Zes manieren waarop de mens afhankelijk is van het milieu:
• Het milieu levert zuurstof.
• Het milieu levert water.
• Het milieu levert voedsel.
• Het milieu levert energie.
• Het milieu levert grondstoffen.
• Het milieu biedt plaats voor recreatie.
De belangrijkste milieuproblemen, de oorzaken daarvan en mogelijke
tegenmaatregelen:
• Oorzaken van milieuproblemen:
– overbevolking.
– Door de overbevolking is er meer voedsel nodig en meer grond voor landbouw.
– Ook moeten er meer huizen, wegen en industrie komen, waardoor natuurlijke ecosystemen
worden aangetast.
– de veranderde manier van leven: groot verbruik van energie en grondstoffen.
• Milieuproblemen:
– klimaatverandering: door uitstoot van broeikasgassen (gassen die de temperatuur op
aarde verhogen).
– afname van de biodiversiteit: door vermindering van het aantal soorten planten en dieren
– ontbossing: om plaats te maken voor bebouwing of landbouwgrond, waardoor de
hoeveelheid koolstofdioxide in de atmosfeer stijgt. Dit komt doordat er minder bomen zijn
die het koolstofdioxide op kunnen nemen uit de lucht. Door ontbossing sterven veel soorten
organisme uit.
• Maatregelen:
– duurzame ontwikkeling: een leefwijze waarbij rekening wordt gehouden met de behoeften
van mensen in de toekomst door het milieu zo min mogelijk te belasten. Dit kan bijvoorbeeld
door duurzame te brouwen en duurzame energie te verbruiken.
– regeringen van landen nemen maatregelen, bijv. natuurgebieden beschermen.
Klimaatveranderingen
Doordat we veel meer energie en grondstoffen verbruiken dan vroeger, komen er meer
broeikasgassen in de lucht > dit heeft tot gevolg dat er een klimaatverandering is ontstaan
die is veroorzaakt door de mens.
– Je spreekt van klimaatveranderingen als het weertype gedurende een periode van
meerdere jaren veranderd.
• Gevolgen klimaatveranderingen:
– Er zijn vaker extreme weersomstandigheden, zoals hevige stromen en droogte.
– De zeespiegel stijgt, waardoor laaggelegen gebieden overstromen.
– De klimaatverandering verloopt zeer snel en het heeft grotere gevolgen voor veel mensen
daarom noemen veel mensen het een klimaatcrisis.
,7.1 de mens en het milieu
Afname van de biodiversiteit
De variatie aan planten- en dierensoorten wordt biodiversiteit genoemd.
• Afname biodiversiteit wereld:
– Door de toename van de wereldbevolking is er steeds minder natuur en neemt de
biodiversiteit af.
– Daardoor zijn verschillende planten- en dierensoorten uitgestorven of worden met
uitsterven bedreigd.
• Afname biodiversiteit Nederland:
– Doordat er minder gevarieerde graslanden zijn, neemt het aantal weidevogels af.
– Ook zijn er minder bijen en vlinders. Bijen zorgen voor bestuiving van bloemen.
– Als er minder bestuiving van gewassen plaatsvindt, kan dat problemen geven voor de
voedselproductie van de mens.
Invloeden op het milieu:
Mensen veranderen het milieu, voegen stoffen toe en halen stoffen uit het milieu.
– Vervuiling: het toevoegen van stoffen aan het milieu. De lucht wordt vervuild door smog
(een mengsel van rook en uitlaatgassen) en fijnstof (kleine stofdeeltjes). De bodem wordt
vervuild door het storten van afval
(kunststoffen en gifstoffen).
– Uitputti ng: te veel stoffen worden onttrokken aan het milieu, zoals energiebronnen en
grondstoffen.
– Aantasting: natuurlijke ecosystemen verdwijnen om plaats te maken voor o.a. steden en
landbouwgrond.
Vormen van luchtvervuiling:
• Smog: dit is door rook en uitlaatgassen vervuilende lucht waardoor het het lijkt alsof het mistig is.
– Vooral in de zomer komt het voor.
• Fijnstof: bestaat uit onzichtbaar kleine stofdeeltjes.
– Sommige stofdeeltje zijn natuurlijk, zoals zeezout en stuifmeel.
– Ander stofdeeltjes wordt door de mens veroorzaakt, zoals door het verkeer.
Vormen van bodemvervuiling:
Het storten van afval (kunststoffen) en gifstoffen.
• Deze stoffen trekken in de boden en kunnen in het drinkwater terechtkomen. Dit is een gevaar
voor drinkwater.
• Als planten giftige stoffen opnemen uit de bodem, komen die stoffen in de voedselketen terecht.
, 7.2 voedselproductie
Manieren om een grotere productie van voedsel te verkrijgen:
• Er zijn 3 vormen van landbouw:
o Akkerbouw: er worden planten verbouwd, voedingsgewassen.
o Tuinbouw: er worden planten verbouwd, voedingsgewassen.
o Veeteelt: er worden dieren gehouden, landbouwhuisdieren.
– Voedingsgewassen zijn de planten die in de akkerbouw en tuinbouw worden verbouwd.
– Landbouwhuisdieren zijn de dieren die in de veeteelt worden gehouden.
Monoculturen:
• Gangbare akkerbouw:
– Monoculturen: op een grote akker wordt één soort gewas verbouwd.
– Er worden veel dieren bij elkaar gehouden en veel dezelfde gewassen bij pelikaan geteeld.
– Voordeel gangbare landbouw: er minder Millen doelmatig wordt gewerkt en dat er meer
opbrengst is.
– Nadeel gangbare landbouw: er is een grotere kans op ziekten en plagen, maar er zijn ook
grote nadelen voor het milieu.
– De grond raakt sneller uitgeput en een teveel aan mest zorgt voor verzuring en vermesting
(te veel mineralen in het water).
• Voordeel monocultuur:
o En boer kan snel en gemakkelijk de bodem bewerken en oogsten. Hierdoor is er een
hogere voedselopbrengst voor een lagere prijs.
• Nadeel monocultuur:
o Er is een grotere kans op een plaag.
o Ziekten die worden veroorzaakt door bacteriën en schimmels, kunnen zich in een
monocultuur sneller verspreiden.
– Om voedselgewassen te beschermen tegen plagen en ziekten, gebruiken akkerbouwers
bestrijdingsmiddelen, omdat monoculturen de kans op (insecten)plagen en op uitbreiding
van ziekten vergroten.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Robinedv. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.