Inhoud curus
- Aquisition/Capture van beeld: Hoe leg je het beeld vast en welke gevolgen heeft dit op het
montageproces. (Bv: kleuren)
- Edit: Wat zijn do’s en don’t van het monteren.
- Conform: Je maakt je montage met afgeleide van je beeld en laat het op het einde
samenkomen.
- VFX: Hoe gebruik je special effects. (Simpel)
- Color: Hoe ga je graden.
- Sound: Sound design
- Delivery: Hoe je je eindproduct gaat overhandigen, soorten overhandiging.
1. Herhaling basisbegrippen Digital Video
1.1. Film
Voor en nadelen aan digital video:
- Voordelen: Wat je ziet is wat je krijgt.
- Nadelen: Digitale kleurcorrectie en andere technieken standaard.
Voor- en nadelen pellicule:
- Voordelen: Films kunnen gedraaid worden zonder chroma subsampling.
- Nadelen: Duurt lang om te verwerken.
1.2. Digital intermediate
DIGITAL INTERMEDIATE: Het proces dat ligt tussen het draaien van een film op pelicule en de
uiteindelijke levering van de film.
2 soorten signaal:
- ANALOOG SIGNAAL: Een sinus. Zoals de golven van een oceaan constant in beweging zijn, zo
verandert een analoog signaal over tijd.
- DIGITAAL SIGNAAL: Gefixeerd signaal, absoluut en verandert niet over tijd.
DIGITALISATIE: Het converteren van analoge informatie naar een reeks nummers.
PROCES VAN METING: De sinus werd op verschillende momenten gemeten en aan elke meting werd
een numerieke waarde gekoppeld.
Hoe meer punten er zijn om met elkaar te verbinden, hoe
beter het beeld gereproduceerd zal kunnen worden.
SAMPLING RATE: De frequentie van de ‘dots’ of metingen.
,2 factoren om sampling rate te bepalen:
- Sampling frequent genoeg plaatsvinden om het analoog signaal accuraat te reproduceren.
- Het proces eenvoudig genoeg zijn om te integreren met het bestaande analoog systeem. (→
SUBCARRIER: Toegevoege frequentie, bovenop het bestaande sample frequentie.)
Accurate representatie = Sampling rate moet meer dan 2x keer de frequentie zijn van het analoge
signaal. (= NYQUIST FREQUENTIE)
ALIASING: Vals signaal op basis van onjuiste gegevens die zijn afgeleid van dubbelzinnige samples.
Voor videosignaal: Vier keer de subcarrier frequentie voor het luminantiesignaal en twee keer de
subcarrier frequentie voor de kleurcomponenten. ( = 3,58 megahertz (sub-carrier frequentie) X 4 =
Sampling snelheid van 14,3 megahertz = 14 miljoen keer per seconde.)
COMPUTER PROCESSING: De snelheid waarmee een computer informatie kan verwerken, aan de
hand van het binair systeem. Hoe hoger de snelheid gemeten in megahertz (MHz), hoe sneller de
computer.
1.3. Binair systeem
Voorbeeld: Het getal 5 wordt gemaakt door:
- 1 in vakje 4
- 1 in vakje 1
Een 1 in elk van de acht kolommen, of 11111111,
vertegenwoordigt het getal 255. Een 8 bit
computer kan maar 8 bits weergeven. (= 1 BYTE)
ASCII (American Standard for Computer Information Interchange): In dit systeem zijn er 255 cijfers,
letters en symbolen, elk met zijn eigen binaire code.
SAMPLE SIZE: Hoeveel informatie elke sample kan bevatten. Hoe meer bits je gebruikt, hoe accurater
je signaal kan weergegeven worden.
TRANSMIT: Eens de data is gedigitaliseerd kan het signaal worden overgedragen.
SERIAL DIGITAL: Vorm van digitale data overdragen.
BANDBREEDTE: Ruimte die je gebruikt om je data mee te verzenden.
BITS GEDROPT: Wanneer je bandbreedte te klein is om je signaal te verzenden. Gevolg = Verlies in
beeld kwaliteit en in sommige gevallen kan het volledige signaal worden verloren.
1.4. Definition
Kwaliteit waarmee je beeld wordt weergegeven.
1) Standard definition
- Analoge toestellen (Betacam SP): 768 lijnen met 576 pixels per lijn.
- Digitale toestellen (DV Cam, Betacam SX en Digital Betacam): 720 lijnen met 576 pixels.
Zowel 768/576 als 720/576 beschouwen we als Standard Definition. Beiden kunnen zowel
4/3 als 16/9 beeldverhouding.
, 2) High definition
Belangrijk: Houden niet alleen rekening hield met de resolutie maar ook met de frame rate.
Twee HD beelden:
- Resolutie van 720 bij 1280 lijnen.
- Resolutie van 1920 op 1080 lijnen.
Uitzondering: 1440 op 1080. Compenseren aspect ratio door pixels 33% breder weer te
geven, om zo tot de 1920/1080 verhouding te komen.
720 formaten hebben geen Interlaced optie. (= progressive)
Samen met deze twee beeldgroottes is er een ruime keuze van frame rates:
Met de 16/9 aspect ratio is er een groter oppervlak ter beschikking en daardoor meer plaats
voor extra pixels.
Zelfde als HD, maar meer pixels op de lijnen.
1.5. Aspect ratio
Verhouding tussen de hoogte van het beeld en de breedte.
Vroeger verplicht om bepaalde beeldverhoudingen te gebruiken → Tegenwoordig vrijheid
Waarom verschillende beeldformaten gebruiken:
- Gevoel van claustrofobie over te brengen.
- Context toe te voegen aan het verhaal.
- Om een tijdsperiode te communiceren.
Beeldverhouding van je film moet geen standaardinstelling zijn, maar een zorgvuldig
overwogen creatieve beslissing.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Katon. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $12.96. You're not tied to anything after your purchase.