5.4
Je kunt de evolutietheorie beschrijven met 3 argumenten voor:
Je kunt natuurlijke selectie omschrijven:
Evolutie is de ontwikkeling op aarde waar soorten ontstaan, veranderen en/of
verdwijnen. De evolutietheorie gaat uit van een periode van miljoenen jaren, variatie
in genotypen, natuurlijke selectie en het ontstaan van nieuwe soorten. Bij
geslachtelijke voortplanting ontstaat variatie in genotypen. Door natuurlijke selectie
kunnen soorten dus voortdurend veranderen. Het kan ook bij een mutatie ontstaan.
Als er nieuwe genotypen ontstaan, kan dat ook leiden tot nieuwe fenotypen. Niet alle
dieren hebben een even grote overlevingskans. Als het organisme goed aan het
milieu is aangepast heeft een grotere overlevingskans. De eigenschappen die gunstig
zijn om te overleven, worden doorgegeven aan de nakomelingen. Als je een
organisme met bijvoorbeeld een zwakke gezondheid of een afwijkende kleur hebt,
worden ze eerder gevangen door roofdieren. Deze organismen leven kort en hebben
weinig kans op nakomelingen. Het ongunstige genotype wordt vrijwel niet
doorgegeven aan de nakomelingen. Of een dier goed of niet goed is aangepast aan
het milieu wordt bepaald door het genotype.
1. Als er veel variatie is in genotypen en fenotypen is dat gunstig, want als de
omstandigheden veranderen, zit er altijd wel een gunstige eigenschap bij. Als
deze organismen zich voortplanten geven ze hun genen door aan hun
nakomelingen en die erven die eigenschap dan. Als alleen de organismen met de
nieuwe, afwijkende vorm blijven voortbestaan, is de soort veranderd.
2. Als er verschillende vormen van een soort gescheiden raken door bijvoorbeeld
een berg, kunnen de 2 vormen verschillen. Het milieu verschild dan en er komen
zo veel verschillen dat de soorten zich niet meer kunnen voort planten en zijn de
2 vormen 2 soorten geworden. Dit heet isolatie
5.5
Je kunt uitleggen hoe fossielen zijn ontstaan
Je kunt uitleggen dat soorten verwant zijn als ze een gemeenschappelijke voorouder
hebben
Fossielen zijn versteende overblijfselen van organismen of afdrukken van organismen in
gesteentes. Ze ontstaan als resten van organismen worden bedekt met zand of
kleideeltjes (sedimenten). Als dit snel gebeurt krijgen bacteriën en schimmels niet de
kans niet de tijd om resten helemaal af te breken. Sedimenten verstenen en het fossiel
blijft bewaard. Nieuw sediment komt er bovenop. Fossielen laten soms zien dat soorten
zijn verdwenen.
, Soorten van de gemeenschappelijke voorouder tonen verwantschap. Hoe meer het DNA
overeenkomt hoe meer verwant de soort is. Als het DNA meer overeenkomt, komen ook
het fenotypen en de eiwitten meer overeen. Hoe meer het DNA, het fenotype en de
eiwitten overeenkomen, hoe korter de gemeenschappelijke voorouder leefde. Als een
organisme dezelfde bouw van het lichaam heeft als een ander organisme bestaan ze
waarschijnlijk uit dezelfde grondvorm, dus ook dezelfde voorouder. Door de aanpassing
van het milieu hebben ze wel een andere functie gekregen. Als organen een deel van hun
functie verliezen door aanpassingen, kunnen ze nauwelijks tot ontwikkeling komen en als
je dat terug vindt in de bouw van een organisme heet dat rudimentaire organen of
rudimenten. Bijvoorbeeld kippenvel. Mensen hebben dat maar als we een vacht hadden
gehad, zouden onze haren daardoor overeind blijven staan.
5.6
Je kunt enkele DNA-technieken in de biotechnologie beschrijven
Je kunt de techniek crispr-cas omschrijven
Biotechnologie is een verzamelnaam voor technieken waarbij organismen worden
gebruikt om producten te maken voor de mens. De gebruikte organismen zijn uit
zichzelf in staat om de gewenste stoffen te produceren en het DNA van de
organismen hoeft hiervoor niet veranderd te worden. Bij de nieuwere vorm van
biotechnologie wordt het DNA van het organisme wel veranderd. Bijvoorbeeld
recombinant-DNA technieken. Dit zijn verschillende technieken om nieuwe erfelijke
informatie aan te brengen in het DNA van een organisme. Het aanbrengen van de
gewenste erfelijke eigenschappen bij een organisme heet genetische modificatie. Als
een organisme dit heeft heet dat een transgeen. Hiervoor worden vaak micro-
organismen gebruikt maar soms ook planten en dieren.
Bij crispr-cas worden gericht wijzigingen aangebracht in bestaande delen van
organismen. Dit wordt gene editing genoemd. Je kunt het vergelijken met het
aanpassen van tekst. Crispr-cas gebruikt bacteriën om zich te verdedigen tegen
virussen. Hij slaat daarna het virus-DNA op. Cas is een enzym. Hij wordt ingebracht
om een stukje DNA te zoeken dat moet worden gewijzigd. Dat knipt hij eruit en dat
kunnen de uiteinden aan elkaar worden gemaakt of een nieuw DNA stukje worden
ingebouwd. Deze theorie wordt vaak gebruikt voor gentherapie. Het repareert
kapotte genen.
Genomics is de studie van het gehele DNA van een organisme met alle genen die
daarop liggen. Als je wil zien of iemand een ziekte heeft vergelijk je het DNA met dat
van een gezond persoon. Met een DNA-test kan je bijvoorbeeld een dader vangen
door het DNA dat op de plek is te meten en te vergelijken met die van de verdachte.
En er kunnen erfelijke ziektes opgespoord worden. Edna is DNA dat in een bepaalde
omgeving wordt verzameld. Alle organismen laten DNA achter. Met Edna kunnen
wetenschappers zien welke soorten er in het gebied leven zonder ze te hoeven
vangen. synthetische biologie is een vakgebied waarin biologisch materiaal
kunstmatig wordt nagemaakt.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller felinevandenbulk. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.96. You're not tied to anything after your purchase.