100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting - Micro-economie voor bedrijfskunde 16/20! (B. Heyndels - 2024) $11.81
Add to cart

Summary

Samenvatting - Micro-economie voor bedrijfskunde 16/20! (B. Heyndels - 2024)

2 reviews
 248 views  6 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

UPDATE: zelf heb ik hiermee een 16/20 gehaald! Volledige samenvatting van alle hoorcolleges Micro-economie voor bedrijfskunde gegeven door prof. Heyndels in het eerste semester van het schakeljaar bedrijfskunde aan de VUB. De samenvatting is gemaakt in het academiejaar 23 - 24. Het document...

[Show more]
Last document update: 2 months ago

Preview 5 out of 121  pages

  • No
  • Unknown
  • December 22, 2023
  • September 22, 2024
  • 121
  • 2023/2024
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: shahbazmuhammad • 1 month ago

review-writer-avatar

By: selindemirci1509 • 3 months ago

avatar-seller
[TITEL VAN DOCUMENT]
[Ondertitel van document]




[DATUM]
[BEDRIJFSNAAM]
[Bedrijfsadres]

, OVERZICHT LEERSTOF
(Merk op: nummering editie 4)

 Inleiding
 H3: Vraag & Aanbod
 H4: Elasticiteit
 H5: Consumentengedrag
 H6: Producentengedrag (competitieve markt)
 H7: Markt-efficiëntie
 H10: Publieke goederen, verdienstegoederen (merit goods)
 H11: Externaliteiten
 H12: Informatie-economie & Behavioural economics (onder voorbehoud
 H13: Productie-beslissingen
 H14: Monopolie
 H15: Monopolistische concurrentie
 H16: Oligopolie
 H19: Interdependentie & voordelen van handel




Pagina | 1

, H0: INLEIDING
1. DE TIE N PRI NCI PE S VA N ECO NOMIE

Er zijn 10 principes die de hele economische wetenschap samenvatten. Economie gaat in de kern over
keuzes maken. De behoeften zijn oneindig, maar de middelen beperkt. We willen altijd meer.


Definitie economie:
‘Economics is the science which studies human behavior as a relationship between
ends and scarce means that have alternative uses.’

De mens heeft oneindige behoeften  er zijn slechts beperkte middelen (arbeid (L), kapitaal (K),
natuur(N)). Als de middelen niet oneindig zijn, moet je keuzes nemen en daar gaat economie over. Je
kan keuzes maken over wat je produceert, hoe je produceert, voor wie je produceert, etc.


Economie onderzoekt:

 Hoe mensen beslissingen nemen
Micro-economie
 Hoe mensen interageren met elkaar
 Invloeden op economie als geheel Macro-economie

Micro-economie: bestudeert manier waarop huishoudens en bedrijven beslissingen nemen en hoe ze
in specifieke markten met elkaar omgaan. Micro-economie als manier van denken omtrent individueel
menselijk gedrag in het algemeen. Niet: studie van micro-economische fenomenen.

Macro-economie: bestudeert fenomenen die de gehele economie bestrijken. Dit is dus de studie van
macro-economische werkelijkheid, zoals inflatie, economische groei, werkloosheid, etc.


10 principes:

De 3 grote blokken van economie zijn onder te verdelen in 10 principes. De eerste twee blokken van
micro-economie bevatten 7 principes. We gaan deze nu verder bekijken:

Hoe mensen beslissingen nemen:
 M&T Principe 1: Mensen moeten keuzes maken
 M&T Principe 2: De kosten van iets worden bepaald door dat wat we opgeven om het te krijgen
 M&T Principe 3: Rationele mensen denken in de marge
 M&T Principe 4: Mensen reageren op prikkels

Hoe mensen interageren met elkaar:
 M&T Principe 5: Handel kan in ieders belang zijn
 M&T Principe 6: Markten zijn vaak goede manier om economische activiteit te organiseren
 M&T Principe 7: Overheden kunnen de resultaten van de markt soms verbeteren

Invloeden op economie als geheel (macro):
 Principes 8-10 (niet te kennen)

Pagina | 2

,1.1 M&T PRINCI PE 1: ME NSE N MO ETE N KE UZE S MA KE N

We komen altijd te staan voor verschillende keuzes, wat gaan we doen? We kijken naar voordelen en
nadelen van de opties. De voordelen noemen we de baten en de nadelen noemen de kosten. Vb. wat
zijn de voordelen en nadelen van naar het HC te gaan of op kot te blijven en te studeren of te gaan
voetballen.


1.2 M&T PRINCI PE 3: RA TIONELE MENSE N D ENKEN I N DE MA RGE

We gaan op die baten (voordelen) een bedrag op plakken hoe veel baten we zien om die keuze te
maken. Bijvoorbeeld als iemand 27 euro geeft om de les niet binnen te gaan, maar jij vind dat de les
wel binnengaan 28 euro is, dan ga je de les wel binnen want voor jou is dat meer waard. Als iemand
29 euro geeft, ga je de les niet binnen.

In het voorbeeld op de slide staat dat we voetballen het tofste zouden vinden aangezien dit €32 is.
Maar aan die baten zijn ook kosten verbonden en dit is niet zo evident om te berekenen. In het
volgende principe gaan we zien hoe die kosten juist in elkaar zitten.


1.3 M&T PRI NCI PE 2: DE KOST EN VA N IET S W ORDE N BE PAA LD DO OR D AT WA T WE
O PGEVEN OM HET TE KRI JGE N

Voor te berekenen wat de beste keuze voor ons om te doen is gaan we de baten – kosten doen. Het
bedrag van de baten beslissen we zelf, want je bepaalt zelf wat voor jou het belangrijkste is. Het bedrag
van de kosten zijn de expliciete kosten + de impliciete kosten. De expliciete kost is het geld dat je moet
betalen indien je die activiteit kiest. De impliciete kost is de waarde van het beste alternatief.

 Naar het HC gaan: we hebben hier zelf een bedrag van €28 op gezet voor de baten. Het is
belangrijk voor ons, maar als we kijken naar de activiteiten is voetballen nog net iets
belangrijker. De expliciete kosten zijn €0, we moeten niets betalen om naar het hoorcollege te
gaan, want de inschrijvingskosten zijn al betaald. Naar het HC gaan is dus nog altijd €28 waard.

 Op kot studeren: het bedrag van de baten is hier €15, het is het minst belangrijk voor ons. Ook
hier zijn de expliciete kosten €0, want we moeten niets betalen om op kot te blijven en te
studeren. Op kot blijven en studeren is nog steeds €15 waard.

 Gaan voetballen: hier plakken we het hoogste bedrag op, namelijk €32 euro voor de baten. Dit
is het meest belangrijk voor ons. De expliciete kosten zijn hier wel €10, aangezien we per
persoon €10 huur moeten betalen voor een zaaltje. Gaan voetballen is nu geen €32 meer
waard, maar nog slechts €22 door middel van de huur. Dit is dus niet meer het belangrijkste,
want naar het HC gaan is meer waard.

We gebruiken vanaf nu dus niet meer de waarde van gaan voetballen als beste alternatief voor de
impliciete kost, maar naar het HC gaan. De impliciete kost voor naar het HC te gaan is dus €22,
aangezien voetballen het beste alternatief is. Voor voetballen en studeren is de impliciete kost €28.

Merk op: opportuniteitskosten zijn voor ons impliciete en expliciete kosten, soms in theorie zijn dit
enkel de impliciete kosten.

Pagina | 3

, Voor de berekening compleet te maken gaan we nu ook nog de impliciete kost aftrekken. De impliciete
kost hebben we berekend bij de vorige slide.

 Naar het HC gaan: als we naar het HC zouden gaan is het beste alternatief gaan voetballen.
Want €22 is meer dan €15. De uitkomst van naar het HC gaan is in totaal €6.
 Op kot studeren: als we op kot zouden blijven studeren is het beste alternatief naar het HC
gaan, want €28 is meer dan €22. De uitkomst van op kot blijven en studeren is -€13.
 Gaan voetballen: als we zouden gaan voetballen is het beste alternatief naar het HC gaan, want
€28 is meer dan €15. De uitkomst van gaan voetballen is -€6.

Als we alle uitkomsten vergelijken met elkaar zien we dat naar het hoorcollege gaan ons het meeste
opbrengt (€6), daarna voetballen (-€6) en tot slot op kot blijven en studeren (-€13).

Visueel:

Marginale Marginale kosten
Resultaat
baten Expliciete kosten Impliciete kosten
Naar HC gaan €28 €0 €22 €6
Op kot studeren €15 €0 €28 - €13
Voetballen €32 €10 €28 - €6
 Marginale baten: geven we zelf, afhankelijk van hoe belangrijk we het vinden.
 Expliciete kosten: kosten dat de activiteit daadwerkelijk kost.
 Impliciete kosten: waarde van het beste alternatief. Het beste alternatief is (rekening houdend
met expliciete kost) naar HC gaan. Dus voor studeren en voetballen is dat de impliciete kost.
Voor naar het HC gaan is de impliciete kost voetballen (32 – 10) aangezien je altijd het beste
alternatief moet nemen. Dus de impliciete kost voor naar het HC gaan, kan niet HC zelf zijn.
 Resultaat = marginale baten – marginale kosten


1.4 M&T PRINCI PE 4: ME NSE N REAGERE N OP PRI KKE LS

Als de getallen veranderen, dan veranderd de uitkomst natuurlijk ook. Vb. als de prof zou zeggen “als
je volgende week naar de les komt krijg je 3 punten op het examen” veel meer zouden dan naar de les
komen. Dit is een prikkel. Ook als de voetbalzaal maar €1 zou kosten in plaats van €10 zal de uitkomst
veranderen, aangezien voetballen dan het beste alternatief is in plaats van naar het HC gaan. (31>28).

Marginale Marginale kosten
Resultaat
baten Expliciete kosten Impliciete kosten
Naar HC gaan €28 €0 €31 - €3
Op kot studeren €15 €0 €31 - €16
Voetballen €32 €1 €28 €3




Pagina | 4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MK2002. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $11.81. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52928 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$11.81  6x  sold
  • (2)
Add to cart
Added