Nederlandstalige Samenvatting Psychology - Inleiding in de psychologie (PBB)
27 views 0 purchase
Course
Inleiding in de psychologie (PB0014232412B)
Institution
Open Universiteit (OU)
Book
Psychology
Beknopte Nederlandstalige samenvatting van het boek 'Psychology' (8ste editie) van Peter Gray en David F. Bjorklund - (deel 2) hoofdstuk 9 tot en met hoofdstuk 16.
Alle begrippen en belangrijkste leerstof zijn inbegrepen in deze samenvatting.
Perfecte samenvatting voor een (geslaagd!) examen.
PART 4: LEREN EN DENKEN
HOOFDSTUK 9: GEHEUGEN, AANDACHT EN BEWUSTZIJN
1. Een overzicht van het informatieverwerkingsmodel
Memory stores: Hypothetische constructies die worden opgevat als plaatsen waar informatie in de geest wordt vastgehouden.
1.1. Zintuigelijk geheugen: de kortstondige verlenging van de zintuiglijke ervaring
- Spelt aandacht geen rol
- Wordt gevoed door de zintuigelijke input
- Houdt voor een zeer korte periode alles vast dat onze zintuigen beïnvloedt
- Alle prikkels in het zintuiglijk geheugen waar wij onze aandacht op richten, worden doorgegeven aan het korte-termijn-
of werkgeheugen.
1.2. Korte-termijn- of werkgeheugen: Bewuste waarneming en gedachte
- Eenmaal aangekomen in het korte-termijn- of werkgeheugen wordt informatie bewerkt, maar niet opgeslagen.
- Ook hier is aandacht van belang.
- Informatie moet namelijk voortdurend herhaald worden om behouden te blijven en vastgelegd te worden in het
langetermijngeheugen
- Waar de informatie zich bevindt waarvan we ons bewust zijn , kan ongeveer 5 tot 9 brokjes informatie vasthouden op
enig moment, aandacht speelt hier ook een grote rol.
1.3. Lange-termijn geheugen: De bibliotheek van informatie van de geest
- Informatie wordt uiteindelijk vastgelegd in het langetermijngeheugen.
- Hierbij speelt aandacht geen rol meer.
- De informatie is buiten ons bewustzijn in het langetermijngeheugen aanwezig en verschijnt pas weer in ons bewustzijn
als deze teruggehaald naar het korte-termijn- of werkgeheugen voor actieve verwerking.
1.4. Controleprocessen: de informatietransportsystemen van de geest
Control processes: De mentale processen die werken op informatie in het geheugen slaat informatie op en verplaatsen informatie
van de ene opslag naar de andere.
Aandacht brengt informatie van het zintuigelijk geheugen naar het korte-termijn geheugen.
- Encoding brengt informatie van het korte-termijn geheugen naar het lange termijn geheugen.
- Retrieval brengt informatie uit het langetermijngeheugen naar de korte-termijnopslag.
- Cognitieve processen kunnen op een continuüm worden geplaatst van inspannend tot automatisch.
1.5. Fast and slow thinking: dual processing theories of cognition
Dual processing:
- Fast thinking/ snel denken is onbewust en intuïtief.
- Slow thinking/ traag denken is bewust en opzettelijk.
- Different types of thinking: implicit.explicit, heuristic/analytic, associative/rule-based, verbatim/gist,
automatic/controlled, or system 1/system 2 (Evans & Stanovich 2013, Stanovich & West 2000)
- In many cases when represented by a problem you can’t shut off the ‘fast’ thinking system, even if it may interfere with
your arriving at the correct solution to a problem via the ‘slow’ system stroop interference effect J. Ridley Stroop 1935
denk aan de kleuren van de woorden in kleur.
2. Aandacht: het portaal naar bewustzijn
Cocktailpartyfenomeen: het vermogen om een belangrijke informatie op te vangen terwijl we ons concentreren op andere
informatie. Simultaan afspelen van 2 gesproken berichten (Haykin & Chane 2005). Heeft vooral te maken met het zintuigelijke
geheugen en de manier waarop informatie van daaruit naar het korte-termijn of werkgeheugen wordt verstuurd. Aandacht speelt
hier dus een zeer belangrijke rol.
2.1. Het vermogen om de aandacht te richten en het irrelevante te negeren
- Onderzoek heeft aangetoond dat we gefocust aandachtig kunnen zijn door irrelevante stimuli te negeren.
2.2. Het vermogen om de aandacht te verleggen naar significante stimuli
Shifting Attention: We volgen onbewust onbeheerde stimuli in het sensorische geheugen, zodat we onze aandacht kunnen
verleggen als er iets belangrijks gebeurt. Een dergelijke controle omvat een pre-attente verwerking.
2.3. Onbewuste, automatische verwerking van stimulusinput
Preattentive processing: De analyse, op onbewust niveau, waarbij de geest bepaalt welke prikkels de moeite waard zijn om in het
werkgeheugen door te geven.
- Onbeheerde sensorische stimuli kunnen bewuste gedachten en gedrag beïnvloeden.
- Is automatisch en af en toe verplicht bv stroop interference effect.
- Priming: Het impliciete geheugenproces waarbij een stimulus een of meer herinneringen activeert die al in iemands
geest bestaan.
2.4. Hersenmechanismen van pre-aandachtsverwerking en aandacht
,Uit studies naar hersenmechanismen van pre-aandachtsverwerking en aandacht zijn drie algemene conclusies naar voren gekomen
1. Stimuli die niet worden behandeld, maar toch sensorische en perceptuele gebieden van de hersenen
2. Aandacht vergroot de activiteit die taakrelevante stimuli produceren in sensorische en perceptuele gebieden van de
hersenen, en het vermindert de activiteit die taak-ongerelateerde stimuli produceren
3. Neurale mechanismen in voorste (voorwaartse) delen van de cortex zijn verantwoordelijk voor de controle van de
aandacht.
- Schade aan gebieden in de linker- of rechterhersenhelft kan ruimtelijke verwaarlozing veroorzaken.
3. Het werkgeheugen: het actieve en bewuste geheugen
3.1. Verbaal werkgeheugen: de fonologische lus
Fonologische lus: In de theorie van Baddeley een onderdeel van het werkgeheugen dat verantwoordelijk is voor het vasthouden
van verbale informatie.
Het werkgeheugen verliest snel informatie zonder het actieve verwerking.
Short-term memory span: Het aantal uitspreekbare informatie-items dat een persoon op een bepaald moment in het
kortetermijngeheugen kan onthouden.
3.2. Working-memory span
Working-Memory Span: is meestal twee items minder dan de geheugenspanne en is een goede voorspeller van prestaties op
cognitieve taken op een hoger niveau. Toont verbetering ten opzichte van de kindertijd en dalingen in de oudere volwassenheid
(Cowan & Alloway 2009; Dykiert et al. 2012)
4. Executieve functies
4.1. Vier algemene conclusies over executieve functies
Executieve functies: de verwerking betrokken bij de regulering van aandacht en determinering, wat te doen met informatie die
net is verzameld of opgehaald uit het lange termijn geheugen.
- Executieve functies tonen eenheid en verscheidenheid
- Er is een inhoudelijke genetische component aan exectutieve functies (Friedman 2008)
- Executieve functies zijn gerelateerd aan en voorspellend voor belangrijke klinische en maatschappelijke uitkomsten.
- Er is een inhoudelijke ontwikkeling stabiliteit van executieve functies vaardigheden. (Bjorklund 2011, Geary 2005)
4.2. Neurologische basis van executieve functies
- De prefrontale cortex dient als de neurale hub voor executieve functies.
- Patiënten met schade aan de prefrontale cortex hebben moeite met plannen en het nemen van beslissingen, het reguleren
van emoties en het remmen van gedachten en gedrag. Denk aan Phineas Gage (Damasio 1994)
5. Het geheugen als representatie van kennis
5.1. Expliciete en impliciete geheugen
Het expliciete geheugen: is het soort geheugen dat gemakkelijk teruggebracht kan worden in ons bewustzijn en dat we verbaal
kunnen beschrijven (vandaar: expliciet). Hierbij speelt aandacht duidelijk een rol, in die zin dat de inhoud van het expliciet
geheugen naar het kortetermijn- of werkgeheugen gebracht kan worden en vervolgens door middel van aandacht kan worden
uitgelegd.
- Het episodisch geheugen is een vorm van expliciet geheugen dat onze ervaringen uit het verleden omvat. Hierbij gaat
het dan vooral om onze herinnering aan autobiografische gebeurtenissen die we in ons bewustzijn kunnen terugroepen en
bewust kunnen omschrijven. Hierbij speelt de aandacht dus weer een belangrijke rol.
- Het semantisch geheugen is een vorm van expliciet geheugen dat niet gebonden is aan specifieke gebeurtenissen, maar
juist een verzameling is van generieke betekenissen, en de manier waarop deze gezamenlijk ons begrip van de wereld
vormen. Ook deze geheugeninhoud kunnen we met behulp van onze aandacht onder woorden brengen.
Het impliciete geheugen: daarentegen is het soort geheugen dat zich moeilijk onder woorden laat brengen. Het bevat de
onbewuste, door ervaring gevormde routines waarmee ons gedrag vorm krijgt. Hierbij speelt aandacht juist geen rol. Sterker nog,
deze routines spelen zich af buiten ons bewustzijn, en als we onze aandacht erop richten, gaat de uitvoering daarvan vaak juist
fout.
- Het procedureel geheugen is een vorm van impliciet geheugen dat alle motorische vaardigheden, gewoonten en routines
omvat die we onbewust uitvoeren. Hierbij speelt de aandacht dus weer geen grote rol. In beginsel wel, als we de
vaardigheden nog onder de knie moeten krijgen, maar naarmate we ze beter beheersen, verdwijnen ze steeds verder uit
ons bewustzijn.
5.2. Neuropsychologisch bewijs voor gescheiden geheugen systemen
Temporal lobe amnesia: De lobben van de hersenschors die voor de occipitale kwabben en onder de partietale en frontale
kwabben liggen en die de auditieve gebieden van de hersenen bevatten.
Infantile amnesia: Het onvermogen om gebeurtenissen uit de kindertijd en vroege kinderjaren te onthouden.
6. Beter onthouden
, 6.1. Encoding information into long-term memory
Maintenance rehearsal: Elk actief mentaal proces waarbij een persoon ernaar streeft om informatie gedurende een bepaalde
periode in het kortetermijngeheugen vast te houden.
Encoding rehearsal: Elk actief mentaal proces waarmee een persoon ernaar streeft informatie in het langetermijngeheugen te
coderen.
Elaboratie: houdt in dat we nieuwe informatie verbinden aan informatie die al aanwezig is in het langetermijngeheugen.
Organisatie: houdt in dat we informatie op een voor ons overzichtelijke manier gaan categoriseren of beschrijven.
Visualisatie: houdt in dat we verbale informatie op een visuele manier gaan weergeven, bijvoorbeeld in een schema of mindmap.
Chunking: Een strategie voor het verbeteren van het vermogen om een reeks items te onthouden door ze mentaal te groeperen om
minder items te vormen.
Denken over de betekenis leidt tot beter lange termijn geheugen. (Nairne 2008)
Mensen onthouden nieuwe informatie beter wanneer ze met zichzelf vergelijken (Symons & Johnson 1997)
Mensen zijn goed in het herkennen van afbeeldingen. (shepard 1967, Standing 1973)
6.2. Memory consolidation
Retrograde amnesia: Verlies, als gevolg van letsel aan de hersenen, van langetermijnherinneringen die vóór het letsel waren
gevormd
Consolidation: Het proces waarbij een nieuwe herinnering in de hersenen stolt, zodat deze niet gemakkelijk wordt vergeten.
Anterograde amnesia: Verlies, als gevolg van letsel aan de hersenen, in het vermogen om nieuwe langetermijnherinneringen te
vormen voor gebeurtenissen die zich voordoen na het letsel.
When people recall memories:
- That were acquired relatively recently
o Neural activity in the hippocampus increases
- That were first acquired many years earlier
o Increased activity occurs in parts of the cerebral cortex but not in the hippocampus (Haist 2001)
7. Retrieving information from long-term memory
7.1. Mental associations as foundations for retrieval
Associations: Wat de geest betreft, een verband tussen twee herinneringen of mentale concepten, zodanig dat de herinnering aan
de ene de herinnering aan de andere bevordert.
Retrieval cue: Een woord, zin of andere stimulus die iemand helpt een specifiek stuk informatie uit het langetermijngeheugen op
te halen.
Association by contiguity: Aristoteles' principe dat als twee omgevingsgebeurtenissen (stimuli) tegelijkertijd of vlak na elkaar
plaatsvinden, die gebeurtenissen in de geest met elkaar worden verbonden.
Association by similarity: Aristoteles' principe dat objecten, gebeurtenissen of ideeën die op elkaar lijken, met elkaar verbonden
raken in de geest van de persoon, zodat de gedachte aan de een de neiging heeft om de gedachte van de ander te beïnvloeden.
People who are given facts or word to memorize in a particular context do better at recalling that information if tested in that same
context than if tested in a different context. (Smith & Vela 2001)
7.2. Memory construction as a source of distortion
Schema: De mentale representatie van een concept; de informatie die is opgeslagen in het langetermijngeheugen en waarmee een
persoon een groep verschillende gebeurtenissen of items kan identificeren als leden van dezelfde categorie.
Scripts: Een verscheidenheid aan schema's die in het geheugen de temporele organisatie van een categorie gebeurtenissen
vertegenwoordigen
7.3. Prospective memory and mental time travel
Prospective memory: Remembering to do something in the future.
- Storingen in het prospectieve geheugen zijn veel voorkomende klachten voor mensen van alle leeftijden en
hebben ernstige gevolgen op sommige werkplekken.
- Onthouden om dingen in de toekomst te doen, vereist goede executieve functies, evenals een goed ontwikkeld
gevoel van eigenwaarde
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lucymorriens. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.78. You're not tied to anything after your purchase.