100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
SAMENVATTING alle arresten Corporate Governance en Corporate Litigation (meest recent) - Master Ondernemingsrecht (2023/2024) $22.28   Add to cart

Summary

SAMENVATTING alle arresten Corporate Governance en Corporate Litigation (meest recent) - Master Ondernemingsrecht (2023/2024)

 13 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

In dit document tref je een schematisch overzicht van de voorgeschreven jurisprudentie van het vak Corporate Governance en Corporate Litigation voor het studiejaar 2023/2024.

Last document update: 11 months ago

Preview 2 out of 25  pages

  • December 21, 2023
  • December 21, 2023
  • 25
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
SCHEMA JURIDSPRUDENTIE CORPORATE GOVERNANCE EN LITIGATION (2023/2024)

HC 1 – CGL, agency-theory, open- en besloten verhoudingen

Cancun De bestuurders richten zich naar het belang van de vennootschap en de met
haar verbonden onderneming. Wat dat belang is, hangt af van de ovhg.
Indien aan vn een onderneming is verbonden, wordt het vn-belang in de regel
vooral bepaald door het bevorderen van het bestendige succes van deze
onderneming. Bij joint-venture: mede bepaald door de aard en inhoud van
de tussen aandeelhouders overeengekomen samenwerking. Die aard en
inhoud kunnen meebrengen dat ook het vn-belang is gebaat bij continuering
evenwichtige belangen. Bestuur kan gehouden zijn adh te informeren over
aandelenoverdracht. 2:8 zorgvuldigheid betrachten: kan ervoor zorgen dat
bestuurders bij het dienen van vn-belang ervoor moeten zorgen dat daardoor
de belangen van de betrokkenen niet onnodig/onevenredig worden geschaad.
Abn/Amro Zonder wettelijke of statutaire grondslag is er geen verplichting voor het
bestuur om aanwijzingen van de ava op te volgen of te consulteren
(uitwerking Forumbank). Geen goedkeuringsrecht ava. De rechtszekerheid
verzet zich hiertegen, derden moeten erop kunnen vertrouwen dat door het
bestuur in overeenstemming met statuten en wet genomen besluiten
onaantastbaar zijn. Ook slagvaardigheid bestuur: het bestuur moet belang
vn. en daaraan verbonden onderneming vooropzetten, en de belangen van
alle betrokkenen, waaronder de aandeelhouders, in aanmerking nemen. Ook
2:107a niet, ook niet op grond van R&B (2:8) en ook niet op grond van het
navolgende. Net als in ASMI: CGC vormt een uiting van de in NL heersende
algemene rechtsovertuiging en geeft aldus mede inhoud aan de open normen
van art. 2:8/2:9. Strategie = gebied bestuur.
ASMI HR bevestigt bestuursautonomie, strategie aangelegenheid bestuur. Bestuur
hoeft AV niet vooraf te betrekken in beleidsvorming. 2:140 lid 2 BW brengt
niet mee dat RvC bemiddelende rol heeft bij conflicten tussen bestuur en
aandeelhouders à gespannen voet met beleidsvrijheid RvC. Geen
verantwoording verschuldigd aan de aandeelhouders. Wel informatieplicht,
iedere aandeelhouder heeft zelfstandig recht ter vergadering vragen te
stellen, ook over dingen die niet op de agenda staan. Enqueteverzoek kan
alleen betrekking hebben op feiten en omstandigheden die zich hebben
voorgedaan tot aan de datum van indiening verzoek. Laat functionele
bevoegdheidsverdeling zien HR uit Forumbank.
Versatel III Tegenstrijdig belang: voor het aannemen ervan is het voldoende dat de
betrokken commissarissen te maken hebben met zodanig onverenigbare
belangen dat in redelijkheid kan worden betwijfeld of zij zich bij hun handelen
uitsluitend laten leiden door het belang van de vennootschap en de daaraan
verbonden onderneming.
Agencyprobleem: meerderheidsadh (own+cntl) vs. minderheidadh (own).
Beleid onderneming expliciet getoetst aan CGC en verbod tot afwijking CGC.
CGC verschuift van leidraad à norm.
Bab/Cordial De verplichting van bestuurders van een jointventurevennootschap om
en Turnham jegens de aandeelhouders de nodige zorgvuldigheid te betrachten, kan een
III bijzondere zorgplicht meebrengen met betrekking tot de positie van een
aandeelhouder wiens belang is verwaterd of (verder) dreigt te verwateren.
De rechtspersoon heeft een zelfstandig belang erbij dat deze mede uit art.
2:7 BWC (R&B) voortvloeiende normen op juiste wijze zijn of worden
nageleefd.
Bij een joint venture-vennootschap wordt het belang van de rechtspersoon
mede bepaald door de aard en inhoud van de overeengekomen
samenwerking. Die kan meebrengen dat (ook) de rechtspersoon is gebaat
bij continuering van de aandeelhoudersverhoudingen. De rechtspersoon
heeft ook zelfstandig belang erbij dat de toepasselijke normen op juiste wijze
worden nageleefd. Verder moeten bij de toepassing van het enquêterecht de
belangen van alle bij de rechtspersoon betrokkenen in aanmerking te worden
genomen.


1

, Daarnaast behoren bij de toepassing van de regeling van het enquêterecht
ook de belangen van de verzoeker als bedoeld in art. 2:282 BWC (art. 2:15
BW) en van alle bij de rechtspersoon betrokkenen in aanmerking te worden
genomen. Het hiervoor overwogene strookt ermee dat tot de doeleinden van
het enquêterecht behoren de sanering van en het herstel van gezonde
verhoudingen door maatregelen van reorganisatorische aard binnen de
onderneming van de betrokken rechtspersoon, en dat het enquêterecht mede
strekt ter bescherming van een minderheid van aandeelhouders of
certificaathouders tegen (mogelijk) machtsmisbruik door de meerderheid.
Kortom, de rp. heeft een zelfstandig belang dat normen van R&B (art. 2:8
BW) ook worden nageleefd

Met andere woorden, op grond van art. 2:8 BW moet dus met zorgvuldigheid
worden omgegaan met andere belangen (holistische benadering). Bovendien
is het naleven van die zorgplichten en belanghebbenden, onderdeel van het
vennootschappelijk belang (HR lijkt naar stakeholdersmodel te neigen).
NVM/Funda Hoe ver strekt de kring v R&B zich uit. Komt ook terug in Cancun. Bij
c.s. vervulling v taak dienen bestuurders voorts, mede ogv het bepaalde in 2:8,
zorgvuldigheid te betrachten met betrekking tot de belangen van de al
degenen die bij de venn. en haar onderneming betrokken zijn.
NVM stelt dat zij buiten de kring van 2:8 BW vallen, waardoor ze geen
rekening hoeven te houden met R&B. HR stelt dat boek 2 is opgeschreven
vanuit perspectief van 1 rp. maar in praktijk zijn veel rp concerns. Dit kan
meebrengen dat een 'indirecte aandeelhouder' ook onder reikwijdte van R&B
valt.
Grondnorm en algemene maatschappelijkheidsnorm (komt terug in OD). De
in Funda verdedigde uitleg van art. 2:8 laat onverlet dat alle actoren personen
zich jegens elkaar moeten gedragen naar hetgeen wordt gevorderd door R&B
en hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer
betaamt. Ook buiten het toepassingsbereik van art. 2:8 kunnen immers
concrete zorgvuldigheidsnormen voortvloeien uit de R&B en uit hetgeen
volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt.

Met andere woorden, een adh mag zijn eigenbelang laten prevaleren zolang
hij zich gedraagt op een ‘redelijke en billijke’ manier. Hoe groter de invloed
van de adh, hoe meer hij moet kijken naar de belangen van anderen (ziet op
zorgvuldigheidsnormen à brede opvatting van R&B).

HC 2 – belangenconflicten, belang van de vennootschap, organen, ‘bevoegdheden
binnen vennootschap



Wennex Het stemrecht van een adh (= aandeelhouder) in NV is niet een recht in
het belang van anderen, maar een eigen recht om zijn belang in de
vennootschap te dienen à aandeelhouders mogen eigen belang
nastreven (binnen de grenzen v. 2:8, 3:13 en 6:162 BW). Stemrechtovk
tussen adh niet in strijd met vn-recht omdat deze de wettelijke regeling
zou doorkruisen. Ook niet nietig. Stemovereenkomsten niet
onverbindend. Mag geen misbruik van recht zijn. Je mag dus contractueel
jegens anderen binden.
Forumbank Bevoegdheid inkoop eigen aandelen directie. Afscheid genomen van
hiërarchische opvatting. Nu functionele bevoegdheidsverdeling. AV en
RvC hebben eigen rechten en bevoegdheden en bestuur ook, terrein
ander orgaan moet worden gerespecteerd. De gedachte dat de AV de
hoogste macht heeft, komt niet meer terug in arrest. Instructierecht:
bestuur is niet gehouden aanwijzingen van av op te volgen. De av mag
niet de grenzen van haar bevoegdheden overschrijden, op gespannen
voet met instructierecht?




2

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller hesselhaan. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $22.28. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67232 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$22.28
  • (0)
  Add to cart