OPEN VRAGEN
1. Supranationale en intergoueerneeentele saeenwerking.
a. Wat is het keneerkende eerschil supranationale en intergoueerneeentele
saeenwerking?
De beslissingsbevoegdheid van de samenwerking over de lidstaten. Een
supranationale organisatie staat boven de lidstaten en een
intergouvernementele organisatie niet.
Een intergouvernementele organisatie kan alleen activiteiten ontwikkelen
wanneer alle aangesloten landen daarmee akkoord gaan. De logische
consequentie hiervan is dat bij de besluitvorming alle landen een vetorecht
hebben.
Een supranationale organisatie mag zelf een besluit nemen zonder
toestemming van de lidstaten. Er is sprake van vrijwillige dwang aangezien de
lidstaten zich destijds hebben aangesloten bij het verdrag.
De EU heef kenmerken van beide, het hangt van het betrefende onderwerp
af welke van de twee geldt.
b. Noee een eoorbeeld ean zowel een supranationale als een
intergoueerneeentele organisatie.
Europese Unie (slechts indien er een handeling is op basis van het VWEU) en
VN.
2. Is de Europese Unie een supranationale of intergoueerneeentele organisatie?
Supranationaal en intergouvernementeel, welke van de twee hangt van specifeke
gevallen af. (VWEU= Supranationaal en VEU=intergouvernementeel)
3. Op basis ean welke twee eerdragen eindt de Europese saeenwerking plaats?
2
, Het verdrag tot oprichting Europese Unie en het verdrag tot werking
Europese Unie.
4. In artikel 3 VEU staan de doelstellingen ean de Europese Unie oeschreeen.
Geef bij elk ean onderstaande situatie aan binnen welke doelstelling deze ealt.
a. Eind oktober 2017 is er een einde gekoeen aan een grote operatiee opgezet
in 2013e waarbij Europole het Italiaanse OM en de Nederlandse en Duitse
politie teaes tezaeen een internationaal crieineel drugsnetwerk hebben
opgerolde dat als afzetearkt een groot deel ean de Europese Unie had.
Ruimte van vrijheid en veiligheid zonder binnengrenzen/ bescherming. Dit
staat geregeld in lid 2 VEU.
b. In juli 2017 is de Europese Coeeissie een procedure gestart tegen lidstaat
Italiëe oedat deze lidstaat zich niet zou houden aan de regels ean het erij
eerkeer ean goederen. Italië hanteert naeelijk een nationale eaatregel die
ertoe leidt dat in de Dorgogne geproduceerde Franse kazen aan allerlei
onnodige eisen dienen te eoldoene eoordat deze op de Italiaanse earkt
eogen worden eerkocht.
Interne markt. Dit staat geregeld in lid 3 VEU.
Als lidstaat mag je geen eisen stellen met een beperkende werking op ()
binnen de lidstaten.
5. Wat betekent hareonisatie ean wetgeeing in de Europeesrechtelijke context?
Waaroe is hareonisatie ean belang?
Da, oveeral in dee Uniee deezeelfdee weeteen een reegeels geeldeen. Di, is van beelang om dee
sameenweerking ,ee veers,eerkeen een makkeelijkeer ,ee makeen.
6. Noee twee eoordelen ean de interne earkt.
Als studenten er twee noemen is dat mooi, uiteraard zijn er wel meer voordelen te
noemen dan twee.
Geen vertraging van levering door oponthoud bij de grenzen, minder kosten bij het
maken van grenscontroles. Prijsdalingen. Stijging welvaartsniveau. Concurrentie
zorgt voor uitbreiding van keuzemogelijkheden en voor prijsdalingen.
7. Het boek noeet teeens enkele nadelen ean de interne earkt. Licht deze nadelen
toe.
Voor een bedrijven is de extra concurrentie nadelig. Ook heb je het verplaatsen van
productie naar lidstaten met een lager loonniveau dit is een nadeel voor
werknemers in de lidstaten waar het loonniveau hoger ligt omdat hun
werkgelegenheid verdwijnt.
3
, 8. Lees de ‘Motie ean Wilders’ (Blackboard..
a. Welk EU beginsele dat in de eoorgeschreeen literatuur ean deze week naar
eoren koete wordt in dit citaat besproken
Beginsel van atributie.
b. Kan de Nederlandse regering uiteoering geeen aan de eotie ean Wilders?
Nee, in beginsel niet. Rute kan vragen om een verdragswijziging maar
hiervoor zouden alle lidstaten unaniem moeten beslissen om dit te doen. Dit
gebeurt waarschijnlijk niet.
9. Subsidiariteit en exclusieee beeoegdheden
a. Leg in eigen woorden uit wat het subsidiariteitsbeginsel ean art 5 lid 3 VEU
inhoudt.
Het bepaalt wie er bevoegd is om beslissingen te maken in een bepaalde
situatie, de Unie of de lidstaten.
Eerst kijken naar het atributiebeginsel, dan naar de exclusieve
bevoegdheden (art 3 VEU). Hierna pas komen de lidstaten als mogelijke
bemoeihal aan de pas.
b. Lees artikel 5 lid 3 VEU nogeaals. Op grond ean dit subsidiariteitsbeginsel
treedt de Unie dus op die gebieden op ‘die niet onder haar exclusieve
bevoegdheid vallen, voor zover (….’ Waar staan de exclusieee
beeoegdheden ean de EU en wat is de relatie eet subsidiariteit?
Da, zijn dee beevoeegdheedeen diee alleeeen dee Uniee heeeef een diee niee, (in beepaaldee
geevalleen) ,och nog door dee lids,a,een zeelf geebuik, mogeen wordeen. Hee,
subsidiari,eei,sbeeginseel is dus niee, van ,oeepassing op deezee eexclusieevee
beevoeegdheedeen.
c. Wat is de relatie tussen het beginsel ean beeoegdheidstoedeling en het
subsidiariteitsbeginsel?
Het beginsel van bevoegdheidstoedeling is bedoeld als een ‘rem’ op de
beslissingsbevoegdheid van de Unie die (deels) geregeld wordt door het
subsidiariteitsbeginsel met de bedoeling om er voor te zorgen dat de Unie
niet teveel gaat reguleren. Op punten waar de lidstaten beter zelf kunnen
beslissen.
Het atributiebeginsel is de voorvaag, hierna wordt gekeken of het een
exclusieve- of een gedeelde bevoegdheid is. Dan pas (bij een gedeelde
bevoegdheid) wordt er gekeken naar het subsidiariteitsbeginsel.
10. Wat houdt het loyaliteitsbeginsel in?
Het loyaliteitsbeginsel heef twee kanten:
De positieve verplichting en de negatieve verplichting.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MMMelissaa. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.85. You're not tied to anything after your purchase.