100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Alle hoorcollege-aantekeningen strafprocesrecht $6.72   Add to cart

Class notes

Alle hoorcollege-aantekeningen strafprocesrecht

 0 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

Dit zijn alle hoorcollege-aantekeningen van het jaar 22-23. Ik heb een 7 gehaald met deze aantekeningen.

Preview 4 out of 76  pages

  • January 4, 2024
  • 76
  • 2022/2023
  • Class notes
  • D. sander
  • All classes
avatar-seller
Hoorcolleges strafprocesrecht
Overzicht
Week 1: strafproces
Week 2: opsporingsonderzoek
Week 3: opsporingsonderzoek
Week 4: dwangmiddelen
Weel 5: de rechter commissaris en het voorarrest
Week 6: de vervolgingsbeslissing
 De eerste vier weken: fase van opsporing
 Fase van opsporing slaat om in vervolging (omslagpunt bij week 5 met RC)
Week 7: het onderzoek ter terechtzitting
Week 8: strafrechtelijk bewijsrecht
Week 9: beslissen en motiveren
Week 10: sanctionering van vormverzuimen
Week 11: rechtsmiddelen
Week 12: herziening

Hoorcollege 1 Het strafproces
Strafprocesrecht
‘Het strafprocesrecht bestaat uit het geheel aan regels die betrekking hebben op
de toepassing van het strafrecht in een concreet geval’
 Het abstracte, materiële recht toepassen op een concreet geval
‘Het strafprocesrecht bepaalt op welke manier en door wie wordt onderzocht of
een strafbaar feit is begaan en door wie en naar welke maatstaven daarover en
over de daaraan te verbinden strafrechtelijke sancties wordt beslist’
 Regels die het overheidsoptreden normeren in een concrete zaak

Strafprocesrecht
- Het strafprocesrecht biedt het model waarin het materiële recht tot leven
komt (het strafproces als schakel tussen feit en reactie)
- Materiële recht gaat vooraf aan het strafproces
- Het strafprocesrecht heeft ook een eigen, zelfstandige dimensie. Niet
alleen hulpmiddel om materiële recht toe te passen.
- Inrichting van het strafproces wordt bepaald door de (deels tegenstrijdige)
doelen van het strafproces

Doelstellingen van het strafproces
Hoofddoel: verwezenlijking van het materiële recht, wie heeft wat gedaan en
welke straf hoort daarbij?
 Straffen van schuldigen en voorkomen van straffen van onschuldigen
- Waarheidsvinding (ophelderen/onderzoeken)
o Zoeken naar de ‘materiële’ waarheid. Vaststellen wat er in het
verleden is gebeurd. Strafprocesrecht biedt mogelijkheden om de
waarheid te vinden en het materiële recht toe te passen. Biedt
bevoegdheden aan politie en OM
o Toepassing van het strafrecht op de ‘werkelijk’ schuldigen,
onschuldigen met rust laten
- Rechtsbescherming
o Bescherming van de burger tegen de almacht van de staat
o Bescherming voor verdachten, maar ook voor de burger die zonder
het te willen in het strafproces wordt betrokken. Uitgangspunt:
legaliteitsbeginsel.

,  Intrinsieke spanning tussen rechtsbescherming en waarheidsvinding.
Willen de waarheid vinden, maar niet tegen elke prijs. Moeten nog wel van
onze grondrechten kunnen genieten. Vanuit beide perspectieven zijn
andere prioriteiten.

Accusatoir versus inquisitoir proces
Inquisitoir proces: verdachte is voorwerp van onderzoek (en heeft weinig
rechten), rechter gaat actief op zoek naar materiële waarheid. verdachte als
voorwerp van onderzoek
Accusatoir proces: rechter is lijdelijk en er staan twee gelijkwaardige partijen
tegenover elkaar. Gaat om de formele waarheid: waarheid die heeft te gelden
tussen procespartijen, niet wat er daadwerkelijk is gebeurd. Gelijkwaardige
procespartijen

Verschillen tussen procesmodellen
- Lijdelijke (scheidsrechter, aan procespartijen zelf om de doelen van het
strafproces te verwezenlijken. Twee gelijkwaardige partijen. Eigen
waarheid tegenover de jury. Aanklager en verdediger doen onderzoek)
versus actieve rechter
- Formele waarheid (waarheid zoals die heeft te gelden na voltooiing van
strafproces. Kan ook afgesproken waarheid zijn) versus materiële waarheid
(werkelijk gebeurde)
- Mondelinge procedure (getuigen, verdachten en deskundigen gehoord op
zitting, wapen op zitting) versus dominantie schriftelijke stukken (werk
wordt in vooronderzoek gedaan en in schriftelijk dossier neergelegd.
Rechter doet het onderzoek op zitting door het dossier door te nemen en
te toetsen op houdbaarheid)
- Wanneer is het feit bewezen? Admissibility rules (welk bewijs mag onder
ogen komen van de jury. Wat mag wel en niet worden ingebracht?) versus
beslis- en motiveringsregels (normering achteraf. Bewijsbeslissing
opschrijven en motiveren)
 EHRM heeft een dempende werking voor deze verschillen. Scherpe kanten
gaan ervan af. Op zoek naar een grote gemene deler. NL is opgeschoven
naar accusatoir
 Nederland: wortels in inquisitoire procestraditie met contradictoire
elementen

Kenmerken Nederlands strafproces
- Beroepsrechter, geen lekeninbreng (behalve bij militairenrechtspraak)
- Zwaar accent op vooronderzoek (meeste werk in het voorbereidend
onderzoek door OvJ. Resultaten in strafdossier. Zitting/berechting is
verifiëren van strafdossier)
- Het dossier vormt de ruggengraat van de strafrechtspleging
- Onderzoek ter terechtzitting vooral gericht op verificatie (gevaren:
confirmation bias). Rechter leest stukken en onderzoek van OvJ, die wél
partijdig is

Bronnen van het strafprocesrecht
- Het wetboek van strafvordering geeft het kader waarbinnen de justitiële
afdoening van een strafzaak moet worden verricht
o Vgl. art. 1 Sv: strafvordering heeft alleen plaats op de wijze bij de
wet voorzien (=legaliteit). Betekent niet dat de wet het strafproces
tot in alle details regelt. Er is meer buiten de wet
- Maar ook andere bronnen van het strafprocesrecht

, o Bijzondere wetten: aanvullende bevoegdheden die onder andere
voorwaarden kunnen worden ingezet. Bevoegdheden worden ruimer
geformuleerd. Meer ruimte voor opsporingsambtenaren
 Wet op economische delicten
 Opiumwet
 Wegenverkeerswet
 Wet wapens en munitie. Drempel lager om woning te
doorzoeken dan in wetboek van SV
 Een en dezelfde bevoegdheid is in het wetboek van Sv en in een
bijzondere wet geregeld.
o EVRM (grondrechten beperken ruimte om bevoegdheden in te
zetten), EU-recht en (andere) internationale verdragen
o AMvB’s en beleidsregels. Ruimte is beperkt, kan alleen door middel
van delegatie. Geen mogelijkheid om nieuwe bevoegdheden te
creëren
o Beginselen van een goede procesorde: legaliteitsbeginsel biedt
rechtsbescherming. Ongeschreven regels als beginselen van een
goede procesorde bieden extra rechtsbescherming. Daarom is dit te
verantwoorden. Beginselen zeggen iets over hoe bevoegdheden
mogen worden toegepast. Bieden rechten voor de burger en zijn
daarom in lijn met het legaliteitsbeginsel
 Verbod op détournement de pouvoir
 Vertrouwensbeginsel
 Gelijkheidsbeginsel
 Proportioneel en subsidiariteit
o Jurisprudentie

Algemene ontwikkelingen
- Digitalisering van criminaliteit en de aanpak daarvan
- Internationalisering van criminaliteit en de aanpak daarvan
- Voortdurende overbelasting van de justitiële keten
- Verkorte vormen van afdoening, binnen en buiten geding
- Modernisering van het Wetboek van strafvordering

Fasen van het strafproces
Een indeling
a. Voorbereidend onderzoek (art. 132 Sv)
a. Verkennend onderzoek (art. 126 gg Sv)
b. Opsporingsonderzoek (art. 132a Sv)
c. Onderzoek door RC (art. 181 Sv)
b. Hoofdonderzoek/behandeling van de zaak (art. 268 e.v. Sv)
 Waar ligt grens tussen voorbereidend onderzoek en hoofdonderzoek:
uitroepen van zaak door bode bij het onderzoek ter terechtzitting

Voorbereidend onderzoek
Art. 132 Sv
‘Onder het voorbereidende onderzoek wordt verstaan het onderzoek hetwelk aan
de behandeling van de terechtzitting voorafgaat’
1. Verkennend onderzoek (art. 126gg Sv). Gaat vooraf aan concrete
strafbare feiten en concrete verdachten. Heel oriënterend
2. Opsporingsonderzoek (art. 132a Sv). Er zijn concrete strafbare
feiten/verdachten.

, 3. Onderzoek door de rechter-commissaris (art. 181 Sv). Onafhankelijk
persoon, bevoegdheden die de OvJ niet heeft. Bepaalde zeer ingrijpende
bevoegdheden  RC is nodig

Fasen van het strafproces
Een andere indeling
a. Opsporing
b. Vervolging
c. Berechting
d. Tenuitvoerlegging (art. 533 e.v. Sv)

Opsporingsonderzoek
Art. 132a Sv
Onder opsporing wordt verstaan het onderzoek in verband met strafbare feiten
onder gezag van de officier van justitie met als doel het nemen van
strafvorderlijke beslissingen’
- Officier van Justitie is altijd verantwoordelijk. Ook het aanspreekpunt bij de
rechter
- Startpunt van de opsporing? Van belang voor rechtspositie van burger
o Opsporing begint bij verdenking
- Verhouding tot (bestuurlijk) toezicht?
o Bij bestuurlijk toezicht, bijv. alcoholcontrole, is er nog geen sprake
van een verdenking. Als je alcohol hebt gedronken ben je ineens wel
verdachte. Toezicht kan snel omslaan in opsporing

Vervolging
- Het vervolgingsbegrip is door de wetgever niet duidelijk omlijnd, geen
wettelijke basis
- Teloorgang (afschaffen) van het gerechtelijk vooronderzoek (GVO) en de
invoering van de strafbeschikking hebben geleid tot verwatering van het
klassieke vervolgingsbegrip
- Betekenis ‘vervolging’ na afschaffing GVO?
- EVRM kent autonoom vervolgingsbegrip (criminal charge)

Berechting
- “Onder berechting in strikte zin wordt verstaan het op basis van het
onderzoek ter terechtzitting op de grondslag van de tenlastelegging
beraadslagen en beslissen over de vragen van artikel 348 en 350”
- Overgang van het voorbereidend onderzoek naar het onderzoek
terechtzitting niet helder geregeld.
- Modernisering WvSv: meer nadruk op voorbereidend onderzoek en
contradictoire karakter van het strafproces

Tenuitvoerlegging
Art. 6:1:1 Sv: ‘De tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen en
strafbeschikkingen geschiedt door Onze Minister.’
- OvJ is verantwoordelijk voor tenuitvoerlegging van rechterlijke beslissingen
- Wet herziening tenuitvoerlegging strafrechtelijke beslissingen (Stb. 2017,
82)
o Overheveling regeling van de tenuitvoerlegging van straffen en
maatregelen van het WvSr naar het WvSv (boek 6)
o OvJ niet langer formeel verantwoordelijk voor tenuitvoerlegging,
maar de Minister van Justitie en Veiligheid.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller xaraguijken. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.72. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62555 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.72
  • (0)
  Add to cart