100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Leerdoelen - Hoofdstuk 3 t/m 5 - Leerjaar 4 Memo Geschiedenis $9.13
Add to cart

Summary

Samenvatting Leerdoelen - Hoofdstuk 3 t/m 5 - Leerjaar 4 Memo Geschiedenis

 50 views  2 purchases
  • Course
  • Level
  • Book

In dit document bevinden zich leerdoelen van hoofdstuk 3 t/m 5 van het boek memo geschiedenis voor de bovenbouw. Er komen verschillende aspecten aan bod. Een paar kleine dingen staan er niet in, want dit hoefde ik niet te leren voor mijn proefwerk. Maar het meeste staat hier goed in beschreven. Ik...

[Show more]

Preview 4 out of 18  pages

  • No
  • Hoofdstuk 3 t/m 5
  • January 16, 2024
  • 18
  • 2023/2024
  • Summary
  • Secondary school
  • 4
avatar-seller
LEERDOELEN HOOFDSTUK 3 // Veranderd mens- en wereldbeeld
Tijdvak 5 – Tijd van ontdekkers en hervormers - (1500 – e eeuw)

Ik weet wat de renaissance inhield en waar en waardoor deze ontstond.
De renaissance was een periode van 1300 – 1600 en had verschillende kenmerken:
- Mentaliteitsverandering. Mensen gingen anders tegen zichzelf en de wereld aankijken. (Verandering in mens
en wereldbeeld)
- Nieuwe interesses. Er ontstonden nieuwe interesses in de kunst en ideeën van oude Grieken en Romeinen.
Door de belangstelling voor de Griek-Romeinse cultuur is de periode de ‘renaissance’ gaan heten, ook wel
‘wedergeboorte’.
- Humanisme. Er ontstonden ideeën door de humanisten. Je moest jezelf ontwikkelen en nuttig zijn voor de
samenleving. Ook gingen ze van een individuele en zelfstandig denkend mens uit. Tenslotte schreef een god
niet de leefregels voor.
- Kunst. Kunst ging niet meer alleen over religie, het was gebaseerd op de Griekse en Romeinse oudheid. Ook
was er aandacht voor anatomie. Kunstenaars probeerde echtheid te creëren door gebruik te maken van
schaduw, licht en perspectief. Zo probeerden ze ook hun eigen stijl en ontwikkeling te ondertekenen.
 Uomo universales’: de algemeen ontwikkelde mens.
- Middeleeuwen. De mens was een nietig schepsel in de grote kosmos. Je leven dient als voorbereiding op de
dood. Memento mori: gedenk te sterven
 Renaissance. De mens hoeft zichzelf niet op de achtergrond te plaatsen. Ieder mens is belangrijk en leeft
voor zichzelf. Carpe diem: pluk de dag, geniet van het leven.

Ontstaan van de renaissance:
- Stadstaten in Italië. Rond 1500 ontstonden zelfstandige stadstaten: steden die voor eigen rechten spelen
 Polus: stadstaat in Griekenland
- Handel en Nijverheid. Bewoners waren heel rijk geworden door de handel en nijverheid (met je handen
werken; ambachtelijke beroepen)
- Florence. Culturele elite wilden hun rijkdom tonen via de kunst. Zo groeide hier een klimaat van culturele
bloei en vernieuwing.
- Familie Da medici. Deze familie ging hun kunst verspreiden
- Tentoonstelling. De band met de Romeinse oudheid moest tot uiting komen.
 Zonder geld geen kunst

Ik kan de gevolgen van de renaissance noemen op het terrein van de kunst, het mensbeeld!
- Verspreiding van de nieuwe ideeën
De ideeën werden verspreid door de uitvinding van de boekdrukkunst: de kunst om met losse letters boeken te
drukken. Hierdoor verspreidde de ideeën rond 1500 door Noord-Europa, er mochten alleen teksten van god en
geloof worden gedrukt.
- Erasmus vertaald Bijbel
Hij vond het belangrijk dat mensen de bijbel konden lezen. Men kwam erachter dat niet alles wat in de bijbel
stond klopte.
- Kerkformatie
Doordat mensen erachter kwamen dat sommige dingen van de bijbel niet klopten ontstond er kritiek op de
kerk en verloor de kerk haar macht. Gevolg daarvan is de kerkformatie.

,Ik kan uitleggen wat de oorzaken waren van het ontstaan van de ontdekkingsreizen.
- Handelsroutes over land minder toegankelijk
De handelsroutes via het Aziatische vasteland waren minder toegankelijk. Belangrijk daarbij was de
ineenstorting van het Mongoolse Rijk. Ook werden in het Ottomaanse Rijk, waar ook handelswegen liepen,
hogere handelsbelastingen ingevoerd.
- Nieuwe routes
Rond 1450 gingen de Portugezen en Spanjaarden op zoek naar nieuwe routes naar Azië. Lang dit netwerk
vonden ze goedkope specerijen en zijde.
- Technische uitvindingen
Het werd mogelijk om over zee verder te varen en veilig terug te keren.  Schepen werden einde van
middeleeuwen anders gebouwd, zo werden ze sneller, wendbaarder en zeewaardiger.
Ook werd het kompas, buskruit en cartografie (kaarten) uitgevonden.
- Christendom
Het was de wil van christelijke vorsten om andere volken te bekeren tot het christelijke geloof. Dit was machts
expansie van de vorsten.
 In 1498 bereikten de Portugezen (o.l.v. Vasco da Gama) via Zuid-Afrika Indië.
 1519 – 1521 Magelhaen ontdekte via het zuiden van Amerika een vaarroute naar Azië.

Ik kan de rol van het christelijk geloof uitleggen in relatie met de ontdekkingsreizen.
Op schepen gingen altijd geestelijken mee, die mensen konden in de nieuw ontdekte gebieden het
christendom verkondigen. Dit noemen ze ook wel legitimeren. Ook zaten er op schepen veel arme mensen die
van de mogelijkheid gebruikmaakten om hun lot te verbeteren. Zij hoopten zich te kunnen vestigen in een
nieuw gebied of dachten rijk te kunnen terugkeren naar Europa.

Ik kan de gevolgen van de ontdekkingsreizen noemen op verschillende terreinen.
Demografisch:
- Verplaatsing van grote aantallen Afrikanen naar Amerika. Indianen bleken niet in staat om arbeidskracht te
leveren voor de plantages, zo lieten Europese plantage-eigenaren mensen uit Afrika als slaven overkomen.

Economisch:
- Wereldeconomie. Op grote schaal werden producten uit verschillende werelddelen uitgewisseld. Europeanen
zetten handelsondernemingen op en in Amerika grote plantages, waardoor veel Europeanen konden
kennismaken met producten als aardappels, maïs en katoen. Ook haalden vooral Spanjaarden veel goud en
zilver naar Europa, gestolen van indianen stalen of door indiaanse slaven uit de mijnen lieten halen.
 Europa werd hierdoor schatrijk
- Handelsposten. Er werden factorijen opgericht om handel te drijven met de inheems bevolking.
- Ontdekking van Amerika. In 1492 ontdekt Columbus Amerika. Hij dacht dat het Indië was. Na Americo
Vespucci kwamen ze erachter dat het niet Indië was. De kolonisten bouwden geen handelsposten maar namen
het land over.
 Conquista: gebied in Amerika gewapend veroveren.
Hernan Cortés veroverde het Aztekenrijk.
Francisco Pizarro veroverde het Incarijk
 Beloning was land (haciënda)
Exploiteerden het land door middel van zilvermijnen en plantages.
- Handelskapitalisme. De slavenhandel was erg winstgevend. De zwarte bevolking uit Afrika kon beter werken
op de plantages en waren immuun voor ziektes. Er werden tussen 1500 en 1800 Afrikanen verscheept naar
Amerika. En Nederland vervoerde 5% van totaal slaven naar West-Indië (Trans-Atlantische slavenhandel)
 In de 18e eeuw nam de behoefte aan ‘luxegoederen’ zoals koffie, thee, cacao, tabak en suiker toe.
Driekhoekshandel

- Sociaal/ politiek:
Ondergang van koninkrijken van indianen. Dit kwam niet alleen door geweld en misbruik, maar ook doordat
indianen geen afweersysteem bleken te hebben tegen ziekten die door de Europeanen werden overgebracht.

Religieus:
Christendom verspreiden. Het is daardoor nu een van de grote wereldreligies.

,Ik kan uitleggen waar en waardoor de reformatie ontstond.
Het begon met kritiek op de kerk van Luther op vier aspecten:
Hij schreef in 1517 een brief met 95 stellingen.
Directe aanleiding monnik Tetzel die aflaten verkocht:
- Aflaatbrieven. Dit waren brieven dat bewijs gaven voor de hemel. Als men iets had gedaan, konden ze een
briefje kopen voor de hemel. Volgens Luther leidde dit af van het ware geloof. De kerk werd hierdoor heel rijk.

- Heiligenverering. Heiligen Sint-Nicolaas en Sint-Maarten waren mensen die tijdens hun leven uitzonderlijk
vroom waren geweest of bijzondere daden hadden gedaan. Zo stonden ze dicht bij god en hadden dan ook
magische krachten. In de middeleeuwen werden vaak beelden van heiligen gemaakt. Over heiligenverering
stond echter niets in de Bijbel en ook niet dat beelden mocht maken en niemand anders mocht aanbidden God
zelf.

- Sacramenten. In de middeleeuwen verrichtten priesters rituelen om ervoor te zorgen dat zielen van gelovige
naar de hemel zouden gaan. 7 van deze rituelen beschouwde de kerk als heilig
1. de doop (je wordt opgenomen in christelijke gemeenschap)
2. het vormsel (je gaat daadwerkelijk deelnemen aan het geestelijke leven.
3. de eucharistie/avondmaal (ritueel tijdens de mis waarbij brood en wijn worden verondersteld te
veranderen in het lichaam en het bloed van Jezus)
4. de biecht (het uitspreken van je zonden)
5. het huwelijk
6. het sacrament voor ziekten/stervenden
7. de wijding tot priester.
Luther accepteerde alleen de doop, het avondmaal en de biecht, dit had namelijk te maken met het verkrijgen
van de vergeving van zonden.

- De organisatie van de kerk. Luther had moeite met strikte kerkelijke hiërarchie van paus, bisschoppen en
lagere priesters. De paus had dan ook heel veel macht. Luther accepteerde het schenken van vergiffenis niet.
Dit leidde tot de opvatting dat de gelovige zelf op zoek moest naar God door de Bijbel te lezen. Priesters waren
dan niet meer nodig, dus hier waren de paus en de kerk niet blij mee. Ze verklaarde de oorlog aan Luther.

Karel V daagde Luther daarom voor de Rijksdag. Dit was een vergadering van de vorsten van het Duitse Rijk en
de Keizer het lutheranisme was voor hun namelijk aantrekkelijk. Zij werden het hoofd van de Kerk en konden
de kloosters sluiten en hun bezittingen overnemen. Ook moesten onderdanen altijd de vorst gehoorzamen.

Luther herriep zijn kritiek niet. Daarom verklaarde Karel V, Luther vogelvrij  Edict van Worms.
Zo kreeg Luther bescherming van de vorst van Saksen.

In 1555  Vrede van Augsburg (godsdienstoorlog):
Einde geloofseenheid in het Heilige Roomse Rijk.  ‘cuius regio, eius religio’ (van wie het land is, is ook de
godsdienst). Het was een enorme nederlaag voor Karel V.

, Ik kan uitleggen waarin de Lutherse kerk verschilde van
die van de Rooms-Katholieken.
Luther was niet de enige hervormer: ook Johannes Calvijn
en anderen hadden scherpe kritiek op de kerk. Ze
verschilden op een aantal punten van elkaar. Daarom
richtten de volgelingen van Luther en Calvijn hun eigen
kerken op. Er stonden verschillen: katholieke kerken
tegenover verschillende protestantse kerken.
Het verschil tussen het katholieke geloof en het
protestantisme: katholieken hebben een paus, en geloven
meer dat je moet werken voor de kerk en goed moet zijn.
Kerk is ook mooi versierd. Protestantste kerken zijn saaier.

Ik kan de gevolgen van de reformatie benoemen.
- Stromingen binnen het protestantisme.
o Lutheranisme (maarten Luther)
o Calvinisme (Johannes Calvijn)
 Calvijn zegt: als een vorst niet goed is mag het volk de vorst afzetten
o Anglicaanse kerk (hendrik VII) (protest stroom tegen katholieke kerk.  Dezelfde regels, maar met
scheiden van de vrouw)
- Uiteenvallen van Europa in katholieke en protestantse gebieden.
- Uitbraak van Grote oorlogen. Vanaf 1520 braken er in Europa grote oorlogen uit, die tot in de 17 e eeuw
zouden duren.
- Contrareformatie. (Concilie van Trente (1545 – 1563). Dit is een reactie van de katholieke kerk op de
Reformatie. Katholieke kerk moest tegenmaatregel verzinnen:
- Priesters mochten niks anders dan inkomsten van de kerk verdienen.
- Handel in kerkelijke ambten en aflaten werd verboden.
 Veranderde weinig
- Verkoop van aflaten bleef toegestaan
- Heiligenverering bleef bestaan
- De absolute macht van de paus bleef gehandhaafd
- Vervolging ketters (inquisitie)
- De inquisitie
Er werd een kerkelijke rechtbank opgericht om ketters harder aan te pakken. Zo werden ze op de brandstapel
gegooid of gevierendeeld. Uitvoeren van de maatregelen van het concilie van Trente Orde Jezuïeten. Militaire
macht onder leiding van een generaal

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller inedonker. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.13. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52510 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$9.13  2x  sold
  • (0)
Add to cart
Added