Met deze begrippenlijst heb ik een 15/20 gehaald in mijn tweede jaar. Het is een uitgebreide lijst met een duidelijke omschrijving per begrip. De begrippen die bij elkaar horen of aan elkaar zijn gelinkt zijn daarnaast ook aangeduid in een kleur. Een ideale lijst om te slagen voor je examen!
Deel 1: De PO en het mesoniveau
De PO als deel van de organisatie
Beleid = containerbegrip. Het concept heeft verschillende betekenissen en wordt op
verschillende manieren gebruikt. Het verwijst naar afsprakenkaders, planningen,
procedures, regelgeving, …
Structureel probleem Een probleem dat niet op te lossen valt in de
begeleiding van de cliënt en zijn cliëntsysteem op microniveau. De oorzaak ligt in
beslissingen en regelgeving op meso- en/of macroniveau
Signalering (macro) Het informeren van bevoegde/ verantwoordelijke personen en instanties op
macroniveau of op mesoniveau over negatieve effecten van beleid op de cliënt of de
PO.
Missie Geeft de opdracht en identiteit van een voorziening weer. Het is een redelijk stabiel
gegeven en blijft ongewijzigd.
Waarden Geven richting aan het gedrag van alle medewerkers in de voorziening. Bepaalt hoe
de organisatie zijn missie en visie zal uitvoeren.
Visie Geeft het toekomstbeeld en de lange termijnambities van de voorziening weer, het is
meestal omschreven voor een bepaalde periode.
Opdrachtverklaring Omvat de missie, visie en waarden van een organisatie.
Kadergevende functie Samenhang tussen de doelen en taken in de organisatie en helpt ze de organisatie om
prioriteiten te stellen.
Onderscheidende functie De voorziening een duidelijk imago geven t.a.v andere voorzieningen en de ruimere
omgeving.
Evaluerende functie Het is ook een toetssteen waarmee de organisaties haar werking, beslissingen en
gedrag kan evalueren.
Motiverende functie Doordat de missie, visie en waarden aansluiten bij de waarden van de medewerkers,
werkt de odprachtenverklaring motiverend.
Cultuurvormende functie Ze schetsen een beeld van het gewenste klimaat in de organisatie.
Organisatiestructuur Taakverdeling in de organisatie
Vzw ‘Vereniging zonder winstoogmerk’. Is een groep personen die een belangeloos doel
nastreeft.
Statuten Grondwet voor de vzw en wordt gepubliceerd in het staatsblad bij oprichting van de
vzw.
Algemene vergadering Zij bepalen de algemene beleidslijnen, het bestuursorgaan en het dagelijks bestuur. Ze
heeft de hoogste macht over de voorziening. De algemene vergadering bestaat uit
stichtende (initiatiefnemer/oprichters) en toegetreden (in een latere fase toegetreden
tot de AV) leden.
Bestuursorgaan Het staat in voor de uitvoering van de algemene beleidslijnen, zoals die bepaald
werden door de algemene vergadering en heeft bevoegdheid om de vzw te besturen
en te vertegenwoordigen.
Een bestuurder kan een contract aangaan en ondertekenen in naam van de VZW. Het
bestuursorgaan bestuurt in de praktijk en komt dus vaker samen dan de AV.
Dagelijks bestuur Als het bestuursorgaan dagelijks moet samenkomen, zal het beslissen om taken uit te
besteden. Het zal een dagelijks bestuur aanstellen dat instaat voor het 'dagelijks
bestuur' van de vzw.
Feitelijke vereniging = overeenkomst tussen 2 of meer personen. Streeft een belangeloos doel na door
activiteiten te organiseren om dit doel te bereiken. Het mag geen winst uitkeren. Het
heeft ook geen rechtspersoonlijkheid.
Stichting Streeft een belangloos doel na, mag geen winst uitkeren en heeft
rechtspersoonlijkheid. Het mag opgericht worden door 1 persoon en het heeft enkel
een bestuursorgaan.
Stichting van openbaar nut: streeft filantropische, levensbeschouwelijke, religieuze,
, wetenschappelijke, … doelen na.
Private stichting
Vennootschap Ze hebben een commercieel doel. Vennoten of oprichter hebben een aandeel in de
vennootschap. Doet de onderneming het goed en boekt winst -> ontvangen de
vernnoten deze winst (winstuitkering).
Eenmanszaak Het is opgericht door 1 persoon. Het heeft geen rechtspersoonlijkheid. Het is geen
organisatie.
Organigram Visuele weergave van de organisatiestructuur.
Functie Het geheel van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden.
Lijnstructuur Er is 1 leidinggevende die rechtstreeks verantwoordelijk is voor de medewerkers en
alle facetten van de organisatie.
Staforganisatie Hier neemt een stafmedewerker taken over van de leidinggevende en adviseren hem.
Stafmedewerker Hij moet richtlijnen uitwerken, effecten van beslissingen bestuderen en beoordelen,
aanbevelingen doen over te nemen beslissingen, het verzamelen en analyseren van
gegevens waar de leidinggevende behoefte aan heeft.
Collegiale Hier zijn er meerdere leidinggevende, deze zijn gelijkwaardig aan elkaar. Voordeel:
organisatiestructuur afzonderlijke leidinggevende zijn minder kwetsbaar in de organisatie. Nadeel: het kan
de besluitvaardigheid vertragen.
Functionele Bestaat uit een algemene directeur en verschillende afdelingen met elk hun functie en
organisatiestructuur directeur. De directeurs of leidinggevenden van elke afdeling vormen samen de top
van de organisatie onder leiding van een algemeen directeur. De directeurs hebben
inpakt op de gehele voorziening en niet enkel over hun afdeling.
Divisionele Deze organisatiestructuur vertoont gelijkenissen met de functionele
organisatiestructuur organisatiestructuur. Zo zijn er in een divisionele organisatiestructuur vaak ook
functionele afdelingen met elk hun eigen functie en bevoegdheid over de hele
organisatie. Daarnaast zijn er in een divisionele organisatiestructuur verschillende
divisies met een leidinggevende. Een divisie is een ‘afscheiding’ binnen een
organisatie. Ze heeft vaak een eigen dienstverlening en geniet autonomie, toch is de
, divisie afhankelijk van de grote organisatie voor functies zoals bijvoorbeeld de
‘financiële dienst en directeur’ en ‘de medische dienst en directeur.’
Divisie Een divisie kan zich vormen op basis van geografie of op basis van dienstverlening.
Processen Een proces verwijst naar de manier waarop mensen in de organisatie doelen bereiken.
Het gaat om een opeenvolging van activiteiten. vb. intake-procedure van een
voorziening. Een duidelijke omschrijven van hoe een voorziening werkt. (Cuyvers)
HR-dienst ‘Human resources’. Een HR - medewerker is verantwoordelijk voor de human
resources in de organisatie of voor het human resource management (HRM).
Personeelsdienst Hetzelfde als HR-dienst.
Profit sector Hier vormen de financiële resultaten en winstuitkering de belangrijkste drijfveer voor
voorzieningen. Ze overleven op basis van de inkomsten die ze genereren nop de
markt.
Non-profit sector Worden gedreven voor sociale of maatschappelijke doelen. Ze zijn niet op financiële
winsten en keren geen winst uit. Ze krijgen subsidies van de overheid.
Social-profit sector Stelt de termen profit en nog-profit ter discussie.
Private sector Hier zijn meerdere burgers die zich organiseren volgens de ondernemingsvormen. Ze
zijn onafhankelijk van de overheid.
Publieke sector De overheid is initiatief nemer.
Semi-publieke sector Private voorzieningen die voor hun werking grotendeels afhangen van
overheidssubsidies en die daardoor ook sterk gebonden zijn door de richtlijnen van de
overheid.
De PO als kwaliteitsbewaker
Kwaliteit De mate waarin een organisatie haar doelstellingen (1) realiseert – die steeds in een
bepaalde tijd en context geformuleerd zijn (5) – zoals dat tot uiting komt in een
systematische manier van werken (2), in een eindresultaat (3) en in een mate van
waardering door de stakeholders (4).
Erkenningsvoorwaarden Een voorwaarde die de overheid stelt ten aanzien van voorzieningen om de kwaliteit
te garanderen.
Inidividuele dienst- ( IDO) Bevat de ondersteuningsfuncties van de cliënt en de kosten ervan, de woon- en
overeenkomst leefkosten en het handelingsplan.
Collectieve rechten en Een bundeling van alle afspraken binnen de voorziening die op alle gebruikers van
plichten toepassing zijn.
Referentiekader grens- Het bevat procedures en afspraken die preventie, detectie en gepast reageren
overschrijdend gedrag mogelijk maken.
Huishoudelijk reglement Het beschrijft de inrichting van de afzonderingskamer, de wijze van registratie van elke
afzonderingsmaatregelen afzondering, de duur van de afzondering en het toezicht op en de mogelijkheden tot
contact met de minderjarige in kwestie.
Kwaliteitszorg De manier waarop voorzieningen hun kwaliteitsbeleid vaststellen en uitvoeren. De
concrete management dat nodig is om kwaliteit in beeld te brengen, te bewaken en te
verbeteren.
Kwaliteitsdecreet Bevat algemene regelgeving met betrekking tot kwaliteitszorg die van toepassings is
op verschillende sectoren.
Verantwoorde zorg Zorg die voldoet aan de vereisten van doeltreffendheid, doelmatigheid, continuïteit,
maatschappelijke aanvaardbaarheid en gebruikersgerichtheid. Bij het verstrekken van
die zorg zijn respect voor de menselijke waardigheid en diversiteit, de bejegening, de
bescherming van de persoonlijke levenssfeer en het zelfbeschikkingsrecht, de
klachtenbemiddeling en behandeling, de informatie aan en de inspraak van de
gebruiker en iedere belanghebbende uit zijn leefomgeving gewaarborgd.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lottevandecruys. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.16. You're not tied to anything after your purchase.
