100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting inleiding tot de sociologie $7.62   Add to cart

Summary

Samenvatting inleiding tot de sociologie

2 reviews
 328 views  8 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Uitgebreide samenvatting voor het vak Inleiding tot de sociologie. Gebaseerd op de powerpoints en het boek.

Preview 6 out of 131  pages

  • Yes
  • May 14, 2018
  • 131
  • 2017/2018
  • Summary

2  reviews

review-writer-avatar

By: tibodelcourt62 • 1 year ago

review-writer-avatar

By: noravandenboer • 5 year ago

avatar-seller
Inleiding tot de sociologie
Deel 1 Sociologie, een wetenschap van de samenleving

1 Op ontdekkingstocht door een bekend gebied? – over
de eigen aard van de samenleving
 Sociologie komt van socius (= metgezel, societas = samenleving) en logos (= kennis, kunde,
wetenschap, weten)
 Samenlevingen verschillen in waarden en opvatngen (vb. vrouwen mogen nu autorijden in
Saoedi-Arabië)

Sociologie – samenleving – sociaal handelen

 Sociologie = een wetenschap op basis van theoretsche inzichten, over eigenaardigheden van
de samenleving
 Samenleving = object van sociologie. Dit kan klein zijn (vb. gezin, universiteit) of groot (vb.
informatemaatschappij)
 Sociaal handelen = er zijn bepaalde regels, men is steeds tot dezelfde soort aangetrokken
(vb. Antwerpenaars, Hollanders) “Soort zoekt soort”

Leren kijken:

 Wij zien, horen, voelen veel maar missen zoveel informate dat wij nog moeilijk naar de kern
kunnen gaan en daar kans sociologie je helpen, vanuit een wetenschappelijk referentekader
 We krijgen te veel prikkels en sommige dingen gaan verloren
 Filmpje: we richten ons op de mensen en zien niet dat er iemand in een apenpak ertussen zit
te dansen

1.1 Een beeld van een titel
Het speelveld, de spelregels en de spelers

 Het speelveld: vergelijking voor de samenleving
 Spelregels: spelregels in de samenleving (vb. voor een rood licht stoppen)
o Soms wetelijk
o Soms gewoonten. We worden door sociologische gewoonten gestuurd
o Spelregels evolueren (vb. vroeger niet samenwonen)
 Spelers: specifeke rollen(vb. vader, student, echtgenoot) op verschillende posites en
statussen (vb. werkloze, specialist) We interageren en communiceren met eigen ploegmaats
als met tegenspelers. Er is een bepaalde taakverdeling en hiërarchie tussen de posites. We
worden gedreven door verschillende moteven. We hebben ook neutrale waarnemers.

1.2 Het dagelijks leven door de bril van de socioloog
 The sociological imaginaton necessitates above all, being able to think ourselves, away from
the familiar routnes of our daily lives in order to look anew.



1

,  Neither the life of an individual nor the history of a society can be understood without under-
standing both.  individu en samenleving hangen aan elkaar vast (vb. Vroeger
kostwinnaarsgezin en nu 2 loopbaangezin)
 Seeing the strange in the familiar and the general in the partcular, linking our behaviors to
broader social forces.  vb. Vroeger veel meer kinderen dan nu. Veel kinderen nu is not
done
 The ability to see things socially and how things interact and influence each other.
 The vivid awareness of the relatonship between experience and the wider society.

Waarom sociologie binnen je leertraject?

 Een vraagstuk is niet uni-dimensioneel maar beter te begrijpen vanuit de combinate van
diverse disciplines, maatschappelijke impact van alle beslissingen bekijken
o Universitas: breed opgeleid
o Extra inzicht naar je beleid: sociaal beleid (vb. armoede)
 Dat beoogt ook ‘social imaginatonn wat binnen het speelveld stapsgewijs wordt ontwikkeld

The sociological imaginaton enables us to graps history and biography and the relatons the two
within society (C. Wright Mills)  vergemakkelijkt de ontwikkeling binnen ruime samenleving. Mens
is product van sociale achtergrond.

The social versus the individual: het persoonlijke (private of partculiere) beïnvloedt
maatschappelijke, historische condites (contngentes) en omgekeerd. (vb. nu veel meer vrouwen
aan universiteit)

Sociologische verbeelding (sociological thinking) = het vermogen om afstand te nemen van de
actuele toestand en een alternatef standpunt in te nemen. 3 componenten zijn hierin heel
belangrijk:

 Geschiedenis: hoe kwam een samenleving tot stand en hoe verandert ze? (vb. katholieke
samenleving  samenleving waar kerk veel minder aanwezig is)
 Biografe: welke mensen bevolken een bepaalde samenleving?
 Sociale structuur: hoe werken de maatschappelijke insttutes, wat zijn de dominante
insttutes, hou houden ze de maatschappelijke orde in stand? (insttute is vb. godsdienst of
economie: van industriële economie naar kenniseconomie) Insttutes evolueren

Gedrag van personen kan je maar begrijpen vanuit sociale context. Hier zit
er een vrouw op de grond en mensen kijken er op neer omdat ze daar zo zit
maar ze weten niet hoe het komt dat de vrouw daar zit en waarom.

Framen = waarom doen mensen iets. We gaan op zoek naar verbanden.

 Vb. Trump is vooral gekozen door laaggeschoolden in regions met
veel armoede
 Vb. hooggeschoolden leven langer dan laaggeschoolden door betere gezondheidszorg, sport

Voorbeeld: Sociologische imaginate en ‘Tea drinkingn


2

,  Soms een voorbeeld of signaal van goede gezondheid
 Kan een tradite of ritueel zijn waarbij mensen uit tradite elke dag op bepaalde momenten
thee drinken
 Kan gezien worden als een type ‘drugn waarbij kofe cafeïne bevat en de theedrinker geen
cafeïne wenst te gebruiken
 Het kan eveneens een sociale actviteit omvaten: ‘meetng for tean. De focus ligt minder op
het drinken als consumpte en meer op het mekaar ontmoeten (‘den gezelligheid)

Over eten en drinken:

 Wel of geen varkensvlees, ander eten in het weekend als in de week. Dit is maatschappelijk
bepaald.
 Hoe mensen omgaan met voedsel en drank is ingebed in de sociale en culturele contex (vb.
met stokjes eten, met rechterhand)
 Verandering in sociale patronen aan de hand van kookboeken: nu veel meer aandacht voor
wereldkeuken door toegenomen reislust en multculturele samenleving
 Kofedrinken is niet langer meer alledaags maar het is een deel geworden van onze sociale
rituelen en heef een symbolische waarde gekregen. Bij ons is het een sociaal aanvaarde drug
maar in sommige culturen is dat niet maar daar worden dan andere roesmiddelen
getolereerd

Over sport:

 Ook de vrijetjdsactviteit krijgt een sociaal gekleurd kaartje. Hoge sociale status (vb.
veldhockey, skiën, windsurfen, tennis en zeilen), lage sociale status (vb. wielrennen,
hengelen, boksen, boogschieten en worstelen)
 Hoe kleiner de bal, hoe hoger de sociale klasse en hoe duurder de sport
 Sport is een drager van symbolische codes van smaken en leefstjlen
o Lijf-aan-lijsporten  arbeidersklasse
o Meer afstand en fnesse met hulpmiddelen die afstandelijkheid suggereren zoals
hockeystcks, rackets en golfclubs

Over lifestyle en lijfstjl:

 De buitenkant van de mens wordt sociaal ingevuld. Men wil een gebruind en energiek
lichaam met lange benen en smalle heupen, rimpelloos en geen vet. Men maakt het lichaam
naar de maatschappelijke idealen
 De lifesyle-industrie dringt via massamedia nieuw cultuur- en lichaamsidealen op aan de
provincialen. Als de look is overgenomen door de brede lagen van de samenleving dan
verliest ze haar trendy monopoliekarakter

Over liefde:

 Vroeger gearrangeerde huwelijken, nu soort zoekt soort (hetzelfde geloof, studie, binnen
hetzelfde sociale milieu
 Er is ook sociale druk van de sociale omgeving (gearrangeerde huwelijken of afeuring van
partners door vrienden of roddels)

3

,‘Alles is contngent maar niet arbitrairn

 Iets is contngent als het anders had kunnen zijn dan het nu is
 Arbitrair = willekeurig. Het is niet omdat een bepaald gebruik of een bepaalde handeling ook
anders had kunnen zijn, dat er geen goede redenen bestaan dat ze in onze samenleving die
vorm aannemen en geen andere
 Padafankelijkheid = gebeurtenissen uit het verleden zijn van invloed op latere toestanden
en ontwikkelingen

1.3 Een stap verder
Meestal geven we antwoord op vragen vanuit ons ‘gezond verstandn. Het is kennis die op onze
dagelijkse ervaringen is gebaseerd en aan de hand waarvan we zin geven aan de situates waarmee
we worden geconfronteerd

1.3.1 Echtscheiding
 Het aantal echtscheidingen stjgt. Dit komt door:
o Sociale controle is minder sterk (familie + kerk)
o Een vrouw heef een man niet meer nodig
o Doordat de vrouw gaat werken, heef ze meer sociale contacten (sneller relate)
o Qua spelregels veel gemakkelijker
o We leven langer, vroeger sterf 1 van de partners sneller
 We gaan meer samenwonen dan trouwen
 Alleenstaande vrouwen met kinderen zijn eenk groep waar sociale zekerheid niet aan denkt
o Hoger risico op armoede
o Vele kinderen leiden onder scheiding van ouders  kans dat ze zelf later scheiden
stjgt  samenlevingsvormen complexer

1.3.2 Zelfdoding
 Men is zo geïsoleerd door de sociale omgeving dat men het niet meer ziet ziten
 Teveel en een gebrek aan sociale integrate leidt tot meer zelfdodingsgedrag, ook
desintegrate van de groep zelf leidt tot een verhoging van zelfdodingsneiging omdat het
individu zonder morele en sociale steun wordt gelaten
 Men doet dit soms ook uit fatalisme (vb. zwarte slaven in Amerika of de IS-strijder die bereid
is om te sterven voor zijn ideologie)

1.3.3 Arbeid
Waarom is arbeid belangrijk? Marie Jahoda deed een onderzoek bij mensen die gewerkt hadden bij
een fabriek die men gesloten had.

 Inkomen verwerven
 Zelfontplooiing
 Structuur aan leven
 Sociale contacten
 Job bepaalt status
  als je een job verliest, verlies je veel dingen die belangrijk zijn in het leven


4

,Hoe langer iemand werkloos is, hoe dramatscher voor de kansen om ooit weer volwaardig
geïntegreerd te raken op de arbeidsmarkt = ‘litekenn-eeect

Job demand-job control model van Karasek

 Linksboven: zinloos werk (vb. boswachter: veel vrijheid maar
niets te regelen)
 Rechtsboven: actef werk (vb. Hoogleraar: veel regelen, veel
stress)
 Linksonder: passief werk (vb. Straatkeerder: frustrerende job)
 Rechtsonder: slopend werk (vb. Treinbegeleider: veel gezever maar kan er eigenlijk niets aan
doen)
  enkel de acteve jobs maken de mensen niet ziek

1.3.4 Ziekte en dood
 Mensen met een lagere sociale status leven minder lang en hebben meer
gezondheidsproblemen. Ze leven in onveiligere buurten, in ongezondere woningen met
minder leefruimte, slechtere arbeidsomstandigheden, lager loon, minder gezond voedsel,
minder sport

1.4 Een eerste defnitie van sociologie
Sociologie = de wetenschap die de maatschappelijke patronen en structuren bestudeert, in hun
ontstaan, voortbestaan en veranderen, en tevens het sociale handelen van mensen in de interacte
met deze patronen en structuren. Patronen: gedragspatronen + opvatngen

 Samenlevingen (historisch) veranderen doorheen de tjd
 Samenleving houdt niet op met bestaan aan de grens van een land. Er is veel globalisering en
geen natestaten meer. Ook het klimaat is een probleem dat wereldwijd is
 Inzicht in globalisering is relevant voor
sociologisch begrip of verbeelding van het
sociale leven vandaag



1.5 Conclusie
 De samenleving is het object van de sociologie. Een bepaalde ordening van de wijze van
samenleven (als sociaal feit), dus volgens regelmaten of routnes binnen een sociale ruimte
(territorium) en sociale tjd.  samenleving functoneert als een horloge, vanalles moet op
elkaar afgesteld staan
 Rode draad binnen sociologie?  zie schema
 Sociologie als wetenschap
o Het vaststellen van een statstsch verband + het
begrijpen van dat verband in termen van
verwachtngen (hypothesen) = verklaren in de
sociologie
o Wetenschap


5

,  Leren denken in de abstracte
 Oorzaak en gevolg
 Onafankelijke en afankelijke variabelen
 Antecedenten en consequenten
 = academisch referentekader
o Voorbeeld: wat is het verband tussen opkomst tweeverdienersgezin (OV) en groei
echtscheidingsfenomeen (AV)?
 Focus sociologie
o Sociologie onderzoekt individuelen in hun sociale
context
o Verbindt je persoonlijke biografe aan de globale
geschiedenis wanneer je sociologische
verbeelding ontwikkelt
 Veel extra visuals:
htps://www.youtube.com/channel/UCHxr5A_W-
yzZ9eWCwcejtzQ




6

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller ann-sophielenaerts. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.62. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

62890 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.62  8x  sold
  • (2)
  Add to cart