Summary
Samenvatting Fiscale wetgeving jaar 2
- Course
- Institution
Dit is een samenvatting van het vak Fiscale wetgeving (2de jaar). Het bevat opmerking, highlights en mogelijke examenvragen. Van de eerste keer geslaagd
[Show more]
Seller
Follow
C20C
Content preview
Fiscale wetgevingGesloten boek, open vragen, formules worden gegeven
Zie excel - samenvatting
Inleiding
Verschil personenbelasting en vennootschapsbelasting:
- Personenbelasting → Elke inwoner wordt belast op zijn inkomen. Een zelfstandige (eenmanszaak)
wordt belast op zijn resultaat van zijn boekjaar.
- tarief hangt af van schijven. Het hoogste belastingtarief is 50% = progressief tarief (stijgt)
- Vennootschapsbelasting → op het resultaat belast
- tarief is 20% of 25%
- BTW → belasting over de toegevoegde waarde.
-> is een particuliere belasting (enkel de particulieren betalen deze belasting)
-> de btw is een nuloperatie voor elke onderneming (voor de meeste gevallen)
→ al deze ga je uit je boekhouding halen:
- balans (bezittingen en schulden) Met opmerkingen [CC1]: Bv auto, liquide middelen,
- resultatenrekening (winst of verlies) gebouwen,...
→ deze 2 zijn de jaarrekening Met opmerkingen [CC2]: Bv lening bank, leveranciers,...
Schematisch Met opmerkingen [CC3]: opbrengsten-kosten
Opbrengsten = wat men ontvangt van de klanten
Resultatenrekening Berekening
Kosten = bv loon wn, tanken, leasen, (personenbelasting en
Opbrengsten ➔ Heb je verkoopfactuur vennootschapsbelasting), akhg, restaurant, ...
* verkoop v diensten € 30.000 van
- kosten ➔ Heb je aankoopfactuur
* restaurant - € 500 van
* tanken - € 2.500 (men kan alleen btw op ak
* niet aftrekbaar terugvorderen als men factuur
(zie verder) heeft)
= boekhoudkundig resultaat = € 27.000
VOOR belastingen
- belastingen - € 5.400 Berekening zien we nog
= boekhoudkundig resultaat = € 21.600
NA belastingen
Verworpen kosten
Niet aftrekbare btw (meest voorkomend):
- restaurant
- relatiegeschenken (≤ aan 50€/stuk = wel aftrekbaar)
- Welke gevolgen zijn er als je dit niet goed opvolgt?
, -> zodra het geschenk meer dan 125€ kost, moet de schenker een loonfiche
maken en deze aan de klant bezorgen. De klant moet dit loonfiche aangeven
in zijn belastingbrief. Indien die onderneming geen loonfiche opmaakt
moeten ze een boete betalen x3
➔ Niet aftrekbare btw wordt als kost geboekt
Belastingen op het resultaat wordt berekend op het fiscaal resultaat
≠ boekhoudkundig resultaat
= boekhoudkundig resultaat + verworpen kosten
Verschil tussen boekhoudkundig resultaat en fiscaal resultaat:
-> boekhoudkundig resultaat is effectief resultaat
-> fiscaal resultaat is resultaat om belastingen te berekenen
Verworpen kosten: 31% van restaurantkosten wordt verworpen (vastgelegd)
- Gedeelte van personenwagen (dus geen vrachtwagen) wordt ook verworpen
- kleding (als het geen werkkledij is) Met opmerkingen [CC4]: Zodra de kleding ook voor
dagelijks gebruik gebruikt kan worden
Fiscaal resultaat berekenen Berekening werkkledij = veiligheidshelm, werkschoenen,...
Boekhoudkundig resultaat voor € 27.000
belastingen
+ verworpen kosten (500€ * 31%) Restaurant altijd 31% Met opmerkingen [CC5]: Bv auto, restaurant,
* restaurant + € 155 verwerpen relatiegeschenken,...
= fiscaal resultaat = € 27.155 Hier worden belastingen op
berekend
3 soorten uitgaven:
1) investering -> balans -> via afschrijvingen in de kosten
2) AKHG -> kosten
3) kosten (al de rest zoals verzekeringen, publiciteit, onderhouden, …)
De onderneming heeft een schuld tov de oprichter (kapitaal is het bedrag dat de eigenaar van de
zaak, heeft ingebracht in de onderneming, dus moet de onderneming het ‘terugbetalen’ aan de
eigenaar)
Investeringen
Wanneer is iets een investering?:
- die uitgaven die in de onderneming blijven
- die langer dan één jaar mee gaan
- waarvan de aankoopwaarde ≥ is aan €1000 excl. btw Met opmerkingen [CC6]: Indien kleiner dan 1000€ is het
→ indien minder dan 1000€ is maar wel aan de andere 2 vw voldoet, mag je kiezen een kost. Indien het meer dan 1000€ is, is het een investering
tussen kost en investering Met opmerkingen [CC7R6]: Meer dan 1000€ is het
verplicht als investering in te brengen
Indien je kan kiezen tussen kost of investering:
-> boekhoudkundig resultaat is hoog -> best in kosten steken
-> boekhoudkundig resultaat is laag -> best in investering steken
*Afschrijven op lange of korte termijn?
→Het voordeligste is afhankelijk van het boekhoudkundig resultaat. Als je veel winst maakt, kan je
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller C20C. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.50. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
67866 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now
Recently viewed by you
