8,5 GEHAALD. BOEKEN NIET NODIG. Alle tentamenstof en complete samenvatting Ontwikkelingspsychologie: De ontwikkeling van het kind, babytijd, peuter -en kleutertijd, schooltijd en adolescentie, jongvolwassenheid, middelbare leeftijd en ouderdom. Gehele samenvatting van de tentamenstof van het boek e...
Globale perspectieven van het gedrag van kinderen (helpt om de ontwikkeling
van kinderen vanuit verschillende dimensies te bekijken). Vervolgens word daar
onderzoek naar gedaan.
We hebben allemaal een bepaald beeld van wat “juist” is binnen de ontwikkeling
van een kind. De ouders van Ronald (Feldman) bijvoorbeeld waren erg bezorgd
over het feit dat hij nog niet sprak en dachten dat hij wellicht een
ontwikkelingsachterstand had. Toen hij vervolgens zijn eerste woordje uitsprak
waren ze opgelucht. De ouders van Ronald laten hierbij zien wat volgens hen
“normaal” is binnen de ontwikkeling van een kind vanuit hun perspectief. Dit is
vooral gebaseerd op persoonlijke theorieën en eigen willekeurige observaties.
Er zijn 5 perspectieven op de ontwikkeling van het kind:
o 1. Psychodynamisch
o 2. Behavioristisch
o 3. Cognitief
o 4. Systemisch
o 5. Evolutionair perspectief
1. Psychodynamisch perspectief: (Freud)
Het gedrag wordt gemotiveerd door innerlijke krachten. Hiermee wordt bedoelt
dat een persoon onbewust kan handelen door iets dat hij in de kindertijd heeft
meegemaakt. Dit kan deze persoon gedurende zijn hele leven beïnvloeden.
Voorbeeld: Marije heeft geen goede relatie met haar vader op kunnen bouwen,
terwijl een meisje op die leeftijd erg naar haar vader vertrekt. Zij zoekt een
vaderfiguur als ze ouder is, maar de verlatingsangst en pijnlijke gevoelens
komen terug als het serieus wordt.
o De Psychoanalytische theorie van Freud
Deze theorie van Freud gaat ervan uit dat onbewuste gevoelens bepalend
zijn voor iemand persoonlijkheid en gedrag. Een voorbeeld is dat een kind
bijvoorbeeld kan ervaren dat het te weinig aandacht krijgt van zijn
opvoeders. Om dit tekort te compenseren vraagt het steeds aandacht van
de juf op school en later van zijn partner. De hoeveelheid aandacht is
echter nooit genoeg. Deze persoon is zich er niet bewust van dat dit
gedrag voortkomt uit het ervaren tekort uit de kindertijd.
Id : Het aangeboren deel van de persoonlijkheid dat al aanwezig is bij de
geboorte. Het gaat hierbij vooral om de driften en de onbeheerste
krachten die bevredigt willen worden. Hiermee wordt bedoelt dat het id
handelt vanuit het genotsprincipe en zo weinig mogelijk spanning
probeert te creeeren. Het id bestaat uit 3 fasen. Freud haalde hier de
, Psychoseksuele ontwikkeling bij doordat kinderen een aantal fasen
doorlopen waarbij genot of bevrediging telkens met een ander
lichaamsdeel wordt geassocieerd. Deze 3 fasen zijn:
Orale fase
Eerst beleeft men lust via de mond, de orale fase. Denk hierbij aan een klein
kind dat alles wat binnen handbereik ligt in zijn of haar mond stopt.
Langzamerhand zal er een nieuwe fase ontstaan.
Anale fase
Het kind plast bijvoorbeeld nog in zijn broek. De wc is een hele nieuwe
ontdekking. Zindelijkheid wordt het kind wijs gemaakt in deze fase.
Fallische fase
Ten slotte ontdekt het kind zijn of haar geslachtsdelen. Deze fase wordt de
fallische fase genoemd.
Ego
Nadat het Id zich heeft ontwikkelt gaat het kind door naar de volgende fase. Het
ego. Deze fase probeert te driften onder controle te krijgen. Het kind plast
bijvoorbeeld niet meer in zijn broek of stopt niet alles meer in zijn mond. Het
kind probeert zichzelf onder controle te houden. Toch gaat het nog vaak
verkeerd, dit komt omdat het kind nog niet goed kan nadenken over eventuele
gevolgen. Dit komt pas weer in de volgende fase.
Superergo
Hier leert het kind wat nou precies goed en fout is, dit leert hij van zijn
omgeving (opvoeders, leerkracht etc) Dit vind plaats rond 5 of 6 jarige leeftijd.
Verder is het superego erg gebaseerd op het geweten van het kind, domme
foutjes die het kind keer op keer maakt zullen dus veel minder voorkomen,
omdat men een geweten heeft en de gevolgen dus kent.
o De Psychosociale theorie van Erikson ( Psychosociale ontwikkeling: De
veranderingen in de manier waarop we aankijken tegen onze interacties
met anderen, tegen het gedrag van anderen en tegen onszelf als leden
van de maatschappij.
Erikson ontwikkelde een psychodynamische visie op de psychosociale
ontwikkeling. Hierin ging het vooral op onze sociale interactie met anderen.
Volgens deze analyticus worden mensen zowel gevormd als belemmerd door
hun samenleving en hun cultuur. Deze ontwikkeling omvat vooral de
veranderingen in de manier waarop we naar onszelf en naar anderen kijken.
Psychodynamisch ERIKSON
Stadia van psychosociale ontwikkeling
1. Vertrouwen – wantrouwen
, 2. Autonomie – schaamte en twijfel ( wanneer je als kind je anders voelt dan
anderen, waardoor je je begint te schamen) IS HET OKE MET WIE IK
BEN
3. Initiatief – (schuld, IS HET OKE WAT IK DOE?)
4. Vlijt – minderwaardigheid (Hier komen we erachter dat iedereen anders
is. Hoe kunnen we leren van de ander, te veel en negatief feedback leidt
tot demotivatie)
5. Identiteit – identiteitsverwarring (we hebben verschillende rollen,
verschillende identiteiten, hierbij spelen geloofsovertuigingen en
rolmodellen een belangrijke rol)
6. Intimiteit – isolement ( liefde en de jezelf vragen stellen, mogelijkheid om
verliefd te kunnen worden)
7. Generativiteit – stagnatie ( we kunnen boos of blij worden van dingen of
als het niet gaat zoals wij het willen hebben)
8. Integriteit – wanhoop (vragen of je iets goed hebt gedaan, voor
voldoening.erkenning als daar positief op geantwoord wordt, voel je je blij
dat je iets goeds hebt gedaan)
Gemiddeld Stadia Belangrijk Stadia Belangrijkste
e freud ste Erikson van kenmerken
Leeftijd Psychoseks kenmerke Psychosociale stadia Erikson
uele n van Ontwikkeling
Ontwikkeli stadia
ng Freud
Geboorte Oraal Zuigen, Vertrouwen +:
tot 12-18 eten, vs Vertrouwen
maanden bewegen wan- dankzij
van de trouwen steun van
lippen, de
bijten omgeving
- : Angst en
zorgen over
anderen.
12-18 Anaal Zindelijk Autonomie vs +:
maanden worden schaamte en Onafhankel
tot 3 jaar twijfel ijkheid
- : Twijfels
over
zichzelf,
gebrek aan
onafhankeli
jk
heid
3 tot 5 jaar Fallisch Interesse Initiatief +:
in de versus schuld Ontdekken
genitaliën van
(geslachtsd manieren
elen) leidt om dingen
ook tot in gang te
, identificati zetten.
e met de -:
ouder van schuldgevo
dezelfde el over
sekse daden en
gedachten
5-6 jaar tot Latentie Seksualitei Vlijt vs +:
adolescent t minderwaardig Groeiend
ie grotendeel heid besef van
s op de competenti
achtergron es
d -:
onvermoge
n om de
juiste rollen
in het leven
te
identificere
n
Adolescent Genitaal Opnieuw Identiteit vs + : Bewustzijn
ie tot onderzoek identiteitsverw van de eigen
volwassen en van arring uniekheid, weten
(Freud) seksuele welke rol te
interessen spelen.
en -: Onvermogen
aangaan om de juiste
van rollen in het leven
volwassen te identificeren
seksuele
relaties
Eerste Intimiteit vs +: Ontw. Van
volwassenh isolement liefdevolle
eid seksuele relaties
en hechte
vriendschappen
-: angst voor
relaties met
anderen
Volwassen Generativiteit +: Gevoel van
heid vs stagnatie bijdragen aan het
leven
-: bagatelliseren
van eigen
activiteiten
Rijpheid Integriteit vs +: fijn gevoel bij
wanhoop wat men in het
leven bereikt
heeft
-: Spijt van
gemiste kansen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Latife. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.20. You're not tied to anything after your purchase.