Het centraal zenuwstelsel (CZS) bevindt zich in het centrum van het lichaam en bestaat uit de
neuronen (zenuwcellen) van de hersenen en het ruggenmerg met hun ondersteunende cellen. Het
perifeer zenuwstelsel bestaat uit aan- en afvoerende uitlopers van en groot aantal neuronen in het
CZS. Deze uitlopers verbinden als aan- en afvoerkabels (zenuwen) alle delen van het lichaam met het
CSZ.
Bij de hersenen en ruggenmerg valt een wit en grijs deel te onderscheiden. Grijs is afkomstig van de
cellichamen van neuronen. Het witte deel is van uitlopers van neuronen, met een isolerend hulsel van
myeline (witgele vetachtige stof). In de hersenen licht de grijze stof aan de buitenzijde, de witte aan
de binnenzijde. In het ruggenmerg is dit andersom.
De helften van de grote hersenen zijn met elkaar verbonden door de hersenbalk. De hersenstam en
de kleine hersenen omvatten de rest.
Een sterke doorbloeding van de hersenen zorgt voor
een constante aanvoer van glucose en zuurstof. Het
verlengde merg verbindt de hersenen met het
ruggenmerg.
Hersenen, ruggenmerg en hun bloedvaten zijn extra
beschermd door 3 vliezen. Cellen van haarvaten
vormen samen met astrocyten de . Astrocyten zijn
steuncellen met uitlopers en veel functies. De vormen
een gesloten kring rond de bloedvaten in hersenen. De
barrière beschermt de hersenen tegen ongewenste
stoffen, maar ook tegen gewenste medicijnen.
Informatie uit je zintuigen gaat via het perifeer zenuwstelsel, ruggenmerg, verlengde merg en
hersenstam naar je grote hersenen. Je grote hersenen ordenen en verwerken de inf. Grote aantallen
neuronen uit delen van de hersenen geven info aan elkaar door (grijze deel, hersenschors).
De primaire motorische schors, zijn kleine gebieden met neuronen die allemaal een eigen groep
spieren aansturen. De primaire schors is verbonden met gebieden in de secundaire motorische
schors. De secundaire motorische schors bevat ‘geheugen’-info over hoe de spieren hun bewegingen
gecoördineerd uit kunnen voeren. De motorische schors van de rechterhelft bestuurt de linkerzijde
van het lichaam en andersom.
Binnenkomende info gaat in de hersenen naar sensorische centra in de schors die bij het zintuig
horen. Bij luisteren speelt het primaire gehoorcentrum een rol. Wanneer geluid binnenkomt vindt
bewustwording plaats, je hoort geluid. Het geluid wordt gekoppeld aan ‘geheugen’-informatie in het
secundaire gehoorcentrum. Dit maakt interpretatie van geluid mogelijk.
De hersenstam bevat vitale centra voor het regelen van de bloedcirculatie, lichaamstemperatuur en
ademhaling. De hersenstam bestaat uit de pons, middenhersenen en verlengde merg. De pons
verbindt grote en kleine hersenen en is een tussenstation tussen evenwichtszintuig en de kleine
, hersenen. In het middenmerg ligt het beloningscentrum (eten na honger geeft een prettig gevoel).
Het verlengde merg verbindt je hersenen met het ruggenmerg. Hier kruisen zenuwbanen, waardoor
de linker hersenhelft info krijgt uit de rechterlichaamshelft en daar de spieren aanstuurt.
Kleine hersenen spelen een rol bij het coördineren van bewegingen.
De hypothalamus is betrokken bij de homeostase, onder andere voor het aansturen van de hypofyse.
Hier wordt ook de lichaamstemperatuur en je biologische klok.
De thalamus selecteert welke impulsen van zintuigen naar de verschillende delen van de
hersenschors gaan. De thalamus kan bepaalde impulsen remmen, wegfilteren van achtergrondinfo.
Je ruggenmerg bevat de hoofdzenuwkabels van je lichaam. Uitlopers van neuronen (wit) liggen aan
de buitenkant; grijze cellichamen aan de binnenkant. Vlak voor het ruggenmerg heeft het aanvoerend
deel een verdikking: het spinale ganglion. Hier zitten de cellichamen van aanvoerende neuronen bij
elkaar. Cellichamen van afvoerende neuronen liggen in de grijze stof van het ruggenmerg. Grote
zenuwbanen, grensstreng en zwervende zenuw, zorgen voor werking van organen als hart, lever en
maag.
Een reflex is een reactie op een prikkel zonder of voordat er bewustwording optreedt. Reflexen gaan
via het ruggenmerg of via de hersenstam. De juiste kant je fiets op sturen gaat niet vanzelf:
aangeleerde reflexen. Reflexen die vanaf de geboorte aanwezig zijn, zijn aangeboren reflexen
(hoestreflex). De grote hersenen ontwikkelen motorprogramma’s die het mogelijk maken
automatisch en gecoördineerd complexe handelingen uit te voeren (lopen). De weg die een reflex
aflegt, is de reflexboog.
14.2 Cellen in het zenuwstelsel
Neuronen vormen 10% van het zenuwstelsel, 90% bestaat uit gliacellen. Gliacellen hebben
ondersteunende taken. Ze voeden en steunen neuronen, bieden bescherming, ruimen beschadigde
cellen op en verwijderen stoffen die een rol spelen bij het doorgeven van impulsen. Neuronen zijn
verantwoordelijk voor de informatieoverdracht in het zenuwstelsel. Een neuron bestaat uit een
cellichaam dat de celkern bevat en een aantal uitlopers. Elke cel heeft 2 typen uitlopers: axon en
dendrieten. Dendrieten zijn uitlopers die impulsen van andere neuronen of zintuigcellen aanvoeren.
De afvoerende uitloper is aan het einde vertakt en heet axon. Elke aftakking eindigt in een synaps.
Synapsen zijn plaatsen waar het neuron zijn info doorschakelt naar een ander neuron, via de stof
neurotransmitter.
Er zijn 3 typen neuronen:
- Sensorische neuronen
o Ontvangen impulsen van zintuigen en vervoeren die naar het CZS.
- Schakelneuronen
o Kan een lange dendriet hebben. Het axon is kort. Ze schakelen de impulsen van
sensorische neuronen en andere neuronen uit het CZS door.
- Motorische neuronen
o Voeren de impulsen van het CZS naar spieren of klieren. Ze hebben kort, sterk
vertakte dendrieten en kunnen een axon hebben van zo’n 1,5 m lang.
Zenuwen bevatten uitlopers van neuronen, de cellichamen bevinden zich in of vlak bij het CZS. Een
sensorische zenuw bevat alleen uitlopers (dendrieten) van sensorische neuronen. Motorische
zenuwen hebben alleen uitlopers (axonen) van motorische zenuwcellen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lisannemeijerink. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.