In deze samenvatting heb ik alle kennisclips + literatuur overzichtelijk uitgewerkt (afbeeldingen, markeringen etc.) Ik heb met deze samenvatting een 8.3 gehaald ;)
• Functies zenuwstelsel:
− Vegetatieve functies: meest basale functies van organismen. Alle processen waar ons
lichaam geen invloed op heeft, gaat automatisch.
− Lagere animale functies: hier hebben we wel invloed op. Bijvoorbeeld motoriek,
reflexen en psychomotoriek (bewegingen).
− Hogere animale functies: schrijven, spreken, handelen en begrijpen.
− Grensvlak neurologie-psychologie: denken, voelen, willen, plannen, bewust zijn,
reflecteren. (Lichaam en geest grijpen op elkaar in)
o Animale functies: functies die het lichaam in staat stellen te reageren op plotselinge
veranderingen in de omgeving.
• Algemene werking en anatomische indeling van het zenuwstelsel:
Je neemt met je zintuigen iets waar, wat je
waarneemt wordt de ‘sensorische input’
genoemd. Dit wordt verwerkt in onze
hersenen en ruggenmerg (centrale
zenuwstelsel) vervolgens kan daar een
‘motorische output’ uitkomen waardoor je
bepaalde spieren in actie laat komen.
Voorbeeld: we nemen met onze ogen waar
dat er gevaar is, dat wordt verwerkt in onze
hersenen en ons motorische output is dat we
wegrennen.
▪ Anatomische 2 deling:
− Centrale zenuwstelsel: hersenen en ruggenmerg
− Perifere zenuwstelsel: alle zenuwen die daaruit ontspringen (hersenzenuwen en
ruggenmergzenuwen).
• Perifeer zenuwstelsel:
− 12 paar hersenzenuwen: omdat we van één type hersenzenuw een rechter en een
linker tak hebben. (Ook bij de spinale zenuwen)
− 31 paar spinale zenuwen (ruggenmergzenuwen): kunnen we indeling naar de plaats
waar zij ontspringen:
1. Cervicale zenuwen (8 paar): hoog in de nek liggen de nekwervels.
2. Thoracale zenuwen (12 paar): borstwervels.
, 3. Lumbale zenuwen (5 paar): bij de rug.
4. Sacrale zenuwen (5 paar): bij heiligbeen/bekken.
5. Coccygeal zenuwen (1 paar): bij ons stuitje.
• Fysiologische indeling zenuwstelsel:
We beginnen bij de zintuigen (inwendige en
uitwendige prikkels), die sturen hun
informatie via afferente zenuwen
‘aanvoerende zenuwen’ aan de hersenen. Dat
zijn dus perifere zenuwen. Er vindt koppeling
plaats in het centrale zenuwstelsel waar de
informatie wordt verwerkt, wordt bepaald of
er motorische output nodig is. Deze output
gaat ook weer via perifere zenuwen: efferente
(afvoeren) informatie naar animale
zenuwstelsel: skeletspieren. Of efferente
informatie naar het vegetatieve zenuwstelsel:
gladde spieren en klieren.
Sympathische deel wordt ook wel orthoptisch deel
genoemd.
o Parasympatisch deel: Ruststand van het lichaam:
als ons lichaam in rust is dan worden onze pupillen
vernauwd, hartslag langzamer. Het geeft de tijd om
spijsvertering z’n gang te laten gaan,
o Sympathisch deel: Activiteit van het lichaam:
Fight or Flight respons, je pupillen worden weider,
hartslag gaat hoger, sneller ademen, er wordt meer
bloed naar de organen gebracht. Lever en maag
hoeven minder actief te zijn.
• Zenuwweefsel:
We kunnen 2 typen cellen onderscheiden:
− Neuronen (zenuwcellen):
o Dendrieten: waar het neuron de input van andere neuronen krijgt.
o Axon: hier vindt de output plaats. Aan het eind zitten takjes die weer
contact maken met andere neuronen.
, Een neuron kan verschillende functies hebben:
schakelcellen, motorische zenuwcel en sensorisch
zenuwcel.
Een neuron kan er anders uitzien afhankelijk van zijn functie:
− Gliacellen (ondersteunende cellen):
1. Oligodendrocyte: cel die myeline maakt in het
centrale zenuwstelsel om de verbinding
(uitlopers) tussen zenuwcellen te beschermen.
2. Microglia: kleinere cel, heeft een belangrijke
rol in ons immuunsysteem en afweersysteem,
deze cel kan lichaamsvreemd opeten
(fagocyteren).
3. Astrocyte: heeft uitlopers, die een bloedvat
vasthouden. Is een steuncel die ligt tussen een
zenuwcel en een bloedcel. Is onderdeel van
bloedhersenbariere.
4. Ependymal cel: produceren hersenvocht, dit
bevindt zich in ruimtes (ventrikels), vormt een
scheiding tussen zenuwweefsel en ventrikels.
• Literatuur:
− Neuroglia: een verzorgings- en steunweefsel. Speelt een essentiële rol bij de
werking en instandhouding van neuronen. De neuroglia voorzien de neuronen
van voedingsstoffen.
− Witte stof: gaat om axonen met een myelineschede. Dit is de geleidingsweg
waarlangs impulsgeleiding plaatsvindt. Tot de witte stof behoren de zenuwen in
het PS en de banen in het CZ.
− Grijze stof: bestaat uit zenuwcellichamen en dendrieten. In het PZ zijn dat de
ganglia.
Kennisclip 2:
▪ Een zenuw kan:
− Zuiver afferente vezels hebben: sensorische informatie naar de hersenen brengen
(aanvoerende).
− Zuiver efferente vezels hebben: zenuwvezels die informatie van de hersenen naar
de spieren voert (afvoerende).
− Gemengde vezels hebben.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller kikilauvenberg. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.77. You're not tied to anything after your purchase.