Inhoudsopgave
Colleges: 2
1: Inleiding complexiteit psychosomatiek 2
2: Klinimetrie, modellen en theorieën in de psychosomatiek 7
3: Psychofarmaca 14
4: Ontwikkelingspsychologie 17
5: Persoonlijkheid 20
6: Ilness representation 22
7: Technologie/ biofeedback 23
8: Fysiologie van pijn: theorieën en modellen 25
9: Fysiologie van stress 33
10: Pathologie complexiteit 4 41
11: Rouw- en verliesverwerking 45
Journal Club 46
1: Van Nijs et al (2013) 46
2: Strous et al 2006 48
3: Tanaka et al 2013 49
4: Elliot et al 2014 50
Vaardigheidslessen TGW 52
1: Diagnostiek complexiteit 2/3 52
2: Diagnostiek complexiteit 3 55
3: Diagnostiek complexiteit 4 56
4: Omgaan met emoties 57
5: Patiënt educatie 57
Werkgroep 58
1: De moeilijke patiënt 58
2: De vermoeide patiënt 61
3: De gestreste patiënt 62
4: De chronische pijn patiënt 65
,Colleges:
1: Inleiding complexiteit psychosomatiek
Voorbereiding:
Opdracht 1:
AMPLE: geen bijzonderheden, meneer rookt en gebruikt diclofenac
L: li schouder aan de voorzijde precieze druk pijn
O: ingeslopen
F: anteflexie en abductie fors beperkt. Aankleden/uitkleden, autorijden en werken
T: 2 dagen geleden het ergst
I: NPRS 9
G: 2 jaar gelden kalkafzetting verwijderd
C: meneer vermoed weer kalkafzetting
E: meneer komt een beetje passief over
G: totaal ontzien van de schouder
S: meneer zit in een vechtscheiding en de omgangsregeling met de kinderen uit dat huwelijk loopt niet goed.
Meneer heeft gesprekken op het werk omdat hij niet wilt overwerken, deze lopen nu zo ongeveer een jaar.
Hiervan ervaart hij veel druk en is hij bang voor ontslag
Ik denk dat sociaal hier heel veel meespeelt in deze klachten meneer kwam passief over. Hij wilt heel
graag van de klachten af maar door de stress ed die hij ervaart kan hij in een vicieuze cirkel terecht komen
en kan hij alleen maar meer last krijgen.
Opdracht 2:
• Benoem de verschillende indelingen van risicofactoren
o Biologisch
▪ Genetische kwetsbaarheid
▪ Vermoeidheid
▪ Conditieverlies
o Psychologisch:
▪ Trauma
▪ Hechting; eerste drie jaar wat er in je leven gebeurt
▪ Stress
o Sociaal
▪ Life events
• Positief en negatief, bijv. kerst, op vakantie gaan, trouwen, maar ook
verlies van een dierbaren
▪ Weinig sociale steun
▪ Pesten
o Luxerende factoren: uitlokken van klachten of stoornis
o In stand houden factoren: onderhouden of verergeren van klachten en stoornis
o Predisponerende/voorbeschikkende factoren: al lang bestaande of genetische
kwetsbaarheid of vroege ervaringen die iemand kwetsbaar maken voor het ontstaan van
klacht of stoorins
• Bestudeer de indeling in domeinen van het ICF in het kader van de patiënt met
psychosomatiek klachten. Heb je een beeld van de diverse “symptomen”
o Beweegfuncties activiteiten/participatie, normaal
o Ligt bij deze patiënten anders, vertonen andere klachten. Moet op andere manieren naar
de beweegproblemen kijken.
o Klachten activiteiten/participatie
▪ Belangrijke vraag: zijn er dingen die je laat op basis van je klachten? mn dan
terugtrekken uit vriendenkring, sporten ed.
▪ Toepassen van kennis: bijv. richten van aandacht, denken, lezen
▪ Taak uitvoering: enkelvoudig/multi-tasking/omgaan met stress
▪ Mobiliteit
▪ Terugtrek-gedrag uit levensgebieden (bijv. afname sociale contacten)
▪ Werkgerelateerde problematiek
▪ Zelfverzorging/huishouden: structureel niet verzorgen
o Klachten context persoonlijke factoren
▪ Hoe gaat iemand met de klachten om? Copingsstijl? Hoe is de persoon zelf?
, ▪ Persoonlijkheidsstoornissen: bijv borderline is heel moeilijk in behandeling
▪ Geslacht, ras, leeftijd
▪ Beroep, opleiding
▪ Aspecten van iemands functioneren (“moeten”)
▪ Lichamelijke conditie, co-morbiditeit
▪ Levensstijl, gewoonten
▪ Opvoeding, sociale achtergrond
▪ Het algehele gedragspatroon en karakter, persoonskenmerken
▪ Persoonlijke effectiviteit waarde
▪ Coping- gedrag
▪ Vorige en huidige levenservaringen
▪ Persoonlijke psychische eigenschappen en andere kenmerken
o Klachten context externe factoren
▪ Ondersteuning en relaties:
• Interactie tussen de personen in het gezin
• Klachten kunnen functies hebben in gezinnen
• Ouders de zieke persoon, nemen kinderen vaak ouderrol overnemen
▪ Medicatie en verzachtende middelen (chocolade, drugs, etc)
▪ Sociale voorzieningen
SOLK = Somatisch onvoldoende verklaarde lichamelijke klachten
1) Lichamelijke klachten die langer dan enkele weken duren waarbij adequaat medisch onderzoek geen
somatische aandoening wordt gevonden die de klacht voldoende verklaart.
2) Lichamelijke klachhten bij somatische aandoening die ernstiger of langduriger zijn ofwel beperken ze
het functioneren sterker dan opgrond van de aandoening te verwachten is.
MUPS = Medically unexplained physical symptoms
Grote invloed van problematiek op het dagelijks leven bij een langer levensverwachting door invloed op
fysieke, sociale en psychische functioneren. Kwaliteit van leven wordt in de toekomst beïnvloed door
angststoornissen en stemmingsstoornissen klachten aan het houdings- en bewegingsapparaat.
Gezondheid = het vermogen van mensen zich aan te passen en eigen regie te voeren, in het licht van
fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven. (Huber 2012
, Problemen geplaatst in ICF
Functies & anatomische eigenschappen Beweegfuncties Activiteiten & participatie
• Pijn • Toepassen van kennis: bijv.
• Spierspanning richten van aandacht, denken,
• Vermoeidheid/slaapproblemen lezen
• Duizeligheid • Taak uitvoering:
• Misselijkheid/obstipatie enkelvoudig/multi-
• Concentratiestoornis tasking/omgaan met stress
• Geheugenproblematiek • Mobiliteit
• Toegenomen prikkelbaarheid • Terugtrekgedrag uit
• Kortademigheid zijn/ benauwdheid levensgebieden (bijv. afname
• Hartkloppingen sociale contacten)
• Angst • Werkgerelateerde problematiek
• Futloos zijn • Zelfverzorging/huishouden
Context persoonlijke factoren Context externe factoren
• Geslacht, ras, leeftijd • Ondersteuning en relaties
• Beroep, opleiding • Medicatie en verzachtende middelen
• Aspecten van iemands functioneren (“moeten”) (chocolade, drugs, etc.)
• Lichamelijke conditie, comorbiditeit • Sociale voorzieningen
• Levensstijl, gewoonten
• Opvoeding, sociale achtergrond
• Het algehele gedragspatroon en karakter,
• Persoonskenmerken
• Persoonlijke effectiviteitwaarde
• Coping, gedrag
• Vorige en huidige levenservaringen
• Persoonlijke psychische eigenschappen
• En andere kenmerken
Benoem de kerneigenschappen van de 4 complexiteitsniveaus
1: Ongecompliceerd:
• Moet fysieke klacht zijn
• Psychisch stabiel persoon met betekenisvol leven
• Voldoende mate aan zelfregulatie ten aanzien van gezondheid- en levensdomein
• Fysiotherapeutische interventie: gericht op fysieke klacht
2: Licht gecompliceerd
• Klachten fysiek functioneren
• Enkele disfunctionele opvattingen over zieke en/of ziekte gedragingen
• Mogelijk spelen er emoties rondom aandoeningen en beperking
• Opvattingen, gedragingen en emoties zijn relatief eenvoudig door middel van voorlichting te
corrigeren
• Psychisch stabiele persoon met voldoende mate aan zelfregulatie ten aanzien van
gezondheid- en levensdomein, echter door opvattingen en gebrekkige informatie is deze niet
functioneel
• Fysiotherapeutische interventie: gericht op fysieke klacht en disfunctionele cognities
(patiënteducatie/voorlichting)
3: Matig gecompliceerd:
• Klachten fysiek functioneren
• Cliënt heeft meerdere disfunctionele opvattingen over zieke en/ of ziekte gedragingen en/of
emoties, die niet door eenvoudige voorlichting te corrigeren zijn
• Impact van gezondheidsklachten manifest binnen meerdere levensgebieden
• voor herstel duidelijke ongunstige persoonskenmerken (lage effectiviteitwaarde/pessimisme
etc)
• Levensproblematiek aanwezig, die niet door ziektelast wordt veroorzaakt (bijv.
werkproblematiek), maar wel van invloed op coping-potentiaal
• Zelfregulatie is onvoldoende en zelfsturing bemoeilijkt door levensproblematiek
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller sannedriessen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $8.04. You're not tied to anything after your purchase.