Deze samenvatting gaat over Geschiedenis samenvatting hoofdstuk 2.
In deze samenvatting staan duidelijke aantekeningen en belangrijke begrippen die zeker nodig zijn voordat je de toetsweek in gaat! Ik haal gemiddeld een 7,5 /8 met mijn samenvattingen door bijvoorbeeld de belangrijkste hoofdvrage...
Griekenland bestond rond 500 v. Chr. uit zo´n 800 stadstaten, poleis
genoemd. De meeste stadstaten hadden maar een paar duizend
inwoners, maar in Athene woonden in de 5e eeuw v. Chr. zo´n 300.000
mensen. Omdat Athene aan het hoofd stond van de Delisch - Attische
Zeebond was Athene zeer machtig. Dat kwam vooral omdat de andere
poleis geld gaven aan Athene om een oorlogsvloot te kunnen
onderhouden, waar Athene het beheer over voerde. De Bond
ontwikkelde zich zo tot een Atheens Imperium en zelfs in vredestijd
moest men geld afdragen al of niet onder druk. Zo verwierf Athene de
hegemonie rond de Egeïsche Zee. Athene werd zo sterk tegenover Sparta,
de grootste concurrent, en profiteerde van belastinggelden en de handel.
Athene bemoeide zich echter niet met de interne politiek van de poleis.
Men ging daarbij uit van het recht van de burgers van een poleis om hun
eigen stad te besturen. We noemen dit directe democratie waarbij alleen
Atheners die het burgerrecht hadden hun stem mochten uitbrengen. Dat
burgerrecht in de Volksvergadering kon alleen worden uitgeoefend door
de volwassen, vrije mannen, arm of rijk, die van Atheense burgers
afstamden. (Onze vorm van democratie is ervan afgeleid en heet
indirecte democratie, een democratie via vertegenwoordigers).
Voordat Athene een democratie werd kende men er Aristocratie, waarbij
een groep rijke en belangrijke mannen de macht uitoefende en was ook
Autocratie voorgekomen, daarbij had één man de macht uitgeoefend,
een tiran genoemd. Daar kwam echter verandering in omdat tijdens de
oorlogvoering de gewone burgers steeds belangrijker werden en daarom
meer invloed eisten.
Men zorgde er nadien wel voor dat niet meer één iemand in staat bleek
te veel macht te veroveren. De belangrijkste beslissingen werden
, genomen in de Volksvergadering. Deze Volksvergadering koos een Raad
van 500, als stadsbestuur, voor één jaar. Vanuit deze Raad werden 50
raadsleden gekozen voor het dagelijks bestuur, voor een maand. Dit
rouleerde telkens.
De Atheense rechtbank was in handen van een volksjury, die door het lot
werden aangewezen en ook de 10 generaals van het leger werden elk jaar
opnieuw gekozen door de Volksvergadering. Dit allemaal om een tiran te
voorkomen. Dreigde dit toch te gebeuren dan kon de Volksvergadering
een 'schervengericht' houden. Hierbij schreven de burgers dan op een
potscherf welke persoon te veel macht had. Die persoon werd dan uit de
poleis verbannen. We noemen dat ostracisme.
Enkele belangrijke Atheense denkers hebben zich afgevraagd of
democratie nu wel het beste bestuurssysteem was. Deze denkers
noemen we filosofen, mensen die allerlei aspecten van het bestaan
onderzochten en stelden vragen als: hoe zit de natuur en het heelal in
elkaar? , of wat is goed gedrag?, of hoe moet een poleis bestuurd
worden?.
Griekse onderzoekers probeerden vanaf 600 v. Chr. de
natuurverschijnselen te verklaren. Ook in de wiskunde en de medische
wetenschap boekte men veel vooruitgang. Dit wordt gezien als de
ontwikkeling van de wetenschap, maar ze bouwden echter voort op
kennis uit Mesopotamië en Egypte.
Een van de belangrijkste Atheense filosofen was Socrates. Deze dwong
door scherpe vragen te stellen zijn tegenstanders hun eerste bewering
weer in te laten trekken (socratische methode). Uiteindelijk werd hij in
399 v. Chr. gedwongen de gifbeker te drinken. Naast Socrates werd ook
Plato bekend (427-347 v. Chr.). Deze dacht veel na over de vraag hoe je
een polis het beste kon besturen.
Net als Plato stelden andere filosofen de volgende vragen;
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller nisaince. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.