Materialen 2
DEEL 1 - Inleiding tot de materiaalkeuze eigenschappen van materialen
1. Inleiding – schema�sch overzicht van
materiaaleigenschappen
Materialen worden gekozen op grond van hun eigenschappen.
Materiaaleigenschappen zijn verdeeld in 4 hoofdgroepen: Chemisch; fysisch; mechanisch en
produc�etechnische eigenschappen daarin heb je dan nog de onderverdeling: metalen;
kunststoffen; keramische materialen en composieten.
Onder rekeigenschappen worden verstaan: treksterkte; breukrek; elas�citeitsgrens en
elas�citeitsmodulus
2. Bespreking van enkele eigenschappen van materialen
2.1. Mechanische eigenschappen
= De mechanische eigenschappen van een materiaal hebben betrekking op het gedrag van de
materialen onder invloed van krachten.
• Mechanische proeven: krachtenpatroon wordt eenvoudig gehouden de resultaten
v.d. proeven zijn niet bruikbaar door de voorwaarden die eraan worden gekoppeld,
waar het krachtenpatroon veel ingewikkelder is.
2.2. De trekproef
= Bij de trekproef wordt op een trekbank een proefstaaf met genormaliseerde afme�ngen
onderworpen aan een geleidelijk toenemende trekkracht tot hij breekt.
Doel trekkracht- verleningsdiagram opstellen per materiaal
Diagram hee� een verloop; begin v.d. proef verlening 𝛥𝛥 L vd staaf= recht evenredig met de
trekkracht F = LINEIARE GEDEELTE/ EVENREDIGHEIDSGEBIED (OA)
,• A = evenredigheidsgrens (OA) van een materiaal
o Voorbij punt A gebogen lijn = de versnelling neemt sneller toe dan het
evenredigheidsgebied
• C = onderbreken van de proef vaststelling = bij geleidelijke ontlas�ng wordt de
oorspronkelijke curve niet meer gevolgd
o Er wordt een recht lijn gevormd evenwijdig met belas�ng lijn OA tot in het
punt D
Trekstaaf behoudt blijvende verlening OD = plas�sche vervorming
Trekkracht opnieuw opvoeren diagram verloopt volgens DC
• Vanaf C verloopt de curve tot B (zoals dit zou zijn zonder tussenontlas�ng)
• Trekkracht neemt toe tot een maximale waarde F max in punt B
• Tot in punt B is de verlenging gelijkma�g verdeeld over de volledige lengte
• Na bereiken van het max. punt B proefstaaf wordt
kleiner in het midden ontstaan van insnoering
• Insnoering wordt ingezet = de belas�ng op de
proefstaaf daalt (minder kracht nodig om ze uit te
rekken)
• Vanaf B is er een a�uiging naar beneden
• Verlenging en insnoering gaan door tot de staaf
breekt.
• Je hebt ook het spanning-rek diagram
o Spanning Q
o Spanning = kracht F gedeeld door het opp. A waarop de kracht werkt
o Q = F/A
• Trekspanning: voorwerp uitrekken onder invloed van kracht
• Drukspanning: voorwerp samendrukken onder invloed van drukkracht
• Schuifspanning: construc�eonderdelen doen splijten onder invloed van schui�racht
• Torsiespanning: voorwerp verwringen onder invloed van torsiekracht
• Buigspanning: voorwerp doen buigen
,De REK = onder de rek 𝜀𝜀 verstaat men de verlening 𝛥𝛥 L gedeeld door de oorspronkelijke lengte
𝐿𝐿0 . De rek wordt uitgedruk in een percentage.
𝛥𝛥𝛥𝛥 𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣𝑣
𝜀𝜀 = × 100 =
𝐿𝐿0 𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜𝑜 𝑙𝑙𝑙𝑙𝑙𝑙𝑙𝑙𝑙𝑙𝑙𝑙
a) De treksterkte 𝜎𝜎𝑡𝑡
b) De elas�citeitsgrens 𝜎𝜎𝐸𝐸
c) De 𝜎𝜎0,2 -grens of 0,2 % -rekgrens
d) De elas�citeitsmodulus van Young E
e) De breukrek 𝜀𝜀𝑏𝑏𝑏𝑏
f) De insnoering 𝜓𝜓
De treksterkte = verhouding tussen maximale trekkracht F max en de oorspronkelijke
𝐹𝐹𝐹𝐹𝐹𝐹𝐹𝐹
proefstaaf van de doorsnede A0 𝜎𝜎𝑡𝑡 =
𝐴𝐴0
Vaak gebruikt als indica�e voor de sterkte van een materiaal.
De elas�citeitsgrens = de spanning waarbij voor het eerst plas�sche deforma�e optreedt<
• Bij hogere spanningen dan de elas�citeitsgrens treedt rek op die niet meer verdwijnt
• In ontwerpsitua�es is deze eigenschap van groter belang dan de treksterkte
ontwerpers willen niet dat hun construc�e-element onder invloed van
gebruiksspanning blijvend wordt uitgerekt/verbogen
Vaak gebruikt als indica�e voor de s�j�eid van een materiaal
, De 𝝈𝝈𝟎𝟎,𝟐𝟐 -grens of 0,2 % -rekgrens = spanning waarbij een blijvende rek van 0,2% is opgetreden
omdat de spanning waarbij plas�sche deforma�e inzet zich niet al�jd exact laat bepalen.
De elas�citeitsmodulus van Young E = de verhouding van de spanning tot de rek die voor het
lineaire gedeelte constant is (maat voor de s�j�eid)
De breukrek 𝜺𝜺𝒃𝒃𝒃𝒃
Wordt bepaald vanuit de gebroken proefstaaf, niet vanuit het spanning-rek diagram. Breukrek
wordt gevonden door beiden delen van de gebroken proefstaaf aan elkaar te passen en dan de
totale meetlengte te bepalen.
• Breukrek = lengte na de breuk – oorspronkelijke lengte/ oorspronkelijke lengte x 100%
𝐿𝐿𝐿𝐿𝐿𝐿 − 𝐿𝐿0
𝜀𝜀𝑏𝑏𝑏𝑏 = 𝑥𝑥 100%
𝐿𝐿0
De breukrek is een indica�e voor de taaiheid van een materiaal.
De insnoering 𝝍𝝍
Gevonden door het verschil tussen de oorspronkelijke dwarsdoorsnede en de doorsnede op de
plaats waar de proefstaaf is ingesnoerd en gebroken.
Materialen met een breukrek/ insnoering <10% gelden als moeilijk vervormbaar = bros. Deze
materialen kunnen niet ver worden uitgerekt zonder te breken.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AABBE. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.07. You're not tied to anything after your purchase.