Dit is een samenvatting van Geschiedenis (hoofdstuk 4; paragraaf 4 t/m 6) met als onderwerpen: christendom, kloosters, priesters, standen, islam, vijf zuilen, moskee, Karel de Grote, leenstelsel, leenman, leenheer. Bij elke paragraaf zijn de begrippen duidelijk aangegeven en aan het einde kun je z...
Van natuurgoden naar christendom
Een deel van de bevolking van het Frankische Rijk was al in de tijd van de Romeinen christen
geworden. In de gebieden van de Friezen en Duitsland geloofden nog veel mensen in
natuurgoden, zoals Donar (god van de donder en het weer) en Freya (godin van de
vruchtbaarheid). Christenen noemden hen heidenen.
Frankische koningen en geestelijken wilden deze mensen bekeren en stichtten kloosters
(bijvoorbeeld door Bonifatius en Willibrord). Dit is een religieuze verandering (men geloofde niet
meer in natuurgoden maar in het christendom).
Het leven in het klooster was heel streng. Er werd geleefd volgens de regels van God. Dagelijks
moest men zeven keer bidden in de kerk en werken en zorgen voor eigen levensonderhoud in de
moestuin,werkplaatsen en boomgaard. Monniken mochten het klooster niet verlaten en gasten
mochten niet zomaar naar binnen.
Monniken verboden, zonder succes, heidense gebruiken en feesten. Toen dat niet lukte werden
door de kerk heidense gebruiken en feesten gekoppeld aan belangrijke christelijke
gebeurtenissen (bijvoorbeeld: koppeling heidens midwinterfeest aan Kerstmis).
Invloed op het dagelijks leven
Het christelijk geloof speelde een grote rol in de middeleeuwen:
Elk dorp had een kerk en priester. De geestelijken hadden contrat met God. Als je leefde
volgens de regels van de kerk kwam je na de dood in de hemel. Als je slecht leefde kwam je
in de hel.
Men ging elke zondag naar de kerk
Kinderen werden bij hun geboorte gedoopt
Men trouwde in de kerk en doden werden begraven in de grond van de kerk
Christelijke feestdagen werden gevierd. Op deze dagen en op zondagen hoefden de mensen
niet te werken
De samenleving was opgedeeld in standen:
1. Geestelijken; zij moesten bidden voor de mensen. De paus werd de belangrijkste geestelijke
van de christelijke kerk. Hij woonde in rome.
2. Adel; zij moesten de geestelijken en boeren beschermen.
3. Boeren; zij bewerkten het land en zorgden voor voedsel
Samen sterk
De Frankische koningen die Clovis opvolgden waren christelijk. De koning beschermde de
geestelijken en hielp bij de verspreiding van het christendom.
De geestelijken zorgden ervoor dat de koning tegelijk met het bekeren van de heidenen zijn rijk
kon uitbreiden en hielpen bij het bestuur. Als alle volken binnen het rijk hetzelfde geloof hadden
was er meer eenheid, waardoor regeren gemakkelijker was.
De Frankische koning Pepijn liet soldaten met de geestelijke Bonifatius meereizen.
Bonifatius werd vermoord op 5 juni 574 bij Dokkum in het gebied van de Friezen. Hij was daar
om te bekeren. Zijn beschadigde bijbel, met beschadigingen van zwaarden en bijlen, wordt
bewaard in het klooster van Fulda.
Natuurgodsdienst Verering van de natuur en natuurkrachten, zoals onweer
Heidenen De naam die christenen gaven aan mensen die geloofden in
natuurgoden- en krachten
Kloosters Gebouw waar monniken of nonnen afgescheiden van de
buitenwereld leven om zich aan de godsdienst te wijden.
Priester Geestelijke die mensen helpt om te leven volgens de
geloofsregels.
Stand Middeleeuwse indeling van de samenleving: de geestelijken, adel
en boeren. Geboorte bepaalde in welke stand je terechtkwam.
Wat moet je weten:
1. Herhaal de begrippen
2. Waar geloofden de mensen in voor ze christenen werden?
3. Wat wilden de Frankische koningen (2x)?
4. Wat deed de Kerk toen het niet lukte de heidense gebruiken te verbieden? Noem een
voorbeeld.
5. Op welke 5 manieren had het christelijk geloof een grote rol in de middeleeuwen?
6. In welke 3 standen was de samenleving in de middeleeuwen opgedeeld en wat was de rol van
de verschillende standen?
7. Op welke manier versterkten de geestelijken en Frankische koningen elkaars macht?
8. Wat en wanneer gebeurde er met Bonifatius?
5. De islam in Europa
Het ontstaan van de islam
De islam bestond, net als het christendom, in het Midden-Oosten.
In Mekka (handelsstad in Saudie-Arabië) kwam een koopman, Mohammed, in contact met joden
en christenen (monotheïstische godsdienst). Toen Mohammed 40 jaar was kreeg hij een
boodschap van de engel Gabriël, dat hij moest geloven in één god: Allah en moest gaan bekeren.
In 622 (jaar van de islamitische jaartelling) vluchtte hij naar de stad Medina en werden veel
mensen moslim (religieuze verandering).
Inhoud van de islam
Moslims geloven dat Mohammed de laatste profeet is die Allah naar de mensen heeft gestuurd.
Volgens de islam wordt de mens zonder zonde geboren maar heeft de neiging van het goede pad
af te gaan. Als je volgens Allah’s regels leeft kom je in de hemel.
Het leven op aarde staat in het teken van Allah’s regels, de vijf zuilen:
1. Allah is de enige god
2. Bid vijfmaal per dag, geknield met het hoofd naar Mekka
3. Geef aan armen en zieken
4. Vasten tijdens de ramadan van zonsopkomst tot zonsondergang
5. Op bedevaart gaan naar Mekka één keer in je leven
De woorden van Allah staan in de Koran, het heilige boek van de moslims. Daarin staan ook
verhalen over eerdere profeten, zoals Jezus en de Joodse profeet Mozes. Dit zijn dezelfde
verhalen als die in de Bijbel staan. Op vrijdagmiddag is het belangrijkste gebed van de moslims in
de moskee. De vrijdag is te vergelijken met de zondag voor christenen. Op vrijdag mogen
moslims wel werken. Moslims drinken geen alcohol en eten geen varkensvlees.
Clvs 14-4-18 2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller clvs. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.27. You're not tied to anything after your purchase.