100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting H-5: Het Hartvaatstelsel voor AFPF, HBO-V $3.25   Add to cart

Summary

Samenvatting H-5: Het Hartvaatstelsel voor AFPF, HBO-V

4 reviews
 135 views  6 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Gehele samenvatting van H-5 uit het boek: Ross en Wilson: Anatomie en Fysiologie, in gezondheid en ziekte van Waugh en Grant

Preview 3 out of 25  pages

  • No
  • H-5: het hartvaatstelsel
  • May 2, 2018
  • 25
  • 2016/2017
  • Summary

4  reviews

review-writer-avatar

By: jelmervt00 • 3 year ago

review-writer-avatar

By: williannekaleb • 4 year ago

review-writer-avatar

By: rosanneschrijer • 5 year ago

review-writer-avatar

By: Jalina • 6 year ago

avatar-seller
Samenvatting Waugh, A. & Grant, A. (2012) Ross en Wilson Anatomie en fysiologie in gezondheid en ziekte.

H-5 Het hartvaatstelsel
Bloedvaten
Arteriën en arteriolen
- Vervoeren bloed vanuit het hart
- Variëren in omvang en de wand bestaat uit 3 weefsellagen:
1. Tunica adventita (buitenlaag van bindweefsel)
2. Tunica media (middenlaag van glad
spierweefsel en elastisch weefsel)
3. Tunica intima (binnenlaag van endotheel)
- Hoeveelheid spier- en elastisch weefsel in slagaderen
varieert met hun omvang en functie.
- Grote slagaderen= meer elastisch weefsel en minder glad
spierweefsel.
- In arteriolen (kleine slagaderen) bestaat de tunica media
bijna volledig uit glad spierweefsel. à Diameter vaten, en
dus de druk erin, reguleren.
- Kleine slagaderen ook wel weerstandsvaten genoemd.
- Dikkere wand dan aderen zodat ze de hogedruk van het
arterieel bloed kunnen verdagen.

Anastomosen en eindarteriën
Anastomosen= slagaderen die grote arteriën verbinden die een
bepaald gebied verzorgen (vb.= handpalmen, voetzolen, hersenen,
gewrichten en beperkte mate de hartspier)
- Raakt een van de slagaderen verstopt? à Anastomosen
bieden een collaterale circulatie.

Eindarteriën= slagaderen zonder anastomosen of de aderen achter
de meest distale anastomose.

Capillairen en sinusoïden
Haarvaten/capillairen= de kleinste arteriolen die zich vertakken tot
kleine vaten.
- Één laag endotheelcellen op een dun membraan. Voor uitwisseling van stoffen.
- Bloedcellen en grote moleculen (plasma-eiwitten) dringen gewoonlijk niet door de wand.
- Verbinden de kleinste arteriolen en venulen met elkaar.
- Diameter is zo’n 7𝜇𝑚
- Bloed wisselt stoffen uit met het weefselvocht dat de lichaamscellen omgeeft.
- Toegang bewaakt door glad spierweefsel die de bloedstroom regelen. (precapillaire sfincters). Bij
hypoxie (tekort aan zuurstof) zorgt voor de verwijding van sfincters.

Sinusoïden= capillairen die aanzienlijk wijder en meer doorlatend zijn dan normaal.
- Wanden onvolledigà lumen groter dan normaal.
- Langzamere bloedstroom en minder drukà veel snellere uitwisseling van stoffen mogelijk tussen
bloed en weefsels. (Bij lever en beenmerg bv.)

Venen en venulen
- Onder lage druk bloed terugvoeren naar het hart
- Wanden bestaan uit dezelfde 3 lagen als de arteriën, maar zijn dunner. Ook is er minder spier- en
elastisch weefsel omdat de druk in de aderen lager is.
- Sommige venen hebben kleppen, zodat het bloed niet terugstroomt. Kleppen bestaan uit plooien van
de tunica intima, verstevigd met bindweefsel en hun klepbladen (slippen) zijn halvemaanvormig
(semilunair), met de concave kan naar het hart.
- Vooral in onderste ledematen kleppen door de lange afstand en zwaartekracht,

, - Grote en kleine venen in borst en buik bevatten geen
kleppen.
- Skeletspieren die de venen omgeven versterken de werking
van de kleppen.
- Kleinste venen= venulen.
- Venen= capaciteitsvaten omdat ze rekbaar zijn en dus een
groot deel van de bloedvoorraad kunnen bevatten.
- Venen bevatten 2/3 van het lichaamsbloed,
- Terugverenà plotselinge bloeddrukdaling voorkomen.

Bloedtoevoer
- Buitenste weefsellagen van dikwandige bloedvaten
ontvangen hun bloed via een netwerk van bloedvaten= vasa
vasorum.
- Dunwandige vaten en het endotheel van de andere
Zenuwstelsel:
vaten ontvangen zuurstof en voeding door diffusie
-Centraal zenuwstelsel (grote, kleine hersenen,
vanuit het bloed dat erdoor stroomt.
hersenstam en ruggenmerg)
-Perifeer zenuwstelsel (lichaam).
Regulering van bloedvatdiameter
De gladde spiervezels in de tunica media van aders en slagaders Perifeer verdeeld in:
worden geïnnerveerd door zenuwen van het autonoom -Animaal zenuwstelsel à bewust en reflex
zenuwstelsel. -Autonoom zenuwstelselà onbewust

De zenuwen ontspringen aan het vasomotorische centrum in de Autonoom verdeeld in:
medulla oblongata en veranderen de diameter van bloedvaten, -(ortho)sympathisch zenuwstelsel= actiever bij actie
zodat ze het bloedvolume bepalen. en stress
- Arteriolen worden het meest geregeld omdat zij in -Parasympatisch zenuwstelsel= actiever bij rust
verhouding meer glad spierweefsel in hun wanden
hebben dan andere bloedvaten.

De weerstand die ene buis uitoefent op de vloeistof die erdoorheen stroomt, wordt bepaald door 3 factoren:
1. Diameter
2. Lengte van de buis
3. Viscositeit van het vocht.

Diameter van de weerstandsvaten= perifere weerstandà belangrijkste
factor bij de regeling van de bloeddruk.

Vasoconstrictie= vernauwing vaten
Vasodilatatie= verwijding vaten

Lokale regeling van de bloedstroom
Autoregulatie= het vermogen van een orgaan om de eigen bloedstroom
aan de behoeften aan te passen.
De bloedstroom wordt door individuele organen door middel van
vasodilatatie van de bloed-leverende vaten verhoogd of verlaagd door
middel van vasoconstrictie.

De voornaamste mechanismen van deze lokale regulatie van de
bloedstroom zijn:
- Productie van metabolische afvalproducten (CO2 en melkzuur)
- Weefseltemperatuurà stijging van metabolische activiteit=
hogere weefseltemperatuur= vasodilatatie.
- Hypoxie(zuurstoftekort)à stimuleert vasodilatatie en ene
verhoging van de bloedstroom door het betroffen weefsel.
- Productie van chemische stoffen die voor vasodilatatie zorgen.

, - Activiteit van stoffen die voor vasoconstrictie zorgen. Adrenaline en angiotensine.
Capillaire uitwisseling
Uitwisseling van gassen
Interne respiratie= de uitwisseling van gassen tussen capillair bloed en
lokale lichaamscellen.
- Zuurstof wordt gebonden aan hemoglobine en van de longen
naar de weefsels vervoerd als oxyhemoglobine.
- Uitwisseling in de weefsels vindt plaats tussen bloed aan de
arteriële kant van de capillairen en het weefselvocht en
vervolgens tussen het weefselvocht en de cellen.
- Zuurstof diffundeert volgend de drukgradiënt (van zuurstofrijk naar zuurstofarm)
- Oxyhemoglobine is instabiel en valt gemakkelijk uiteen (dissociatie), zodat het zuurstof vrijkomt.
- Koolstofdioxide= afvalproduct en diffundeert op basis van de drukgradiënt aan het veneuze einde van
het capillair naar het bloed.

Bloed vervoert koolstofdioxide naar de longen voor excretie op 3 manieren:
1. Opgelost in het water van het bloedplasma. 7%
2. In chemische combinatie met natrium in de vorm van natriumcarbonaat. 70%
3. Restant in combinatie met hemoglobine. 23%

Uitwisseling van andere stoffen
Bloedplasma bevat de voedingsstoffen voor de lichaamscellen.
Voedingsstoffen gaan vanuit bloed door de semipermeabele capillairwand naar het weefselvocht rond de
cellen en vervolgens door het celmembraan de cel in.

Het overdrachtsmechanisme van water en andere stoffen uit de bloedcapillairen is voornamelijk afhankelijk
van diffusie en osmose.

Diffusieà kleine moleculen stromen door naar weefselvocht
en grote moleculen blijven achter in het bloed.
Diffundeerbare stoffen:
- Opgelost zuurstof en koolstofdioxide
- Glucose
- Aminozuren
- Vetzuren
- Glycerol
- Vitaminen
- Minerale zouten
- Water

Osmoseà water van verdunde naar geconcentreerde oplossing, om een evenwicht te bereiken. Kracht van de
osmotische druk is afhankelijk van het aantal niet-diffundeerbare deeltjes in de oplossing gaan weerszijden van
de membraan.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller natashavdb. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

78075 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.25  6x  sold
  • (4)
  Add to cart