Casuistiek CZS Voorbereiding
Casus 1: Depressie bij meneer Pelgrim, 61 jaar
Echelons:
1. 1: milde depressie
2. 2: ernstigere depressie
3. 3: chronisch depressie; psychoses; bipolair
a. Eerste echelon
b. Meneer Pelgrim krijgt waarschijnlijk een SSRI (1 ste keus: citalopram, sertraline, escitalopram,
fluoxetine), omdat deze middelen vaak bij minder ernstige depressies voorgeschreven
worden, minder gevoelig voor interacties zijn en veilig bij overdoseren zijn.
a. Wanneer patient boven 75 zou zijn: sertraline of citalopram
b. Bij fluoxetine lange halfwaardetijd hoeft niet af te bouwen
Amitriptyline, nortiptyline en clomipramine TCA’s
Amitripryline niet eerste keuze bij depressie: neuropatische pijn, migraine, polyneuropathie en
spanningshoofdpijn. Anticholinerge bw niet wetenschappelijk onderbouwd!
Clomipramine: naast depressie ook angst klachten uitsluitend 1e keuze
Nortriptyline: 1e keuze bij ouderen ivm minder anticholinerge bw (?). nortriptyline is actieve
metaboliet van amitriptyline.
Anticholinerge bw: droge mond, obstipatie, urineretentie, verwardheid
Antidepressiva en seksuele dyfunctie kan leiden tot therapieontrouw:
Meest bij SSRIs
Mild bij TCA’s
Minst bij mirtazapine en bupropion
Antidepressiva en cardiovasculaire bw:
c. De medicatie helpt de stemming te verbeteren en zorgt voor minder angst, paniek, etc. De
medicatie werkt pas na 4-6 weken optimaal en moet vaak minstens 6-12 maanden gebruikt
worden. Na 2 weken moet de patient zich al wel iets beter voelen! In het begin kunnen de
depressieve klachten erger worden doordat ze bw krijgen, maag-darmklachten of hoofdpijn
en slaapstoornissen kunnen ook optreden.
d. Nee, initieel wordt depressie behandeld met voorlichting, dag structurering en
activiteitenplanning of kortdurende psychologische behandeling. Bij depressie met ernstig
sociaal disfunctioneren kan wel gekozen worden direct met een geneesmiddel te
behandelen.
e. Liever niet
f. Natriumspiegels controleren om te kijken of er sprake is van hyponatriaemie
a. HCT: remt terugresorptie van natrium in de distale tubules + stimulatie ADH-afgifte
b. SSRIs: meer ADH, meer vocht vastgehouden, natrium daalt (verdunning)
g. NSAIDs kunnen de bloedingskans verhogen in combinatie met een SSRI, dus ik zou een lokale
NSAID proberen of misschien een COX-2 selectieve remmer (celecoxib). Echter heeft
celecoxib ook alsnog kans op maagklachten.
a. SSRI: serotonine opname in bloedplaatjes wordt geremd slecht voor bloedstolling
b. GEEN tramadol verhoogd risico op serotonerge toxiciteit met SSRI
h. Waarschijnlijk verschillen de AUC of Tmax, dus het kan zijn dat de snelle afgifte of intrede van
werking tot bijwerkingen leidt
a. Bio-equivalent als 90% BI valt binnen 80 – 125% van origineel
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller eliselammers. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.54. You're not tied to anything after your purchase.