Hand-opdrachtenboek 4b Biologie voor Jou 2e Fase Havo
Samenvatting van Thema 5 Evolutie uit het boek Biologie voor Jou Havo 4b
- Bevat een nuttige samenvatting
- Belangerijke termen
- Afbeeldingen die de tekst verduidelijken
De levende natuur wordt ingedeeld in drie domeinen: bacteriën,
archaea en eukaryoten
De aanwezigheid van organellen
→ Prokaryote organismen (bacteriën en archaea) hebben
geen celkern, vacuolen, mitochondriën of endoplasmatsch
retculum
→ Eukaryote organismen (schimmels, planten en dieren)
hebben celkernen, vacuolen, mitochondriën en een
endoplasmatsch retculum
Het aantal cellen waaruit organismen ontstaan
→ Eencellig: bacteriën en archaea
→ Eencellig of meercellig: schimmels, planten en dieren
→ Protsten: restgroep eencellige eukaryoten, en meercellige planten die niet goed zijn in te
delen bij schimmels, planten of dieren
De aanwezigheid van een celwand
→ Wel celwanden: bacteriën, archaea, schimmels en planten
→ Geen celwanden: dieren
Organische stofen
→ Afkomstg van organismen of van producten van organismen
→ Relatef grote, ingewikkeld gebouwde moleculen
→ De moleculen bevaten altjd een of meer koolstofatomen
- Bijvoorbeeld: koolhydraten, eiwiten en veten
, Anorganische stofen
→ Zowel in organismen voorkomende als in de levenloze natuur
→ Kleine, eenvoudig gebouwde moleculen
- Bijvoorbeeld: koolstofmono-oxide, koolstofdioxide, water, keukenzout en
zuurstofgas
Autotrofe organismen
→ Kunnen organische stofen maken uit alleen anorganische stofen
→ Hebben geen andere organismen nodig voor hun voedsel
→ Nemen anorganische stofen op uit hun milieu
→ Planten en enkele soorten bacteriën en archaea
Heterotrofe organismen
→ Kunnen geen organische stofen maken uit alleen anorganische stofen
→ Hebben andere organismen nodig voor hun voedsel
→ Nemen organische en anorganische stofen op uit hun milieu
→ Schimmels en dieren en de meest soorten bacteriën en archaea
Doelstelling 2
Individuen behoren tot één soort als ze in staat zijn zich onderling voort te planten en daarbij
vruchtbare nakomelingen voort te brengen
→ Een soort bestaat uit een of meer populates
Populate: een groep individuen van dezelfde soort in een bepaald gebied die samen een
voortplantngssgemeenschap vormen
Linnaeus voerder de binaire naamgeving in
→ Iedere soort heef:
- Een geslachtsnaam (voorop en met een hoofdleter)
- Een soortaanduiding (met kleine leter)
- Vaak nog de naam (afgekort) van de naamgever
Bijvoorbeeld: Bellis perennis L. (madeliefe)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller GaanVoorDie10. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.26. You're not tied to anything after your purchase.