100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Basisboek Socialezekerheidsrecht 2023 - Sociaalzekerheidsrecht (SZR) $6.98
Add to cart

Summary

Samenvatting Basisboek Socialezekerheidsrecht 2023 - Sociaalzekerheidsrecht (SZR)

 53 views  3 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Bij deze bied ik mijn samenvatting voor het vak socialezekerheidsrecht aan. Dit vak wordt gegeven in het 3e jaar (E-cluster) van de opleiding HBO-Rechten aan de HAN.

Preview 3 out of 29  pages

  • Yes
  • January 7, 2024
  • 29
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
Socialezekerheidsrecht volledige samenvatting
College 1
Op het terrein van sociale zekerheid wordt veel werk verzet door particulieren initiatieven (hierbij
kan je denken aan kerken, moskeeën, verschillende stichtingen en de vele vrijwilligers die zich
inzetten op een tal van terreinen, zoals bijv. het doen van boodschappen voor mensen die slecht ter been zijn).
Pas in het begin van de twintigste eeuw heeft het stelsel van sociale zekerheid een vogelvlucht
genomen. Er zijn toen veel wetten op verschillende gebieden zoals invaliditeit, ouderdom en bijstand,
tot stand gekomen en veelvuldig gewijzigd. Het veranderlijke karakter maakt de sociale zekerheid een
lastige materie. Regels zijn net van kracht en ze worden gewijzigd.
Dat dingen snel veranderen binnen de sociale zekerheid heeft te maken met het maatschappelijke
contact waarin de regels tot stand komen en hun werking hebben. Nederland kent in vergelijking met
andere landen in de wereld een uitgebreid stelsel van sociale voorzieningen.
Sociale zekerheid biedt door de overheid inkomenszekerheid als mensen bijv. ziek, werkloos,
ouderdom etc niet meer kunnen werken. Deze bestaanszekerheden (waarborgfunctie, = bieden van
bestaanszekerheid door het verstrekken van uitkeringen en/of prestaties in natura ) is 1 kant van de sociale zekerheid. De
andere kant is de activeringsfunctie, = bevordering van de arbeidsparticipatie.
 De grondslag ligt in art. 20 Gw. De grondgedachte van de sociale zekerheid is collectiviteit en

solidariteit.
Sociale zekerheid= het publieke stelsel dat het geheel van voorzieningen omvat die tot doel hebben
het waarborgen van de financiële zekerheid van burgers en hen te activeren. In veel
socialezekerheidswetten staat centraal wat iemand nog kan, waarbij een beroep op de eigen
verantwoordelijkheid wordt gedaan.
Het socialezekerheidsrecht is het stelsel van rechten & plichten die gelden binnen de sociale
zekerheid. (De overheid moet voor haar burgers zorgen.)
Dingen als ziekte, arbeidsongeschiktheid en gezondheid, werkloosheid, kinderen, behoeftigheid,
ouderdom en overlijden vallen hieronder.

Bij het stelsel van de sociale zekerheid wordt het volgende onderscheid gemaakt om er structuur
aan te geven:
1) Sociale verzekeringen  hiervoor wordt een premie afgedragen. Deze premiebedragen zijn
van werknemers, werkgevers, zelfstandigen en ingezetenen. De uitvoering hiervan is in de
handen van lichamen (bijv. het UWV). En dit zijn verplichte verzekeringen. Iedereen betaald
hiervoor, je MOET hier verplicht aan mee werken (via loon etc)
Hierbinnen vallen 2 dingen:
a. De werknemersverzekeringen (bijv. WW, Wet WIA en ZW)
b. De volksverzekeringen (bijv. PW, Wmo2015 en AKW)
2) Sociale voorzieningen  hiervoor worden GEEN premies afgedragen. Deze worden namelijk
betaald uit algemene middelen (belastingen). De uitvoering hiervan ligt in de handen van de
overheid. Er is hierbij geen voorafgaande verzekering.
Je kan pas aanspraak doen op een sociale voorziening als je GEEN gebruik kunt maken van
een sociale verzekering.

De personele werkingssfeer:
 Werknemers werknemersverzekeringen
- Werkloosheidswet (WW)
- Ziektewet (ZW)
- Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA)
- Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO)

,  Ingezetenen volksverzekeringen
- Algemene Ouderdomswet (AOW)
- Algemene nabestaandewet (Anw)
- Algemene kinderbijslag (AKW)
 Rechthebbende sociale voorzieningen
Algemene regelingen:
- Participatiewet (bijstand) (PW)
- Algemene Kinderbijslagwet (AKW) (betaling algemene middelen)
Bijzondere doelgroepen:
- Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (WMO 2015)

De meeste procedures binnen het socialezekerheidsrecht zijn bestuursrechtelijke procedures. Dit
houdt in dat de regels van de algemene wet bestuursrecht (Awb) worden gevolgd (een belangrijke
uitzonderingen zijn de Zvw-geschillen, deze worden door de burgerlijke rechten afgedaan door de privaatrechtelijke
structuur van de Zvw (zorgverzekeringswet))
Voor het socialezekerheidsrecht zijn een aantal elementen van belang van het bestuursrecht, deze
zijn:
1. Geen verplichte procesvertegenwoordiging
2. De begrippen ‘besluit’, ‘bestuursorgaan’ en ‘belanghebbende’
3. Het maken van bezwaar en instellen van beroep bij de bestuursrechter.
 Rechtsbescherming moet je zelf nog doornemen! Dus bezwaar, beroep etc (nog van vorig jaar)

Uitkeringssystematiek:
- Loondervindingsuitkeringen: werknemersverzekeringen; de hoogte van de uitkering is
een percentage van het dagloon dat een persoon heeft genoten voorafgaande aan de
verzekerde gebeurtenis.
- Minimunbehoefteregelingen: volksverzekeringen, de hoogte van de uitkering is
gerelateerd aan het minimumloon (er kan een inkomenstoets plaatsvinden).
- Sociale voorzieningen: de hoogte is gerelateerd aan het minimumloon en afhankelijk van
de gezinssituatie (er kan een inkomens- en vermogenstoets plaatsvinden)
Bedragen 2023 maximumdagloon per 1 juli 2023 is €264,57 per dag. Minimumloon per 1 januari 2023 is €1.995,- per
maand. DEZE BEDRAGEN KRIJGEN WE BIJ HET TENTAMEN ERBIJ!
Het socialezekerheidsrecht wordt uitgevoerd door meerdere partijen, deze uitvoerders zijn:
- UWV
- SVB
- Gemeente
- Belastingdienst
- Zorgkantoren
- Zorgverzekeraars.
 Soms kan er sprake zijn van een combinatie. Bijv. bijstandsuitkering, ‘recht op’ getoetst door
het UWV maar uitvoering is dan door de gemeente.
Werknemersverzekeringen
 Uitvoering: UWV
 Premieheffing: Werknemers/werkgevers betalen premie (gebaseerd op het loon)
Volksverzekeringen
 Uitvoering: SVB
 Premieheffing: Iedereen die inkomstenbelasting betaalt
Sociale voorzieningen
 Uitvoering: gemeente (PW), zorgkantoor (Wlz) of SVB (AKW)
 Betaling: uit de algemene middelen (belastingopbrengst)

, Nederland = verzorgingsstaat, overheid speelt een belangrijke rol bij het opvangen van sociale risico’s
(sociale risico’s: van wieg tot graf geregeld).

College 2
Werkloosheidswet (WW) is een verzekering die werkloze werknemers, die voldoen aan de
voorwaarde, een uitkering geeft. Het valt onder een werknemersverzekering.
Als een persoon NIET in aanmerking komt voor de WW-uitkering dan kan er soms een beroep worden
gedaan op de Wet IOW, Wet IOAW of de Participatiewet.
De uitvoerder van de WW is de UWV, art. 30 lid 1 SUWI jo art. 98 WW.
Het bestuursorgaan van het UWV is de Raad van Bestuur van het UWV
De WW is dus een werknemersverzekering die onder de sociale verzekeringen valt en wordt
uitgevoerd door het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen, oftewel het UWV (art. 30 lid 1
Wet SUWI jo art. 98 WW). Het UWV bezit rechtspersoonlijkheid en de besluiten worden genomen
namens de Raad van bestuur van het UWV, art. 2 lid 2 jo art. 6 lid 5 Wet SUWI.
Doel WW= verlies van inkomen van mensen die werkloos zijn geworden zo veel mogelijk te beperken.
Het WW kent 3 stadia:
 Recht op een WW-uitkering (deze week)
 Geldend maken van een WW-uitkering (volgende week)
 Uitbetaling WW-uitkering (volgende week)
Art. 26 lid 1 sub b WW jo art. 2 Uitkeringsreglement WW 2015 binnen 1 week na eerste
werkloosheidsdag moet je een WW-uitkering aanvragen bij het UWV.
Art. 4:13 lid 1 Awb het UWV heeft na ontvangst van de aanvraag een redelijk termijn om op deze
aanvraag te beslissen. Deze redelijk termijn is in ieder geval verstreken wanneer binnen 8 weken na
ontvangst van de aanvraag geen beschikking omtrent die aanvraag is gegeven (art. 4:13 lid 2 Awb)
Het UWV heeft de mogelijkheid om dit termijn van 8 weken eenmaal te verlengen met wederom een
redelijk termijn, art. 4:13 lid 3 jo 4:14 Awb. Wel moet het UWV de werkgever hierover schriftelijk ter
kennis te stellen.
Art. 15 WW recht op een WW-uitkering ontstaat als er is voldaan aan de volgende voorwaarde:
1. Verzekerde (art. 1-5 jo art. 8 WW)
Dit houdt in dat de WW-uitkering biedt voor werknemers of daarna gelijkgestelden, dit blijkt uit de artikelen die
tussen haakjes staan.
Hierbij een jo art. 3 lid 1 benoemen, deze heeft 3 voorwaarde en deze zijn:
- Natuurlijk persoon
- Jonger dan pensioengerechtigde leeftijd
- Privaatrechtelijke dienstbetrekking of publiekrechtelijke dienstbetrekking.!! Hierin staat hoe je kan kijken of er
sprake is van een werknemer!
 Is er sprake van een privaatrechtelijke dienstbetrekking dan art. 6:610 BW benoemen (persoonlijk arbeid
verrichten, loon, gezagsverhouding en gedurende een zekere tijd.
 Publiekrechtelijke dienstbetrekking is als er een arbeidsverhouding is van een overheidswerkgever en
ambtenaar. Hierbij moet je letten op het woord ‘aanstellen’. Ook hier loon, gezagsverhouding en persoonlijk
arbeid verrichten benoemen!
Art. 8 lid 1 WW gaat over behoud van hoedanigheid van een werknemer (iemand is ontslagen, maar die wordt via
dit artikel gelijkgesteld met een werknemer!
 ZZP’ er is GEEN werknemer
2. Werkloos (art. 16 WW en 16a WW)
Via de wet is er al sprake van werkloosheid als er een klein aantal arbeidsuren is verloren.
De eisen wanneer er volgens de WW sprake is van werkloosheid, zijn:
a. Als een werknemer ten minste 5 arbeidsuren minder heeft dan zijn gemiddeld aantal arbeidsuren per
kalanderweek, dus er is sprake van een relevant arbeidsurenverlies, art. 16 lid 1 sub a WW.
- Het urenverlies volgt duidelijk uit de wet. Dit is tenminste 5 arbeidsuren per week verliezen OF als je
tenminste de helft van de arbeidsuren verloren (dit gebruik je alleen maar als iemand minder 5 uur
verliest (bijv. 8 uur per week werken en dan 4 uren verliezen) (als je gebruik maakt van optie 2 dan
MOET je gebruik maken van lid 2(uren meetellen die iemand bijv. langs het werk als zelfstandige werkt). Dus uren bij bedrijf + uren
zelfstandige bij elkaar optellen en kijken of er dan sprake van is ).
- Het loonverlies art. 1a lid 1 WW uren waarop de werknemer recht op inkomen uit arbeid heeft (dus
over de verloren uren mag je GEEN recht op loon hebben.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller agablom. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.98. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

49768 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.98  3x  sold
  • (0)
Add to cart
Added