Normale veroudering kan worden beschreven als een tijdafhankelijk biologisch proces dat
functionele achteruitgang en risico voor ziekte met zich meebrengt.
Over het algemeen kunnen alle theorieën over het verouderingsproces worden
onderverdeeld in twee soorten:
Kans: sommige theorieën beschrijven veroudering als een gevolg van externe
gebeurtenissen.
Noodlot: andere theorieën zien het verouderingsproces als een resultaat van een
interne noodzaak.
Kans: Wear-and-thear-theorieën: zien het verouderingsproces als een resultaat van kans.
Ze laten zien dat het menselijk lichaam constant slijt en zich weer herstelt. Het zijn theorieën
die erg aannemelijk zijn, omdat het lichaam door dagelijks gebruik slijt.
Kans: Free-radicals-theorieën: schade door vrije radicalen worden zichtbaar als
symptomen van veroudering. Belangrijk is het gegeven dat ons lichaam zelf antioxidanten
produceert als bescherming tegen vrije radicalen. Deze zoeken en vernietigende vrije
radicalen en voorkomen daarmee een klein gedeelte van de schade aan de celstructuren.
vrije radicalen zijn onstabiele moleculen die als bijproduct vrijkomen bij zuurstofmetabolisme
in de cellen. Ze vormen biologische afwijkende moleculen wanneer ze in contact komen met
andere celstructuren.
Noodlot Auto-immuuntheorie: beschrijft dat het immuunsysteem uiteindelijk defect raakt en
niet langer onderscheid kan maken tussen eigen cellen/weefsels en die van indringers. Het
lichaam kan zichzelf dan gaan aanvallen.
Noodlot: Ageing-clock-theorie: beschrijft dat het verouderen geprogrammeerd is in ons
lichaam als een klok die tikt vanaf het moment van conceptie.
Noodlot: Cellulaire theorie: beschrijft dat veroudering het resultaat is van een progressieve
verzwakking van de capaciteit val celdelingen, mogelijk door uitputting van het genetische
materiaal. De limiet die een vel heeft, kan gerelateerd worden aan de maximale
levensverwachting van een organisme.
H6.2 normale psychische veroudering
Baltes heeft ontwikkeling geherformuleerd als een proces waarbij selectieve
leeftijdgerelateerde verandering plaatsvind waarbij aanpassingsvermogen essentieel is.
Hoewel ouderen fysiek achteruitgaan, kunnen ze psychologisch nog goed in staat zijn om
zich aan moeilijke, uitdagende gebeurtenissen aan te passen. Het model van ontwikkeling
als verandering in adaptief vermogen geeft inzicht in strategieën in zowel adaptief vermogen
als succesvolle veroudering door gebruik te maken van drie strategieën: selectie (het
adaptieve vermogen om te focussen op de dingen die belangrijk zijn voor een persoon),
optimalisatie (strategieën waarmee de omgeving aangepast wordt om voor iemand een
gunstig resultaat te creëren), compensatie (het gebruik van alternatieven of om de prestatie
op het gewenste niveau te houden).
Assimilatie- en accommodatietheorie: de theorie is gebaseerd op de gedachte dat je op
latere leeftijd veel biologische, sociale en psychische uitdagingen en verliezen ervaart die
een grote invloed op het individu hebben.
In het domein van de psychologische gerontologie is een samenvoeging van allemaal losse
theorieën en empirische onderzoeken naar leeftijdgerelateerde veranderingen in
verschillende psychologische functies op oudere leeftijd.
Ouderen kunnen zowel met het werkgeheugen (kortetermijn geheuren) als het episodisch
geheugen (geheugen voor gebeurtenissen) een probleem ervaren.
1
, Klinisch redeneren bij ouderen
Hoofdstuk 7 Verstoringen bij somatische veroudering
H7a ADL en IADL
H7a.6 interventies
Het is belangrijk om te kijken naar wat de oudere zelf wilt bereiken als een interventie wordt
ingezet.
Stimuleer iemand om zoveel mogelijk zelf te doen en om te bewegen. Bedrust is heel erg
slecht en raadt dit dus af. Pijn kan een oudere belemmeren om te bewegen en hulpmiddelen
kunnen een beperking compenseren.
H7c slaapstoornissen
H7c.1 inleiding
De WHO definieert slapeloosheid als klachten over slechte slaapkwaliteit of slaapkwantiteit
waarbij het functioneren overdag negatief wordt beïnvloedt. De Nederlandse Huisartsen
Genootschap definieert slaapproblemen als klachten met betrekking op het slaap-
waakpatroon. Slapeloosheid wordt omschreven als ‘minstens driemaal per week slecht
slapen gepaard met overdag slechter functioneren’.
H7c.4 externe en persoonlijke factoren
De gevolgen van slecht slapen bij ouderen zijn aanzienlijk, namelijk verminderde fysieke
functies, cognitieve stoornissen, sterfte, maar ook risico op hypertensie, afname endocriene
functies, meer concentratieproblemen en risico op depressie. De geestelijke gezondheid
heeft hier ook onder te lijden door een afname van de subjectieve kwaliteit van leven. Er is
een aanzienlijke verhoogde kans op morbiditeit en moraliteit.
Dingen die van invloed zijn op de slaap bij ouderen:
Dementie; Belevingsproblemen (stress
Verslechterd emotioneel piekeren, depressie, angst);
functioneren; Sociale omgevingskenmerken
Verslechterd cognitief functioneren; (geluid, licht, temperatuur);
Verminderde alertheid; Levensloopkenmerken (overdag
Manie; minder doen).
H7d vallen en valpreventie
H7d.3 anatomie en fysieke functies
Binnen het neurologische systeem werken zintuigen, zenuwcellen en spieren samen om
prikkels op te vangen en om te zetten in spierreacties, uitval van een onderdeel van dit
sturingsmechanisme verstoort de waarneming/motoriek, wat vallen tot gevolg kan hebben.
Mobiliteitsproblemen zijn de belangrijkste oorzaken waardoor ouderen vaak vallen.
Bij het ouder worden neemt de spierkracht, flexibiliteit van de spieren en gewrichten en de
snelheid waarmee bewogen kan worden af.
Ouderen die duizelig zijn vallen ook vaker. Een tekort aan erytrocyten en hemoglobine of
onvoldoende zuurstoftransportatiecapaciteit van de hemoglobine kan leiden tot duizeligheid.
Ook een bloeddrukdaling kan duizeligheid geven.
H7d4 externe en persoonlijke factoren
De functiekenmerken die van invloed zijn op vallen:
Multimorbiditeit
Obesitas
Medicatiegebruik
ADL-beperkingen
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller meikedommerholt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.