Psychogeriatrie
Inleiding en dementie algemeen
Vergrijzing van bevolking
→ groep ouderen 65+ en 80+ neemt toe
⇒ dubbele vergrijzing
=> ouderen steeds later beroep op zorg
=> zwaardere mate van zorg dat ze vragen (polypathie)
→ hierdoor groeiende maatschappelijke belangstelling voor veroudering en nodige zorg voor
deze doelgroep (gerontologie)
Bedenking over bepaling van ‘oud zijn’
→ nu = 65+
⇒ grens van pensioen krijgen = 67 (volwaardig pensioen krijgen)
Oorzaken van vergrijzing
- Toename levensverwachting
→ komt door:
- Betere algemene leefomstandigheden (voeding, woning, hygiëne,..)
- Betere medische zorg (medicatie, gevorderde technieken,...)
- Verandering in ziektepatroon door optimaliseren van vaccinaties
→ hierdoor bepaalde ziektes niet meer voorkomen
- Toegenomen preventiecampagnes (roken, diabetes, hart-vaatziekten,...)
→ gevolg: mensen gezonder leven en voor zichzelf zorgen
- Betere financiële omstandigheden
→ veel ouderen gewerkt tot aan pensioen (zeker mannen)
Cijfers
70% ziekte van Alzheimer = meest voorkomende vorm
1/5 kans dat iemand dementie krijgt in leven
→ leeftijd is belangrijke risicofactor
⇒ kans op dementie neemt toe met leeftijd
- 10% 60+
- 20% 80+
- 40% 90+
WHO verwacht verdubbeling van aantal demente ouderen tegen 2060 (door vergrijzing)
,Dementie komt meer voor bij vrouwen
Grote periode tussen 1e symptomen en diagnose
→ 1 jaar ertussen voor vermelding aan vertrouwenspersoon (partner, kind, vriend, …)
→ 2-3 jaar voor diagnosestelling door arts
⇒ eenmaal diagnose gesteld leven gemiddeld nog 8 jaar
-> hoeveelheid en ernst van klachten neemt sterk toe in deze periode
70% demente ouderen woont thuis met nodige ondersteuning
Dementie
Geheugen bij ouder worden steeds achteruit
→ moeilijker recente ervaringen in te prenten/ op slaan
→ moeilijker gegevens terug op te roepen
⇒ kan onderdeel zijn van ouderwordingsproces of eerste tekenen van dementie
-> depressie bij ouderen veroorzaakt ook minder functioneren van geheugen
Dementievraagstuk: eerste tekenen van dementie kan lijken op symptomen van andere
stoornissen of gewoon het verouderingsproces
→ goede differentiaaldiagnose belangrijk
Dementie = ziekte/ toestandsbeeld dat ontstaat door samengaan van verschillende factoren
→ baseren op criteria van DSM-5
- Sprake zijn van
→ geheugenstoornissen
→ 1/ meerdere onderstaande cognitieve stoornissen
- afasie : taalstoornis (motorisch of sensorisch)
- Apraxie: problemen met uitvoeren van dagelijkse handelingen
- Agnosie: verstoord herkennen van voorwerpen/ personen/ geluiden
- Stoornis in executieve functies: uitvoeringsstoornissen
→ verstoord planmatig handelen
→ verstoord abstract denken
→ initiatiefverlies
- Symptomen moeten ernstig zijn en dagelijks functioneren verstoren
- Cognitieve stoornissen niet enkel voorkomen tijdens delirium (toestand van acute
verwardheid)
- Per type dementie zijn nog aantal specifieke criteria
Verloop van dementie
→ geleidelijk:
- Uitzondering van dementie ten gevolge van trauma
- Proces → steeds in wording
,→ progressief/ degeneratief
- Verliezen van functioneren neemt sterkt toe en is blijvend
→ niet herstelbaar
→ fasisch verloop
- Periodes van grote verwardheid afwisselend met periodes ‘beter’ lijken
Rien verdult : nederlandse psycholoog dat verloop van dementie opdeelt in 3 fasen
→ soort pionier van dit veld
→ kunstmatige indeling: niet demente ouderen in vakjes onderverdelen
→ fasen beschreven om hulpverleners/ omgeving theoretisch kader te bieden waarin
verandering kunnen plaatsen
⇒ vooral toepasbaar op alzheimer
Peter Hoveling: gelijklopende indeling gemaakt aan die van Verdult
→ vertrekt ook vanuit belevingsgerichte benadering
Naomi Feil: becschrijft aantal fasen vanuit validation benadering
Werking van geheugen
- Fase 1: info opnemen
→ alles wat we waarnemen via zintuigen nemen we op
- Fase 2: info vasthouden/ beoordelen/ bewaren
- Fase 3: opgeslagen info terughalen
→ fasen niet succesvol doorlopen worden info niet meer herinneren
Specifieke stoornissen bij dementie
- Cognitieve stoornissen
→ geheugenstoornissen (grote betekenis bij meeste vormen van dementie)
- Lange termijn geheugen
→ blijf langst behouden
→ wat vroeger opgeslagen is kunnen langst terug ophalen
⇒ vandaar ‘ouderen keren terug in de tijd’
- Korte termijn geheugen
→ vlug en 1st verloren (afhankelijk van type dementie)
→ nieuwe info niet meer vasthouden/ opgeslaan
→ inprentingstoornissen
- op 2 manieren belangrijk
- Wat we belangrijk vinden slaan we op in lange termijn geheugen
(archief)
- Waarmee aanslag willen slaan op in korte termijn geheugen
(werkgeheugen)
, → info vasthouden om direct te gebruiken
⇒ niet opslaan in LTG
→ problemen
- Moeite met volgen van gesprek
- Moeite met krijgen/berekenen van kleingeld
- …
- Veel moeite met iets nieuws leren op manier omdat info niet meer kan
vasthouden
→ wel geautomatiseerd/ onbewust leren/ operant leren/ associatief
leren
→ problemen met terughalen van info
- Kan geen info meer ophalen uit LTG
- oriëntatiestoornissen
→ desoriëntatie in tijd
- Besef van jaar/ dag/maand gaat verloren
- Moeite met kloklezen (onvermogen tot abstraheren)
- Moeite met aan dagschema te houden
→ besef dag-nachtritme vaak verstoord
⇒ veroorzaakt spanningen in leefomgeving
→ desoriëntatie in plaats
- Moeite om zich handhaven in vertrouwde omgeving
→ dwaal-/ zwerfgedrag
- Veilige omgeving wordt steeds kleiner (eigen woning, kamer, zetel,...)
→ desoriëntatie in persoon
- Herkennen personen niet meer
→ persoon met emotionele band blijven langst herkennen
- afasie:
→ sensorische afasie: gesproken taal niet meer kunnen interpreteren
→ motorische afasie: motorisch niet meer kunnen uitdrukken in gesproken taal
- Apraxie: onvermogen om handelingen goed uit te voeren (motorisch, volgorde, …)
- Agnosie: onvermogen om zaken te herkennen (visueel als akoestisch)
- Executieve stoornissen
→ verstoord planmatig handelen
→ verstoord abstract denken
→ verstoord initiatiefname
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mrgtstndrt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.78. You're not tied to anything after your purchase.