SPIJSVERTERING PROF. TACK + VERMEIRE
INTRODUCTIE
● Samenstelling darmen:
○ Lamina serosa
○ Muscularis externa: tweeledig, binnenin circulaire laag en errond longitudinaal
○ Mesenterische plexus: controle motiliteit
○ Submucosale plexus (van Meissner): controle doorbloeding en immunologisch
○ Submucosa: doorbloeding, aan- en afvoer van voedingsstoffen
○ Mucosa
AANDOENINGEN VAN DE SLOKDARM
Opbouw
● Van bovenste tot onderste sfincter
● Bovenste 1/3: dwarsgestreept spierweefsel
● Onderste 2/3: glad spierweefsel
Klachten
● Dysfagie
○ Gevoel dat voedsel blijft steken tijdens de passage van farynx naar maag.
○ Organische dysfagie = vernauwing/stenose van het lumen (strictuur of tumor)
■ Initieel alleen bij vast voedsel → vloeibaar
■ Voedselimpactie bij grote taaie bolus → pijn, speekselvloed & persisterende hik
■ Progressief ontstaan, snellere progressie bij maligne tumor
○ Functionele dysfagie = afsluiten lumen door contractie van de wand (bv achalasie)
■ Van begin voor zowel vast als vloeibaar voedsel
■ Pijnaanvallen los van de voedselbolus, ‘s nachts, diffuse slokdarmspasmen
○ Orofaryngeale dysfagie ≠ dysfagie. Slikstoornis waarbij bolus niet vanuit orofarynx naar
slokdarm kan, omdat voedsel blijft steken aan cricopharyngeale sfincter.
■ Vaak met globusgevoel, verslikken en hoesten
■ Bv door carcinoma in de pharynx
● Pijnklachten
○ Odynofagie: pijn na het slikken bij passage van bolus. Meestal door ontsteking; reflux
oesofagitis, virale of candida oesofagitis. → Overactivatie van afferente zenuwbanen
○ Impactiepijn: doffe/krampende pijn retrosternaal door contracties boven een
geïmpacteerde bolus.
○ Dysfagie en/of odynofagie is alarmteken en vraag oesofagogastroscopie !
, ● Pyrosis en regurgitatie
○ Pyrosis: branderig gevoel dat opstijgt achter het sternum (typisch voor GERD). Typisch
eerste uren na eten & ‘s nachts bij neerliggen
○ Regurgitatie: (niet-)zuur of bitter vocht dat tot in de mond komt (vooral bij liggen/bukken)
doordat de druk in de LOS zakt
● Thoracale pijn (NCCP)
○ Retrosternaal, krampend of toesnoerende pijn, spontaan, los van boluspassage.
○ Soms moeilijk te onderscheiden van angor pectoris.
● Globusgevoel - Globus hystericus
○ Gevoel dat er iets/brok in de keel zit na het slikken, maar is GEEN dysfagie
○ Geen duidelijk verband met deglutitie
○ Verdwijnt tijdens het eten
○ Vooral bij nerveuze personen, maar onzekere oorzaak
Technische onderzoeken bij slokdarmziekten
Endoscopie & biopsie
● Oesofagogastroduodenoscopie mbv video gastroscoop + biopsie als eerste onderzoek.
● Directe visualisatie slijmvlies, vernauwingen & oppervlakkige letsels
● Mogelijkheid tot het nemen van biopsies: tumor, eosinofiele oesofagitis, infecties,...
● Therapeutisch:
○ Behandeling van stenose, verwijderen geïmpacteerde bolus/vreemd lichaam
○ Ligatuur van varices
○ Bloedende precancereuze letsels behandelen
○ Endoprothesen plaatsen
○ Clipping van een perforatie
Manometrie
● Meting van intraluminale drukken (contracties) in de slokdarm, in rust en bij
slikken ter evaluatie van de slokdarmmotoriek
● Normaal hoge drukzone thv UOS en LOS & bij het slikken een peristaltische
golf die de bolus naar onder duwt
↔ Bij achalasie zie je een simultane drukstijging zonder peristaltiek
● Diagnostisch: achalasie en slokdarmspasmen (functionele problemen)
pH meting (24 uurs)
● Dunne sonde wordt via de neus gepositioneerd 5cm boven LOS
● Registreert ‘refluxevents’ door patiënt die dan worden gecorreleerd met meting
● Impedantiemeting: vloeistof in de slokdarm geeft een goede geleiding & een verminderde
impedantie. → Als een refluxpatiënt slikt, is er een impedantieval van distaal naar proximaal.
Radiologische onderzoeken
● RX slokdarm met barium & slikact ter diagnose: stenosen, fistels, ring van Schatzki
● RX video van slokdarm (met vl en vaste bolus) ter diagnose: achalasie of slokdarmspasmen
● Transmurale imaging zoals CT thorax, MRI of echo-endo: maligniteit, externe compressie, fistels
● Kan je vernauwingen mee zien in het lumen, maar niet de mucosa zelf
, Gastro-oesofagale refluxziekte (GERD)
Ontstaan
● Dubbel mechanisme: inefficiënte antireflux barrière (sfincter) + deficiënte zuurklaring
○ Deficiënte sfincterfunctie
■ Anatomisch (continue lage druk): sliding hernia
■ Functioneel: toegenomen transiënte relaxaties
○ Etsende eigenschappen van refluxaat
■ Zuur, pepsine, galreflux
■ Normale zuurklaring: volumeklaring door zwaartekracht en peristaltiek + Mucosale
defensie met glycoproteïnen vermindert de irritatie van het zuur.
○ Ontsteking, longitudinale erosies van het slijmvlies, activatie afferente zenuwen
● Eigenlijk heeft iedereen postprandiaal fysiologische reflux doordat LOS enkele min. open staat
Risicofactoren
● Leeftijd & genetische voorbeschikking
● Drinken & roken
● Obesitas, uitgebreid en vettig eten, laat op de avond eten
● Trage lediging
● Medicatie
● Maaghernia/breuk (bovenpool maag door diafragma): genetisch, abdominale overdruk, gedrag
Symptomen
● Pyrosis & zure regurgitaties zijn typisch. Hoge PPV, lage sensitiviteit.
● Retrosternale pijn, astma, NKO-verschijnselen & huilbaby’s zijn atypisch.
● Dysfagie & odynofagie zijn suggestief voor complicaties → peptische strictuur, adenocarcinoom,
diepe erosies, stenose, …
● Ferriprieve anemie kan bij belangrijke erosieve oesofagitisletsels met ulcera & bloeding.
Graden van refluxziekte
● Pathologische reflux: reflux die klachten veroorzaakt, maar niet iedereen is even gevoelig
● Niet-erosieve reflux: geen endoscopische letsels, wel afwijkende pH meting, roodheid, oedeem
● Erosieve reflux: endoscopische letsels volgens classificatie, kan verwikkelen
○ Ulcus
○ Peptische strictuur
○ Metaplasie naar cilindrisch epitheel in distale slokdarm = Barrett slokdarm
→ Als ook intestinale metaplasie (met slijmbekercellen) = Premaligne toestand
Graad A solitaire erosies < 5 mm, krasje op mucosa, niet opvolgen
Graad B solitaire erosies > 5 mm, krasje op mucosa, niet opvolgen
Graad C confluerende erosies < 75% van de omtrek, verlittekening, bloedverlies, stenose,
perforatie
Graad D circulaire confluerende erosies > 75% van de omtrek
Metaplasie en
Barrett slokdarm
● Intestinaal metaplastisch epitheel, want eenlagig cilindrisch epitheel is beter bestand tegen zuur +
endoscopisch zichtbaar opgeschoven Z-lijn naar proximaal van de sfincter.
● Steeds geassocieerd met chronische reflux en alle oorzaken daarvan
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lellykelly. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.21. You're not tied to anything after your purchase.