers vol met bloed
Hemofilie Bloederziekte, waarbij bloed niet goed kan stollen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller noorvandersteenhoven. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.44. You're not tied to anything after your purchase.