Statistics: The Art and Science of Learning from Data
Samenvatting van de hoorcolleges en de relevante informatie uit het boek van Agresti & Franklin. Door alleen deze samenvatting te leren kun je een hoog cijfer halen voor je eerste deeltoets!
Samenvatting Beschrijvende en Inferentiele statistiek (BIS)
All for this textbook (1)
Written for
Vrije Universiteit Amsterdam (VU)
Bestuurs- En Organsatiewetenschappen
Beschrijvende en Inferentiële Statistiek
All documents for this subject (7)
1
review
By: shanti3310 • 5 year ago
Seller
Follow
gerwin1
Reviews received
Content preview
PM Statistiek
Beschrijvende en inferentiële statistiek
Uitgebreide samenvatting van het boek en de colleges, deeltoets 1.
Februari 2018
, Hoofdstuk 2
Significant: De grens van meer dan twee keer de standaarddeviatie (95%) Als je buiten deze
grens legt ben je significant. Het gaat dus om de bovenste 2,5 % en de onderste 2,5% van de
populatie.
Beschrijvende statistiek: Samenvatting van verkregen data (tabellen, grafieken en nummers).
Inferentiële statistiek: Voorspellingen maken op basis van verkregen data. Het woord komt
van ‘to infer’: concluderen / opmaken uit.
Sample statistic: Uitspraak over steekproef
Population parameter: Numeriek samenvatting over hele populatie
Variabelen:
Variabele: een eigenschap die in waarde kan variëren tussen personen in een steekproef of
populatie, het symbool is y of yi.
Samenvatting, verband, van één variabele is univariaat
Het boekt maakt de volgende contrasten:
- Categorisch vs kwantitatief
- Discreet vs continu
Categorische variabelen: Hebben als waarden geen getallen, puur kenmerken of categorieën
(geslacht, nationaliteit, religie, opleidingsniveau)
Nominaal: Geen volgorde van waarden (geslacht, huisdier, nationaliteit)
Dichotoom is een ja / nee geval: je geeft ja een 1 en nee een 0; het wordt ook wel een dummy
variabele genoemd.
Ordinaal (ordinal): Wel volgorde van waarden (opleiding, mate van geloof), maar geen vaste
afstanden tussen de groepen. Zoals de rangen in het leger. De stapjes tussen de rangen
kunnen we niet goed interpreteren. Ordinale variabelen worden voor het gemak kwantitatief
gebruikt, in de praktijk wordt vaak het gemiddelde gebruikt.
Je kunt een variabele altijd terugbrengen naar een dichotomie. Dan maak je er een ja of nee
vraag van, je studeert bestuurskunde ja of nee. Het is een hele handige manier om te werken
met gegevens die nominaal zijn. Je moet altijd denken wat voor type variabele heb je en welke
berekening kun je hier op los laten.
, Kwantitatieve variabelen= interval / ratio (Scale) : Variabelen die als waarde getallen
aannemen (leeftijd, gewicht). De stappen tussen de variabelen zijn heel duidelijk.
Interval variabelen: er kan een onderscheid worden gemaakt in ongelijkheid, volgorde én
verschillen tussen de variabelen. Tempratuur is hier een goed voorbeeld van. Als je 4 pannen
op het water zet, 40-50-70 en 80 graden Fahrenheit, dan kun je door een tempratuurmeter zien
dat er een ongelijkheid is, en in welke volgorde je die kan plaatsen. De waarde 0, geeft niet aan
dat er geen tempratuur is.
Ratio variabelen wel een onwillekeurig 0-punt, die hetzelfde is voor elke schaal die je kiest,
voorbeeld hiervan is lichaamslengte. Of je nou lengte in centimeters of inches kiest, 0 is altijd
hetzelfde.
Discreet: Variabele met slechts hele waarden (aantal kinderen); bv 1, 2, 3
Continu: Variabele waarbij oneindig veel mogelijkheden zijn (tijd, gewicht); bv 3,999999
Presenteren via: Histogram, Stem-and-leaf plot
Bij het zoeken naar de centrale tendentie poogt de historicus/statisticus de 'essentie' of het
'zwaartepunt' van zijn gegevens samen te vatten in één statistische maat.
We beschikken over een aantal maatstaven van centrale tendentie:
De modus (mo): de meest voorkomende waarde; toepasbaar voor variabelen gemeten op
nominaal en hoger niveau.
De mediaan (md): getalswaarde bij de middelste waarneming; toepasbaar voor variabelen
gemeten op ordinaal en hoger niveau.
Het rekenkundig gemiddelde (R.G. of ): toepasbaar voor variabelen gemeten op interval- en
ratioschaal.
Mediaan: De middelste waarneming als je ze van laag naar hoog ordent
Modus: De meest voorkomende waarde (voorbeeld hierboven 163). Het kan ook zijn dat twee
waarden de meest voorkomende waarden zijn en dat noem je modi.
Bruggetje: NO MO,ORD = MEDIcatie, de rest is gemiddelde.
-3-
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller gerwin1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.27. You're not tied to anything after your purchase.