Hoofdstuk 2: social cogniton and social thinking
SOCIAL PSYCHOLOGY AND COGNITION
Sociale psychologie: een studie die onderzoekt hoe mensen denken, voelen en zich gedrag bij de
invloed die ze hebben op anderen, of de invloed die anderen op ze hebben
Social cogniton: Hoe mensen hun eigen actes en de actes van andere mensen verklaren
De verklaringen voor deze actes orden Attributions genoemd
Geschiedenis van de sociale psychologie
De eerste verschuiving die plaatsvond k am van Wilhelm Wundt, het behavioutrism. Het bestuderen
van de Interne dingen erd ingeruild voor het bestuderen van de externe dingen (observeren).
Behaviourism: gedrag erd verklaard aan de hand van observates die plaats vonden in de omgeving
aar het gedrag zich afspeelde. Dmv. Strafen en beloningen voor het gedrag.
VOORBEELD Gedrag: handen schudden (begroeten)
Observates omgeving: een bus die aan komt rijden
Beloning voor het gedrag: opgehaald orden door de bus
Gestalt Psychology: dat sociaal gedrag ord verklaard door de perceptes die mensen hebben van de
ereld en hoe men deze gebruikt (Le in)
Na de periode van gestalt psychologie, k am er een periode aarin er veel onderzoek erkt gedaan
naar de veranderen van de houding van mensen.
Cognitve consistency: mensen zijn bereid om hun perceptes te veranderen anneer ze
ergens anders over gaan denken
HET VORMEN VAN EEN INDRUK
De eerste indruk die e krijgen van iemand is een belangrijk onderdeel van sociale cognite. Sommige
indrukken die e vormen zijn meer beïnvloed door informate dan andere indrukken.
Welke infotrmatie is belangtrijk?
,Configural model (Asch:: Stelt dat mensen een algehele impressie vormen van andere mensen en
dat dit een geheel (eenheid) moet zijn. Individuele elementen moeten dus in overeenkomst zijn met
de algehele impressie.
Petriphetral ttraits: andere informate over de persoon. Heef minder invloed
Centtral ttraits: een oord aarin je iemand karakter beschrijf (bijv. intelligent, honest, kind)
Beïnvloed de betekenis van andere karaktereigenschappen
VOORBEELD: hij laat een paar studenten een lijst lezen met 7 oorden die iemand beschrijven. Hij
voegt elke keer een oord toe, een central trait ( arm/ cold and polite/blunt). Hij gaat kijken hoe
deze oorden de impressie van iemand beïnvloed
Biases tijdens het votrmen van imptressies
Primacy/ recency efect: de eerste eigenschappen beïnvloeden de betekenis van latere
eigenschappen. De eerste eigenschappen zeten de toon en de latere orden hierdoor gekleurd
De volgorde aarin men informate ontvangt kan bepalend zijn voor het beeld at ord
gevormd van iemand
Ontdekt door een experiment van Asch (Pagina 45)
De negatieve infotrmatie over iemand krijgt meer aandacht omdat e gevoelig zijn voor negateve
informate. We zijn meer gevoelig voor negateve informate van iemand omdat:
1. Onge one of extreme informate trekt de aandacht
2. Negateve informate trekt potenteel gevaar aan. Omdat het van nature normaal is om snel
te reageren op iets at bedreigend kan zijn
Individuen kunnen hun eigen manier van het karakteriseren van mensen ont ikkelen, dit ordt ook
el een Personal construct genoemd. ( at jij het meest belangrijk vind bij iemand kan verschillen
van dat at iemand anders belangrijk vind aan een persoon)
Implicit personality theories: onze persoonlijke manier om mensen te karakteriseren en onze eigen
manier om hun gedrag te verklaren
, Is gebaseerd op persoonlijke ervaringen en kan eigenlijk niet veranderen
SOCIAL SCHEMAS AND CATEGORIES
Een schema is een cognitef systeem at ons helpt om dingen te organiseren en dingen te begrijpen.
Het is een set van ongerelateerde gedachten, overtuigingen en beliefs dat ervoor zorgt dat e
mensen snel kunnen begrijpen.
VOORBEELD: anneer je naar een restaurant gaat eet je precies at je allemaal doet, kan
doen en ik elke volgorde je dit doet. Een schema van een event ordt een script genoemd.
Het is een soort van oord eb
Type of schema
Er zijn veel verschillende schema’s, maar ze beïnvloeden allemaal het opnemen van nieu e
informate, het onthouden van oude informate en de conclusie over missende informate
Person schemas: de kennis van iemand over specifeke personen. Dit kan bijvoorbeeld een
schema zijn over je beste vriendin of over de buurman
Role schemas: de kennis die je hebt over een bepaalde rol die vervuld moet orden.
bijvoorbeeld at een piloot moet doen of at een dokter allemaal doet
Scripts: een schema over een bepaald event. Bijvoorbeeld at er gebeurt als er gescoord
ord bij hockey of at je doet tjdens een feestje
Content- free schemas: een schema die maar een beperkte hoeveelheid informate over iets
of iemand bevat. Bijvoorbeeld als ik john aardig vind en john vind tom aardig dan moet ik
tom ook el aardig vinden
Self- schemas: de informate die je over jezelf hebt, meestal heb je dit op een erg complexe
en gevarieerde manier. Het is een deel van het concept van ie ze zijn (self- concept)
Categotries and ptrototypes
Voordat e informate van iemand in een schema kunnen plaatsen, moet je iemand, iets of een
situate in een bepaalde categorie plaatsen.
, Prototype: is een cogniteve representate van hoe jij vind iets moet zijn. Omdat iedereen anders is
past niemand perfect in het plaatje van iemand anders
Fuzzy sets: dit zijn de categorieën die zich binnen een prototype bevinden
Het verschil tussen een prototype en een schema is dat een schema erg georganiseerd is en erg veel
details bevat. Een prototype heef een niet erg georganiseerde structuur met vage informate over
bepaalde eigenschappen
Categotrisation and stetreotyping
Sociale identty theory: groepslidmaatschappen zijn een deel van het zelfeeld van een individu. De
manier aarop e onszelf zien ordt meden bepaald door de groepen aar e deel van uitmaken.
Self categorisaton theory: een proces over hoe e onszelf categoriseren in een groep en hoe e
onze sociale identteit hierin zien
Een stereotype is een beeld van iets of iemand dat niet helemaal met de erkelijkheid klopt. Een
stereotype heef bepaalde resultaten
Een stereotype is het karakteriseren van grote groepen door bepaalde eigenschappen
Stereotypen veranderen gaat langzaam
Het veranderen van een stereotype zorgt ook voor veranderingen op sociaal, politek en
economisch gebied
Stereotypen orden vroeg in het leven gevormd
Een stereotype is niet verkeerd of onnau keurig
Stereotypen orden meer uitgesproken/vijandig anneer er een sociale spanning of confict
ontstaat tussen verschillende groepen
HOW WE USE, ZCQUIRE AND CHANGE SCHEMAS
Using schemas
De onder erpen/ schemas die voor iemand belangrijk zijn orden vaker gebruikt omdat het meestal
automatsch gaat. Als je bijvoorbeeld van racen houdt, gebruikt dit schema vaker dan iemand die niet
van racen houdt. Welke schema’s je gebruikt hangt ook af van de omgeving aar je je bevindt.
Etr zijn individuele vetrschillen ovetr het gebtruiken van een bepaald schema
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller robinweijtersx. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.88. You're not tied to anything after your purchase.