100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting VVG 2 deel Knapen $4.88   Add to cart

Summary

Samenvatting VVG 2 deel Knapen

 297 views  12 purchases
  • Course
  • Institution

Samenvatting van de lessen veterinaire volksgezondheid 2 van de prof Knapen.

Last document update: 6 year ago

Preview 3 out of 23  pages

  • April 20, 2018
  • July 10, 2018
  • 23
  • 2017/2018
  • Summary
avatar-seller
VVG2 : Deel Knapen

We gaan het hebben over voedsel- en milieuchemie :
 deel voedsel
 deel milieu
 relatie tussen beiden


Milieurisicobepaling
Milieuchemie

Milieuchemie is een visie om naar menselijke activiteiten te kijken. Het is pas sinds heel recent dat we
ons realiseren dat we ons afval niet zomaar overal mogen dumpen en dat we daar bewust mee moeten
omgaan.

We moeten eerst weten wat een “onvervuild milieu” is. Dit moet ons referentiegebied zijn waar geen
stoffen voorkomen die door de mens geproduceerd zijn. Dit is heel moeilijk. Daarna moeten we ons
bewust worden van het “huidige” milieu en of dit dan een probleem vormt. We moeten
risicobeoordelingen doen om dit te bepalen.

Als we spreken over het milieu, spreken we over de verschillende compartimenten (atmosfeer, water,
biosfeer,…). We moeten afwegen wat we een aanvaardbare schade vinden voor het milieu, zonder onze
levensstijl volledig aan te moeten passen. Het is dus eigenlijk niet enkel een wetenschappelijke vraag,
het is ook aan ons om af te wegen hoeveel dieren er bv. mogen sterven.

1. natuurlijke niveaus van stoffen in het milieu
2. meten van stoffen in het milieu
3. analyse van de verspreiding van stoffen in het milieu
4. beoordeling van blootstelling aan deze stoffen
5. evalueren van de effecten van deze stoffen

Risicobeoordeling en normstelling

ERA = environmental risk assessment = milieu risico bepaling. Als we spreken over het hedendaagse
milieu hebben we het niet enkel over het ecologisch milieu, maar ook over de gezondheid van de mens.

ERA = mens + ecologie
bv. hoe gevaarlijk is het voor ons om in de fle te staan + omgeving autostrade ecologie

HAZARD VS RISK = risico = gevaar * blootstelling
Een risico is de combinatie van iets dat gevaarlijk is en er effectief mee in contact te komen. Dan
moeten we natuurlijk ook in rekening nemen wat de gevolgen van blootstelling zou zijn. Het risico is de
kans dat er schade komt door het gevaar. We moeten de ernst van het gevaar inschatten (effect) en
wat is de waarschijnlijkheid dat die ernstige effecten zullen optreden.
bv. haai heel groot hazard, maar geen blootstelling, dus geen probleem
bv. worden de dieren en mensen blootgesteld aan die stof en zijn dit gevaarlijke stofen
! we mogen deze begrippen niet door elkaar gebruiken




Blootstelling moeten we ruim zien. Via welke route? Hoelang? Welke stof? Er is dus een interactie
tussen effect en blootstelling.
bv. in de zon zitten : sommigen gaan sneller naar de schaduw  lager risico voor verbranden

,Effectbeoordeling :

Bij een gevaarlijke stof kan een dier initieel de stof nog compenseren door homeostase. Het dier
ondervindt nog niet echt schade. Als de concentratie verhoogt of de tijd van blootstelling verlengt, dan
kan het lichaam niet meer compenseren. De homeostase zal verstoord zijn. Dit zullen we zien door bv.
lagere productie, moe,… Vanaf een bepaald punt komen we in de faillure fase, deze fase is
onomkeerbaar. Het dier is zeer ziek en zal nooit meer terug naar volledige gezondheid keren.

Vinden we het aanvaardbaar dat we in een compenseerbare fase komen? Of vinden we het zelfs oké
van ziek te worden, maar wel nog omkeerbaar? Of vinden we het enkel goed dat er geen enkele
blootstelling en effect mag zijn?
Op lange termijn kan het soms zo erg zijn dat de reproductie zo lang daalt door het afbreken van
toxische stoffen dat de diersoort uitsterft.
Vinden we het oké als 10% van een populatie sterft om de rest te laten compenseren?

Riscobeoordeling :

De politici zullen uiteindelijk moeten beslissen wat er effectief zal gebeuren. De wetenschappers mogen
hun conclusie geven, maar geen beslissing nemen over bedrijven.
bv. wetenschapper meet dat stof X teveel in water zit  politici zeggen aan bedrijf dat dit moet
minderen  bedrijf kan failliet gaan  werkloosheid afwegen of we dit verbod op kunnen leggen?

Technische factoren of sociale factoren of iets dergelijks spelen natuurlijk ook een rol in de beslissingen.
We kunnen het niet zomaar verbieden, anders zouden we bijvoorbeeld een hele economische sector
verliezen. Het is humaan VS economisch afwegen.
We zijn ons er niet altijd van bewust dat dingen in ons dagelijkse leven weldegelijk levensgevaarlijk
kunnen zijn.

REACH-wetgeving :

= registratie, evaluatie en autorisatie van chemische stoffen

 1 juni 2007
 preregistratiedeadline 1 december 2008
 143.000 stoffen geregistreerd
 ongeveer 3000 getest
 98% onbekende effecten
 SVHC : subsances of very high concern (teratogeen, carcinogeen of mutageen persistent en
bioaccumulatief karakter)

Dit is een Europese wetgeving. Het is belangrijk dat niet alle landen mogen concurreren over deze
zaken. Het is een wetgeving die rekening houdt met de mens en het milieu tegelijk.

,  producenten moeten voor alle chemische stoffen met een productie van meer dan 1 ton per jaar
een registratiedossier indienen
 het dossier moet gegevens over de veiligheid met inbegrip van ecotoxiciteit en humane
toxiciteit van het product bevatten
 stoffen met een hoog risico moeten geleidelijk aan verdwijnen en worden vervangen

Pas in 2007 hadden we een beeld over welke stoffen er bestonden. Bedrijven moesten beginnen
melden welke chemische stoffen ze gebruiken. Er zijn echt honderd duizenden chemische stoffen
geregistreerd in de Europese markt. Dit is een gigantisch groot aantal chemische stoffen.

In 2008 waren er van al deze stoffen slechts 3000 getest. Tien jaar geleden wisten we eigenlijk niets.
We wisten niet wat de effecten waren of waar ze zelfs voorkwamen.

Alle stoffen hebben nu een ingevuld dossier met wat we erover weten en wie de stof gebruikt. Let wel
op dat deze stoffen nog lang niet allemaal getest zijn. Deze pre-registratie heeft jarenlang geduurd en
bestond uit 3 fases.

R-zinnen = stoffen die in het water terecht komen
CMR = stoffen met allerhoogste prioriteit = carcinogeen (kankerverwekkend) – mutageen (DNA
wijzigen) – reprotoxisch (neg effect op reproductie)

Toxiciteitstesten :

Bedrijven mogen niet zomaar zelf kiezen wat ze willen testen. Er zijn richtlijnen en wetten voor.
We hebben toxiciteitstesten en ecotoxiciteitstesten. De ecotoxiciteitstesten worden uitgevoerd met
modelorganismen die representatief zijn voor verschillende taxonomische groepen. Voor het uitvoeren
van de testen bestaan voorschriften die werden ontwikkeld door de OESO en andere organisaties.
OESO = OECD = organisatie voor economische samenwerking en ontwikkeling (wereldwijd)

Deze organisatie houdt zich bezig met opleidingen, economie, gezondheid, … echt vanalles. Ze
coördineren zo testenrichtlijnen en maken alles gestandaardiseerd. Er zijn dossiers waar
resultaten van de testen moeten komen en ook de testen zijn vooraf bepaald.

Het is aan de wetenschappers om de testen te verfjnen. De meeste testprotocols gaan op dit
moment over de mortaliteit. We willen dit in de afgelopen jaren en in de toekomst te verfjnen.

Er zit een hiërarchie in de REACH wetgeving. Er zijn basistesten en enkel bij een verontrustend
resultaat zal je verdere testen moeten doen.

De testen zijn ook sector gebonden. Aquatische testen zijn zeer belangrijk. Deze moesten dan ook
vanaf de eerste inlassing van de wetgeving onderzocht worden (R en CMR).

We testen op verschillende trofsche niveaus : vertebraat (vis) – invertebraat (watervlo) – plant (alg). Zo
kunnen we een goed beeld vormen. Er zijn acute en chronische toxiciteitstesten. Het is belangrijk hierin
een onderscheid te maken. Zowel chronisch als acuut bekijken we volgens de trofsche niveaus.
De huidige acute testen (uren) gaan dus gewoon kijken hoeveel van deze vertebraten gestorven
zijn. Er is hier echt nood aan verfjning.
Bij de huidige chronische testen (weken) kijken we bijvoorbeeld ook al naar reproductie of iets
dergelijks. We kunnen al meer biologisch relevante punten gaan onderzoeken. Deze proeven
hebben veel proefdieren nodig.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller StudentDiergeneeskunde. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.88. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

64438 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.88  12x  sold
  • (0)
  Add to cart