Samenvatting groei en ontwikkeling met de literatuur volgens mijn curriculum. Daarbovenop ook veel informatie uit colleges, studiegroepen en practica! Van alles een beetje en wel een mooi overzicht/naslag
Denk aan ontwikkeling, stukje infectiologie (pathologie en MMI practica), psychiatrie, neur...
Illustrated Textbook of Paediatrics - Neonatal Medicine comprehensive summary
All for this textbook (2)
Written for
Vrije Universiteit Amsterdam (VU)
Geneeskunde
Groei en Ontwikkeling (M_BGO15)
All documents for this subject (6)
Seller
Follow
winstonbrouwer
Reviews received
Content preview
Er is weer een inhoudspagina :D
Infectieleer ................................................................................................................................................ 2
Basis microbiologie .............................................................................................................................................2
Virologie ..............................................................................................................................................................4
Anatomie van virussen en bacteriën..................................................................................................................8
Bacteriënlijstje, parasieten, virussen en wat aandoeningen in de bacteriologie ............................................9
Kinderziektes, chirurgie, reanimatie en JGZ ............................................................................................... 14
Luchtwegaandoeningen bij kinderen...............................................................................................................15
Kindernefrologie, UWI’s bij kinderen, afwijkingen urogenitaal systeem.......................................................16
Atopie/eczeem bij kinderen .............................................................................................................................19
Kinderchirurgie, aandoeningen van het scrotum ............................................................................................20
Aandoeningen, syndromen, aangeboren afwijkingen ....................................................................................21
Auto-imuunaandoeningen ...............................................................................................................................23
Vitaminedeficiënties .........................................................................................................................................25
Ondervoeding ...................................................................................................................................................25
Jeugdgezondheidszorg .....................................................................................................................................26
Groei, groeiproblemen en orthopedie ....................................................................................................... 28
Kinderorthopedie, stand van voeten en afwijkingen hierin ...........................................................................29
Cerebrale parese ...............................................................................................................................................31
Onderzoek van de neonaat, ontwikkelingsschema’s .................................................................................. 33
Uitstapje ontwikkeling: borstvoeding .............................................................................................................34
Ongevallen en vergiftigingen .................................................................................................................... 38
Psychosociale ontwikkeling ...................................................................................................................... 41
De ontwikkeling van baby tot adolescent .......................................................................................................42
De puberteit ............................................................................................................................................ 44
De start en het endocriene deel van de puberteit ...........................................................................................45
Hersenontwikkeling bij de puberteit................................................................................................................48
LO hart en vaten ...................................................................................................................................... 50
Infodump zooi die ik later te weten kwam en nergens anders past ............................................................ 51
Samenvatting Groei en Ontwikkeling 24 nov
,Infectieleer
Basis microbiologie
Infecties in de kliniek
- In academische ziekenhuizen zie je een hoger percentage mensen met een infectie doordat
hier hoog intensieve zorg wordt verleend aan mensen die vaak langer ergens liggen, vaak
aangesloten liggen (centrale lijn, infuus, katheter, beademen enz), of al een ingewikkelde
infectie hebben
- Op volgorde van meest voorkomende oorzaak infectie:
1. Wondinfecties
2. Longinfecties, door beademing vaak
3. Lijnsepsis
4. Overige infecties
5. Urineweginfecties, vaak door katheter
Pro- en eukaryoten
- Gescheiden op basis van de opbouw van de celwand
- Prokaryoten: geen celkern en eenvoudige bouw. Bacteriën en archaea horen tot deze stam
- Eukaryoten: hebben een celkern en een ingewikkelde opbouw van de celwand, met veel
verschillende lagen en receptoren. Menselijke cellen horen hierbij maar ook plantcellen en
schimmels/gisten
- Virussen zijn geen van beide want die leven niet
Potentiële pathogenen van de mens
- Meeste verwekkers bij de mens zijn bacteriën (38-42%)
- Gevolgd door schimmelinfecties, die je overigens vooral bij immuun gecomprimeerde
mensen ziet (22%)
- Helminthen (worminfecties) zijn een steeds groter probleem: horen bij de Neglected
Tropical Diseases en komen in de westerse wereld niet heel veel meer voor maar kunnen je
flink ziek maken (20%)
- Virussen en prionen staan relatief laag (15%)
- Protozoa (eencelligen) veroorzaken 5% van alle infecties
Bacteriën
- Prokaryoot dus hebben een celwand en celmembraan, maar geen kern. Materiaal ligt los in
de cel
- Leven overal, lava, ijs, droogte, zout/zoet maakt geen zak uit
- Veel species en relatief weinig veroorzaken een infectie. Het immuunsysteem maakt
onderscheid tussen veilige bacteriën en schadelijke
- Classificatie van bacteriën hangt af van:
o Vorm
o Grootte
o Manier van delen & manier van groei
o Celorganellen (is er een kapsel? Is er een flagel?)
o Kleur in gramkleuring
Samenvatting Groei en Ontwikkeling 24 nov
,Gramkleuring
- Stappen van gramkleuring (je doet je zelfgemaakte preparaat altijd eerst in methanol om het
te laten plakken) waar geldt: alle stappen duren een minuut en afspoelen doe je met water:
1. Kristalviolet, daarna afspoelen
2. Lugol
3. 99.8 procent alcohol, daarna afspoelen
4. Waterige carbolfuchsine, daarna afspoelen. Dit is de roze na-kleuring voor
gramnegatieve bacteriën
- Dit principe van kleuring is afhankelijk van de dikte van de peptidoglycaanlaag die bacteriën
hebben
- De P’s van grampositieve bacteriën:
o Paars
o Peptidoglycaanlaag (dik)
o Prokaryoot (alleen prokaryoten hebben een peptidoglycaanlaag)
Wat zegt grampositief/gramnegatief?
- Nou de dikte van die laag dus, want het principe berust erop dat je eerst kleurt, en daarna
ontkleurt (met alcohol); hoe dikker de peptidoglycaanlaag hoe meer kleuring ook bij de
ontkleuring nog blijft hangen en hoe paarser hij wordt
- Maar ook de eigenschappen van een bacterie;
o bij gramnegatieve bacteriën zitten er lipopolysachariden in het buitenmembraan
van de cel. Dit zijn een soort bacterie-receptoren, en deze steken mooi uit de
bacterie waardoor ze een ontzettend sterke immuunrespons op kunnen roepen wat
we in een uiterst geval ook een gramnegatieve sepsis noemen
o Kokken zijn bijna altijd grampositief; alleen neisseria meningitis en gonoerroe zijn
negatief
o Gramnegatieve staven zijn bijvoorbeeld E. Coli
Kweekmedium
- Bacteriekweekje doe je vaak in agar, een schapenbloedpreparaat. Maar alfhankelijk van je
organisme kies je een medium. Wil je een candida albicans kweekje doen (gist)? Dan leg je
hem in suiker
- Op zo’n plaatje groeit elke bacterie uit tot één bolletje op je schaaltje: een kolonie
- Het kiezen van een geschikt medium is ook van belang als je een reincultuur wil maken: een
isolaat/kolonie die afstamt van één enkel (type) cel. Dan kies je een bodem waar die cel het
beste op beurt, en andere cellen minder goed
Hemolyse
- Dat grappige dingetje dat vooral A en B streptokokken doen; het afbreken van erythrocyten
- Als je zo’n bacterie kweekt op schapenbloedagar dan zie je dus ook dat de rode kleur uit je
bodem gaat
o Bij alpha hemolytische kokken wordt het plaatje vooral groen (vergroenende groei
om de kolonies heen)
o Bij bèta hemolytische kokken zie je een transparant plaatje. Zowel GAS als GBS zijn
bèta hemolytisch! (dus niet GAS = alpha)
o Gamma (Y) = geen hemolytische streptokok
Bacteriën in beeld
- Microscoop (duh) maar je kan ze ook met lazers beschieten waardoor ze uiteenvallen in een
aantal structurele eiwitcomponenten, die je dan kan bekijken want het patroon is heel
kenmerkend voor een bepaald pathogeen (MALDI-TOF MS eiwitspectrumtechniek)
Samenvatting Groei en Ontwikkeling 24 nov
, Virologie
Virussen
- Leven niet
- Delen intracellulair en hebben dus een host nodig
- Veredeld bubbeltje met wat genetisch materiaal erin
o Kan DNA of RNA bevatten
Structuur van een virus
- Het virale genoom zit in een capside, en de combinatie van viraal genetisch materiaal +
capside noem je een nucleocapside
o Sommige virussen hebben naast die omvattende capside ook nog een envelop. Dit is
een soort lipide-dubbellaag, die het virus “maakt” uit een stukje cellaag van de
gastheercel, waarin het virus wat virale eiwitten plant
▪ Virussen met zo’n envelop zijn vaak een stuk gevoeliger voor de
omstandigheden zoals kou, droogte, pH-veranderingen, zout en vooral ook
handalcohol, waar het zo in oplost
▪ Het voordeel van zo’n envelop is echter wel dat het dus bestaat uit stukjes
gastheercel, inclusief nog wat eiwitten van de gastheercel, wat ervoor zorgt
dat de interactie en binding van het virus met andere gastheercellen
makkelijker gaat, en het afweersysteem van de host het virus minder
makkelijk herkent
▪ Een mooi voorbeeld van een virus met een envelop, is het influenzavirus.
Daarom is dit virus net als het SARS-COV-19 virus super gevoelig voor
handen wassen en alcohol
Infectieproces van een virus
1. Virus docked aan gastheercel en maakt een opening in de celwand
2. Eenmaal in de cel, moet het virus uit elkaar gehaald worden. DNA-virussen moeten nog
omgezet worden naar RNA; RNA virussen zijn al klaar om mRNA te maken. Bepaalde hele
simpele virussen zoals hepatitis C bestaan in hun geheel zelfs al uit mRNA
3. Viraal mRNA geeft aansturing tot transcriptie binnen de gastheercel. Dit kan dus met
organellen (protease-enzymen) van het virus zelf, maar ook met organellen van de host of
een combinatie van beide
4. Uiteindelijk wordt er een nieuw virusdeeltje gevormd, dat weer ingekapseld wordt door de
gemaakte virale eiwitten, en de cel uit kan. Bij dit proces hoeft de cel niet kapot te gaan,
maar bij sommige virussen gebeurt dit wel. Dan noem je het een lytische infectie
RNA virus
- De iets kuttere variant (doorgaans meer jammer)
- Zijn instabiel en kunnen daardoor niet (lang) ergens latent aanwezig zijn
- Retrovirussen: deze virussen zetten hun eigen virale RNA terug om naar DNA, wat in het
genoom van de host wordt geplant
- RNA virussen hebben helaas vaak hun eigen transcriptie-eiwit in het virus
o Dit RNA-polymerase noemen we ook wel een sloppy enzyme; het doet zijn functie
weliswaar maar niet goed. Hierdoor maakt het “fouten” in de vorm van mutaties
wat natuurlijk ontzettend tering gunstig is voor je virus (gratis mutaties). Bij een
groot aantal van die aminozuur-configuratieveranderingen (genetic shifts) kan een
Samenvatting Groei en Ontwikkeling 24 nov
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller winstonbrouwer. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.56. You're not tied to anything after your purchase.