Dit is een samenvatting van bio-chemie (onderdeel organische chemie). Hierin staat alles wat te kennen is voor Prof. E. Meyer. Er staat duidelijk aangegeven wat te kennen is en wat je moet kunnen tekenen of enkel herkennen. Hiermee was ik geslaagd.
Samenvatting bio-organische
chemie
Deel 1: Beschrijvende biochemie
Hoofdstuk 1: inleiding tot biochemie
1.1 Definitie biochemie
- Bestudeert de processen in de cel op moleculair niveau.
- In metabolisme van levende organismen kunnen 2 processen onderscheiden worden:
Katabole -> afraak.
Anabole -> opbouw.
- pH:
P staat voor power -> protonen -> zuur.
De negatieve logaritme van H.
1.2 Elementen
- 6 belangrijkste: C,H,O,N,P,S.
- 5 essentiile ionen: K, Na, Cl, Ca, Mg.
- Biopolymeren:
Proteïnen of eiwiten elk enzyme, in gelijk wel organisme is een eiwit)
Veten of lipiden.
Nucleïnezuren
Suikers heef altijd uitgang –ose)
1.3 Basis organische chemie
- Verschil biochemie en organische chemie is de snelheid van de reacties. In biochemie
worden bijna steeds enzymen gebruikt als biologische katalysatoren.
- Kennis van biochemie wordt gebruikt voor ontwikkeling van geneesmiddelen en
behandeling van ziekten.
- Basisprincipe biochemie: vorming biopolymeren of macromoleculen. Bouwstenen voor
polymeren zijn monomeren die aan elkaar gekoppeld worden via waterafsplitsing.
Biopolymeren hebben een driedimensionale structuur.
1.4 Levensenergie
- Biochemie is de som van alle dynamische processen van opbouw en afraak die gepaard
gaan met transformatie van energie.
- Thermodynamica functioneert als drijfveer achter de biochemische reacties, waarin de
verandering in vrije energie deltaG) centraal staat:
Spontane reactie als vrije energie < 0.
Input externe energie als vrije energie > 0.
Evenwichtsreactie als vrije energie = 0.
1
,- Vrije energie = DeltaH – T x DeltaS. = de verandering in vrije energie = het verschil tussen de
veranderingen in enthalpie/ warmteinhoud en het product van de temperatuur met de
verandering in entropie/ wanorde.
1.5 De cel is de basiseenheid van leven
- Elke cel is een dynamische en interactieve eenheid.
- Eukaryote versus prokaryote cel. -> steeds meer specialisatie door compartimentalisatie.
- Celvorm en intracellulair transport via cystoskelet.
- Grote densiteit en activiteit in cel: continu proces van difusie en botsing. Er is een
gecontroleerde choas.
- Organisatie van gepecialiseerde celgroepen in weefsel: metabole samenwerking tussen
weefsels.
1.6 Water
- Functie: basissolvent + celtonus.
- Watermolecule heef unieke fysicochemische eigenschappen:
Permant dipool.
H-brugvorming, intra en intermoleculair.
Ook met andere dipolen worden H-bruggen gevormd.
Warmte en dampspanning zijn hoog, wat een stabiele lichaamstemperatuur mogelijk
maakt.
Bij ionisatie wordt 1 proton en 2 hydroxide-anion gevormd.
- Twee kritische parameters maken H-brugvorming tussen H en een elektronegatief atoom
mogelijk:
Afstand
Oriintatie.
- Like likes like regel:
Polair: wateroplosbaar = hydrofel
Apolair: wateronoplosbaar = hydrofoob = lypofel.
Apolair + polair: deel water on)oplosbaar = amfpaat. Bv. detergentia, zepen of
surfactantia en galzouten.
1.7 Niet-covalente binding
- Deze zijn zwakker, maar toch belangrijk omdat de som van deze zwakkere bindingen een
totale bindingsenergie vertegenwoordigt in een grote molecule.
- Omdat er in een cel vele biopolymeren zijn, zorgen de grote aantallen niet-covalente
bindingen zoals h-bruggen voor de stabilisatie van proteïnen en nucleïnezuren.
- Niet covalente bindingen in dalende volgorde van bindingssterkte:
Electrostatische interacties:
o H-bruggen
o Ladings-ladings interacties
o Van der Waals-krachten
Hydrofobe interacties
- Het dynamisch karakter van biochemische reacties is mogelijk dankzij de niet-covalente
bindingen.
2
,1.8 Reactiemechanismen
- Nucleofele reacties: bevat een O N Of S als functionele groep. Ook water heef een
nucleofel karakter -> hydrolyserend vermogen van water.
- Biologische katalysatoren zijn enzymen, een gespecialiseerde groep van proteïnen, ze
hebben een 3D structuur. Enzymen helpen de thermodynamische barrière te overwinnen
die spontane reacties hindert.
- Energie nodig voor enzymatische reacties wordt geleverd door fosforylatie via de molecule
adenosine-trifosfaat ATP). ATP zorgt meestal voor de transfer van een anorganische P-groep
naar het intermediair dat hierdoor reactief wordt.
1.9 PH
- Ph van maagsap tussen 1 en 3.
- Ph = -log h)
- Henderson-Hasselbalch vergelijking kunnen afeiden en toepassen): pH: pKa + log A- / HA
Hoofdstuk 2: aminozuren en proteïnen
- Algemene structuurformule aminozuur:
3
, 4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller vetstudente. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $16.18. You're not tied to anything after your purchase.